ESG en impact: twee kanten van dezelfde medaille

Door DPAM

Ratings zullen de duurzaamheidsuitdaging niet oplossen, een actieve benadering en research wel.  In een tijd waarin de meeste beleggers de voordelen van duurzaam beleggen onderschrijven, spreken twee bekende Amerikaanse persoonlijkheden zich uit met vocale kritiek. Mike Pence, voormalig vicepresident van de Verenigde Staten, heeft zich onlangs uitgesproken tegen ESG-klimaatregelgeving. Dit standpunt is echter niet erg verrassend, aangezien het afkomstig is van iemand die bekend staat als klimaatscepticus.

 

De tweede kritiek kwam van de beroemde miljardair Elon Musk, een belangrijke speler in de sector van de elektrische voertuigen. Hoewel deze twee persoonlijkheden een kleine minderheid vertegenwoordigen, zullen hun woorden waarschijnlijk een breed publiek aanspreken. Daarom is het belangrijk ze objectief te analyseren om verwarring te voorkomen en eventuele misleidende beweringen op te sporen.

 

Zijn ESG-criteria te politiek?

 

Volgens Elon Musk zijn ESG-criteria te “politiek” en onbetrouwbaar geworden.  Dit is gebaseerd op het feit dat ExxonMobil volgens de S&P-rating tot de tien meest duurzame ondernemingen ter wereld behoort, terwijl Tesla niet eens op deze lijst voorkomt. Op het eerste gezicht kan dit verrassend lijken: waarom krijgt een oliegigant een positieve ESG-rating terwijl een fabrikant van elektrische voertuigen niet eens in aanmerking wordt genomen?

 

Mike Pence stelde in een recente toespraak over het energiebeleid dat de belangen van bedrijven en hun werknemers worden opgeofferd voor politieke doeleinden. Dit was een verwijzing naar de druk van activistische beleggers om bedrijven te dwingen sociaal verantwoordelijke beleggingsprincipes toe te passen. Uit de woorden van deze twee persoonlijkheden kunnen we opmaken dat sommige ESG-basisprincipes nog steeds slecht worden begrepen.

 

Een essentieel verschil

 

In de eerste plaats is het belangrijk een duidelijk onderscheid te maken tussen “ESG” en “impact”. ESG-ratings van dataproviders zoals S&P zijn bedoeld om een overzicht te geven van de risico’s op het gebied van milieu, maatschappij en governance die verbonden zijn aan de activiteiten en de waardeketen van een bedrijf en die een financiële impact op het bedrijf kunnen hebben. Door de ESG-rating in een bredere context te plaatsen, willen we beleggers een bevattelijke maatstaf bieden die  weergeeft welke impact de activiteiten van een bedrijf hebben op de stakeholders (werknemers, aandeelhouders en eindgebruikers).

 

Daarom richten aanbieders van ESG-ratings zich meestal op de informatie die de onderneming verstrekt over het gezondheids- en veiligheidsbeleid, recycling, het gebruik van hernieuwbare energie, diversiteit in het bestuur of potentiële ESG-controverses. Hun ratings zijn echter niet noodzakelijkerwijs gericht op het effect van de eindproducten en -diensten die door het bedrijf worden aangeboden. Als dat het geval zou zijn, zou ExxonMobil niet zo goed scoren op een ranglijst op basis van ESG-ratings.

 

Dit is waar het duidelijke verschil tussen ESG-ratings en impactratings ontstaat. Terwijl die eerste het resultaat is van een onderzoek naar de ESG-risico’s die gepaard gaan met de ontwikkeling van een product of dienst, weerspiegelt de tweede de gevolgen van dat product of die dienst voor stakeholders. Als we ExxonMobil als voorbeeld nemen, zien we dat zijn hoge ESG-rating kan worden verklaard door een strikt gezondheids- en veiligheidsbeleid, hoge ethische normen en de implementatie van een sterk milieubeheersysteem. Anderzijds zal de impact ervan veel lager zijn, aangezien de onderneming, die ongeveer 3% van de olie in de wereld produceert, een negatief effect zal hebben op de meeste van haar stakeholders. Tesla daarentegen heeft geen erg goede ESG-rating (S&P-methodologie) wegens een intern gezondheids- en veiligheidsbeleid dat als ongepast wordt beschouwd en beschuldigingen van discriminerende praktijken(1).

 

De dubbele opdracht van de vermogensbeheerder

 

Qua productaanbod en in overeenstemming met de EU-regelgeving moeten vermogensbeheerders een onderscheid maken tussen duurzame beleggingsdoelstellingen, d.w.z. impact, en de kenmerken van die belegging, d.w.z. de ESG-factoren. Beide zijn duidelijk complementair.

 

De regelgever probeert echter enerzijds impactactiviteiten te definiëren en te identificeren via de Europese taxonomie en anderzijds verwarring tussen ESG en impact te voorkomen via de Sustainable Finance Disclosure Regulation (SFDR), waarin een duidelijk onderscheid wordt gemaakt tussen ESG-doelstellingen en -factoren.

 

Uit dit alles blijkt dat de taak van een echt verantwoordelijke vermogensbeheerder die zich inzet voor duurzaamheid, tweeledig is. Enerzijds moet hij de externe ESG-risico’s van de bedrijfsactiviteit aanpakken, door de positieve te stimuleren en de negatieve te verminderen. Anderzijds moet hij verantwoord beleggen bevorderen door portefeuilles aan te houden van bedrijven met duurzamere producten en diensten.

 

De juiste antwoorden op mondiale uitdagingen zijn niet altijd te vinden in een ranking, een score of een index. Dat blijkt uit de grote verschillen in ESG-ratings verschillende dataproviders aanbieden. Degenen die iets anders beweren, maken misbruik van de verwarring onder beleggers.

 

Zie ook corner Duurzame beleggingen

 

(1) In de Tesla-fabriek in Fremont, VS, bleken de gezondheids- en veiligheidsnormen onder het gemiddelde te liggen. Daarnaast kreeg de autofabrikant een slechte beoordeling voor zijn vermeende slechte afhandeling van onderzoeken naar letsel en sterfgevallen die het gevolg waren van het gebruik van Tesla’s rijhulpsysteem (Autopilot).

Dit bericht is geplaatst in Diversen, Duurzame beleggingen met de tags , , , . Bookmark de permalink.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *