Bij de opbouw van een portefeuille moet rekening worden gehouden met een aantal aspecten. Eerst en vooral moet u weten wat u wil en u vervolgens vragen stellen over de samenstelling van de portefeuille. Welke activaklassen en beheerstijlen voldoen aan mijn verwachtingen?
Welke uitdagingen mag ik verwachten? Hierna volgen enkele belangrijke vragen waarmee een belegger vaak wordt geconfronteerd.
- Zal ik voldoende geld hebben om te realiseren wat ik wil in de toekomst?
- Hoe kunnen mijn beleggingen tegemoet komen aan mijn behoeften in de toekomst?
- Beleg ik op de juiste plaats, in de juiste producten?
- Welke risico’s loop ik?
- Hoe kan ik mijn beleggingen opvolgen?
- Heeft mijn beheerder voldoende oog voor mijn belangen?
- Betaal ik teveel voor het beheer van mijn portefeuille?
- Welke zijn mijn opties wanneer mijn leven of de markten een andere richting nemen?
De toekenning van de activa in de portefeuille zal essentieel zijn om te voldoen aan de verwachtingen van de belegger. Ze moet voldoende gespreid zijn en goed opgebouwd om resultaat te bereiken wat prestatie en risico betreft. Hierna volgen enkele punten waarvoor u alert moet zijn.
- Hoe wordt het risico van de portefeuille beheerd op lange termijn?
- Welke activaklassen moeten vandaag in portefeuille zitten? Deze toewijzing moet rekening houden met de verwachtingen en niet gebaseerd zijn op geruchten maar wel op fundamentele informatie.
- Hoe kan ik variatie aanbrengen in mijn portefeuille en de beste beheerders vinden?
- Beleg ik correct volgens mijn risicoprofiel?
- Welke type beheer moet ik kiezen: indexbeheer, actief beheer door een maatschappij of actief beheer in een open architectuur?
- Kan ik alleen de fondsen kiezen waarin ik beleg? Er is een paradox in het keuzeproces. Vastgesteld werd dat hoe groter de keuze, hoe meer fondsen in aanmerking komen, en hoe moeilijker de keuze is. Een keuze maken uit een beperkter aantal fondsen is vaak eenvoudiger.
Tot besluit, de opbouw van een portefeuille moet dus rekening houden met de volgende factoren:
- Opbouw volgens het risicoprofiel en de verwachtingen
- Volatiliteit en diversificatie
- Groei en rendement
- Degressiviteit van de portefeuille bij aanwending ervan bij pensioen
