Door AG Insurance
Het zijn vandaag de dag geen al te leuke tijden voor mensen met een beetje spaargeld. De spaarrekening brengt nauwelijks tot niets op en kasbons of andere staatsobligaties liggen stof te vergaren wegens nauwelijks interessant. Zijn er dan geen alternatieven?
Toch wel. Beleggingsverzekeringen kunnen een mooie aanvulling vormen in uw portefeuille. Laat uw beleggersprofiel het toe en wilt u op zoek gaan naar een potentieel hoger rendement, dan is een tak 23-beleggingsverzekering misschien wel iets voor u. Met dit soort beleggingsverzekering bent u nooit zeker van een gegarandeerd rendement, maar door de koppeling aan beleggingsfondsen kunt u op langere termijn (beleggingshorizon van 10 jaar of meer) uitkijken naar een potentiële meerwaarde. Kies ik dan niet beter meteen voor een beleggingsfonds, hoor ik u denken? We zetten even enkele voor- en nadelen van tak 23 op een rijtje.
Net zoals bij alle andere beleggingsverzekeringen is er voor tak 23 een eenmalige verzekeringstaks te betalen van 2 %. Die is er bij beleggingsfondsen niet. Maar sinds januari 2015 moet u bij bancaire beleggingsfondsen een uitstaptaks van 1,32 % betalen, wat het verschil tussen beide terugbrengt tot 0,68 %. Bij een tak 23-verzekering betaalt u deze taks op uw startkapitaal, terwijl bij een beleggingsfonds u deze taks betaalt bij de verkoop. Kiest u dus voor een fonds dat de intresten kapitaliseert (en dus geen dividend uitkeert), dan betaalt u deze taks ook op uw (eventuele) winst. En wie zegt ons dat deze taksen in de toekomst niet nog zullen stijgen? Kiest u nu voor een tak 23-verzekering, dan bent u in elk geval ook nu al van deze taks verlost. Aan beide producten zijn ook instap- en beheerskosten verbonden die in de meeste gevallen ongeveer gelijk zijn.
Een tak 23-verzekering is – het woord zegt het zelf- een verzekering. Dit betekent dat u in het contract een begunstigde bij leven (meestal is dit uiteraard uzelf), maar ook bij overlijden moet aanduiden. Deze begunstigde bij overlijden kan om het even wie zijn. Via een tak 23-beleggingsverzekering kunt u dus perfect een deel van uw spaartegoeden schenken aan bijvoorbeeld een dierbare, een naaste of zelfs een goed doel. Dit is met een beleggingsfonds niet het geval. Uiteraard moet u hierbij de wettelijke erfenisregels steeds respecteren.
Op een tak 23-beleggingsverzekering betaalt u geen roerende voorheffing van 27 % – binnenkort zelfs 30 % – op het moment dat u uw kapitaal volledig of gedeeltelijk opvraagt. Bij bancaire fondsen is dit wel het geval als ze meer dan 25 % investeren in obligaties of liquiditeiten.
U belegt liever uw geld in kleine bedragen gespreid over de tijd? Geen probleem, net als bij bancaire fondsen, kun u ook met tak 23 verzekeringen stapsgewijs uw beleggingsportefeuille opbouwen.
U hebt binnen tak 23-beleggingsverzekeringen niet alleen een ruime waaier aan beleggingsfondsen (in functie van uw beleggingsprofiel), er bestaan ook verschillende soorten. Zo kunt u kiezen voor een tak 23-belegging met ingebouwde beschermingsmechanismen. In uw contract zit dan een winstbeschermer die uw opgebouwde winst veiligstelt en een verliesbeperker die grote terugvallen op de beurs opvangt. Uiteraard knabbelen deze beschermingsfactoren aan uw mogelijke winst. Maar u kunt evengoed kiezen voor een tak 23-verzekering zonder enige bescherming, als u wil mikken op een echt potentieel hoger rendement. En er is ook een gulden middenweg, waarbij uw netto-inleg gegarandeerd is tot op de eindvervaldag van uw contract.
Maar hoe zit het met de risico’s? Net zoals bij het merendeel van de andere beleggingsvormen, zijn die er ook voor tak 23. Om te beginnen is er natuurlijk het marktrisico. De eenheidswaarden zijn afhankelijk van de evolutie van de onderliggende activa en de marktvolatiliteit. Hierdoor kan de waarde van uw fonds schommelen. Er zijn ook risico’s gelinkt aan het beheer van fondsen.
Alles op een rijtje gezet verdient een tak 23-beleggingsverzekering zeker zijn plaats in een gediversifieerde portefeuille.
Lees ook corner Verzekeringen
Dank voor de informatie “duidelijk”