“Van boer tot bord” : de weg naar een gezonder en duurzamer EU-voedselsysteem

@Pexels

Door DPAM

16 september 2020 kan beschouwd worden als een nieuwe mijlpaal in de geschiedenis van het Europese klimaatbeleid. In het kader van de reeds aangekondigde Green Deal, sprak de Europese Commissie zich immers uit over een nieuwe, ambitieuzere emissiereductiedoelstelling voor 2030. De huidige reductiedoelstelling van 40% wordt opgetrokken tot 55%, om op die manier klimaatneutraliteit in 2050 na te streven.

Eén van de hoekstenen van de Green Deal is het beleid inzake duurzame voedselvoorziening, de zogenaamde ‘Van boer tot bord’-strategie. Dit zou ons niet mogen verbazen. De hele waardenketen die verbonden is aan de voedingssector is goed voor ca. 1/4de van de totale, globale broeikasgasemissies. De grootste bijdrager is de vleesindustrie, gevolgd door de gewasindustrie, voornamelijk ten gevolge van het gebruik van meststoffen (zie figuur onderaan).

Figuur 1: broeikasgasemissies verbonden aan de voedselproductie (bron: Our World In Data)

Bouwstenen voor een duurzaam, concurrerend en veerkracht Europees voedselsysteem

De beleidsstrategie moet alle actoren binnen de waardenketen, – van producent en leverancier tot verwerker en consument-, sturen in de richting van een duurzamer voedselsysteem én tegelijkertijd het concurrentievermogen en de veerkracht van de Europese landbouw versterken.

Figuur 2: Pijlers van de Europese ‘Van boer tot bord’-strategie (Bron: Europese Commissie)

Op vlak van duurzame productie, 1 van de grote pijlers van de strategie, wenst de Commissie onder meer het gebruik van pesticiden in de landbouw aan te pakken. Hiervoor focust men voornamelijk op de oorsprong en eigenschappen van pesticiden. De Commissie stelt voor om zowel het gebruik van chemische pesticiden, als het gebruik van gevaarlijke pesticiden te reduceren met 50%. Daarnaast is het gebruik van meststoffen een belangrijk focuspunt in de nieuwe strategie. Een overschot aan nutriënten, afkomstig van overmatig gebruik van meststoffen draagt immers bij tot de klimaatopwarming en kan leiden tot waterverontreiniging. Daarom stelt de Commissie voor om tegen 2030 het nutriëntenverlies in de bodem te bestrijden (met 50%), alsook het gebruik van meststoffen te beperken met 20%. Toch focust de strategie niet enkel op het verduurzamen van het voedselsysteem om de milieutoestand te verbeteren. Ook op maatschappelijk- en gezondheidsvlak wenst men via het voorstel een duurzame transitie van ons huidige voedselsysteem teweeg te brengen. Volgens de Commissie sterven in Europa jaarlijks meer dan 33.000 burgers ten gevolge van overmatig antibioticagebruik bij mens en dier, wat leidt tot antimicrobiële resistentie. Naast het overmatig antibioticagebruik om gezondheidsklachten te bestrijden, spelen ook de vlees- en visindustrie hierin een belangrijke rol. Om die reden beoogt men in Europe tegen 2030 de verkoop van antibiotica voor landbouwdieren en het gebruik in aquaculture (visteelt) te reduceren met 50%. Maar ook het gebruik van bepaalde ‘ongezondere’ nutriënten bij voedselverwerking, zoals zout en suiker, zullen in de toekomst door de Commissie behandeld worden (zie verder). Tot slot richt de Commissie haar pijlen ook op biologische landbouw, door 25% van de Europese landbouwgrond tegen 2030 te cultiveren volgens de principes van de biologische landbouw.

De hele waardenketen in beeld

Naast concrete doelstellingen en beperkingen om duurzame voedselproductie te bevorderen, komen ook de toeleveringsketen, voedselverwerking en uiteindelijke consumptie aan bod in de strategie. Zo focust de Commissie in haar ontwerptekst onder andere op de financiële ondersteuning voor duurzaam onderzoek en innovatie binnen de gehele voedselketen, van toelevering tot productie en verwerking. Het onderzoek naar en de commercialisering van alternatieve, duurzame voedingsbronnen voor de vlees- en visindustrie, waaronder plantaardig materiaal of insecten, alsook biologische gewasbeschermingstechnieken, worden aangehaald als focuspunten. Maar de commissie voorziet ook nutriëntengebruik bij verwerking te reguleren (bv. zout en suikers) om zo duurzame consumptie te faciliteren.

Inzake duurzame consumptie kondigde de Commissie reeds aan dat ze in de toekomst een ontwerp zal indienen rond de etikettering van gezonde en duurzame voeding (verplichte etikettering alsook een kader voor ‘duurzaamheidsetikettering’), wat ook nodig blijkt te zijn om de consument te beschermen. In 2017 stierven er immers naar schatting 950.000 Europeanen ten gevolge van een ongezond dieet. Duidelijk regels i.v.m. etikettering moeten zo onder meer verantwoorde marketing praktijken van bedrijven sturen en duidelijkheid moeten scheppen voor de Europese consument over welke producten al dan niet gezond zijn.

Tot slot wenst de Commissie ook bindende doelstellingen voor te stellen voor de halvering van voedselverspilling (per hoofd van de bevolking) tegen 2030 en worden er in de toekomst nog voorstellen uitgewerkt omtrent een verbetering van de beschikbaarheid en prijs van duurzame voeding, duurzame verpakking van voeding, etc.

Een nieuw landbouwbeleid is noodzakelijk

Maar het is niet enkel de opwarming van onze planeet die aantoont dat we dringend actie moeten ondernemen in de manier waarop we voedsel produceren. Ook de huidige Covid-19 crisis, die volgens wetenschappers sterk gelinkt wordt aan de druk die we op de natuur uitoefenen, toont aan dat we een andere weg moeten inslaan.

Daarnaast toont de Covid-19-crisis ook het belang aan van voedselzekerheid. Hoewel de Europese voedselvoorziening nooit echt in het gedrang gekomen is, zorgden logistieke problemen, tekorten aan arbeidskrachten, het verlies van bepaalde markten en wijzigende consumptiepatronen voor de nodige spanningen die het belang aantonen van een stabiel voedselvoorzieningsbeleid. Het is ook vanuit die visie dat de Commissie opteert voor een duurzamere voedselvoorzieningsketen die de veerkracht (voor dergelijke crisissen) vergroot.

Investeringsrisico’s? Ja, maar achter de hoek schuilen tal van opportuniteiten

Hoewel de huidige doelstellingen van het beleid focussen op het verbod van bepaalde producten of technieken, creëert de aanpak ook tal van opportuniteiten voor beleggers omdat bedrijven in de toekomst net innovatiever uit de hoek zullen (moeten) komen. Zo focussen bedrijven zich reeds op de ontwikkeling van probiotica voor het gebruik in de veeteelt. Probiotica zijn gezonde bacteriën die een positief effect hebben op de gezondheid wanneer in ze in voldoende hoeveelheden worden geconsumeerd. Bedrijven kunnen zo de gewenste reductie in antibioticagebruik omzetten in nieuwe business opportuniteiten.

Daarnaast zullen tal van bedrijven via onderzoek en ontwikkeling van nieuwe producten en technieken een antwoord moeten bieden op de beoogde reductie van meststof- en pesticiden gebruik. Precisielandbouw (i.e. het nauwkeurig en gericht gebruik van meststoffen) en biologische gewasbeschermingsproducten zullen verder ontwikkeld en gecommercialiseerd moeten worden om de beoogde doelstellingen te behalen. Ook de beleidsmatige transitie naar gezondere voeding (zowel op vlak van doelstellingen als financiële ondersteuning) zal innovatie bevorderen op vlak van productietechnieken, samenstellingen en smaakontwikkeling. Denk maar aan de reeks vegetarische hamburgers die doorheen 2019-2020 op de markt werden geïntroduceerd. Zowel voor de belegger als voor de consument belooft het dan ook een spannende tijd te worden!

Raadpleeg ook de corner Duurzame Beleggingen

Dit bericht is geplaatst in Actualiteit, Duurzame beleggingen met de tags , , . Bookmark de permalink.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *