Kan genderdiversiteit de prestaties van een bedrijf ten goede komen ?

IMG_1064Door Petercam

De dag van de vrouw was de gelegenheid om te herinneren aan de belangrijkste verworvenheden van de laatste decennia, die bij de jongere generatie grotendeels in de vergetelheid zijn geraakt. Namelijk: het stemrecht voor vrouwen in 1948, het openen van een rekening zonder goedkeuring van de echtgenoot in 1976 enz.

Dat kan vandaag de dag onwaarschijnlijk lijken. Misschien zullen we het over een aantal jaren eveneens ondenkbaar vinden dat er minimumquota worden opgelegd met betrekking tot het aantal vrouwen binnen het directieteam van een bedrijf.

Nochtans komt de kwestie rond een, vrijwillig of opgelegd, minimumpercentage vrouwen in de raad van bestuur van grote ondernemingen regelmatig ter sprake.

Noorwegen was een voortrekker op dat gebied door vanaf 2002 een quotasysteem op te leggen voor raden van toezicht. Dat model wordt door steeds meer Europese landen overgenomen.

Nochtans, en ondanks deze verplichting, blijkt uit een recente studie dat bij de 25 grootste beursgenoteerde bedrijven van het land geen enkele vrouw de functie van Chief Executive Officer (CEO) bekleedt. En slechts één bedrijf zou een vrouw hebben als Chief Financial Officer (CFO). Die vaststelling zou vooral te wijten zijn aan de ondervertegenwoordiging van vrouwen binnen de privésector. Vrouwen zouden in 2011 immers slechts 37 % van de werknemers van de privésector vertegenwoordigen tegenover 71 % binnen de openbare sector.

Het is een feit dat vrouwen aan het hoofd van grote bedrijven eerder de uitzondering dan de regel zijn. Bij wijze van voorbeeld kunnen we de vooruitgang in typisch ‘mannelijkere’ sectoren vernoemen, zoals de benoeming in december vorig jaar van Marry Barra, de eerste vrouwelijke CEO van een grote automobielconstructeur, bij de Amerikaanse autoreus General Motors. In februari 2013 had Honda Motors al een eerste stap genomen door de eerste vrouw binnen de raad van bestuur te benoemen.

Dichter bij huis, in Frankrijk, heeft Crédit Agricole in november 2013 eveneens een vrouw benoemd binnen het directiecomité van de groep. Het comité telde al sinds 2009 geen enkele vrouw meer.

Nochtans wordt Frankrijk als voorbeeld genoemd op het gebied van een evenwichtige vertegenwoordiging tussen mannen en vrouwen. In 2012 telden de raden van bestuur van beursgenoteerde bedrijven 22 % vrouwen volgens een studie van Ernst & Young rond de bedrijven van de CAC 40 (large caps) en de SBF 120 (kleine en middelgrote kapitalisaties). Die prestatie vloeit voort uit de wet Copé-Zimmermann van 2011, die een minimumquota oplegt van 20 % vrouwen binnen de raad van bestuur van beursgenoteerde bedrijven met minimaal 500 werknemers en een omzet van meer dan 50 miljoen euro in 2014. Dit cijfer moet tegen 2017 stijgen tot 40 %.

Volgens dezelfde studie telt Spanje, waar een gelijkaardige wet bestaat, 26 % vrouwen binnen de raden van bestuur.

Dat cijfer daalt tot 19 % in het Verenigd Koninkrijk, waar geen enkele wettelijke maatregel ter zake werd genomen. In Italië wordt er op dit moment aan een wettekst gewerkt.

Bij ons heeft het Belgische parlement in juni 2011 een voorstel goedgekeurd dat overheidsbedrijven en beursgenoteerde bedrijven verplicht om binnen hun raad van bestuur minimaal 30 % vrouwen te hebben.

Opnieuw bestaan er heel wat verschillen tussen de Europese landen. De Europese Unie heeft in november vorig jaar opgelegd dat de raden van bestuur van beursgenoteerde bedrijven tegen 2020 40 % vrouwen moeten tellen.

Hoewel die quota’s in stijgende lijn gaan, vooral in Frankrijk, is er nog een lange weg te gaan voor ook de verloning op gelijke hoogte komt. Volgens een recente studie van de Franse Economische, Sociale en Milieuraad (CESE) blijft het jaarloon van vrouwen gemiddeld 27 % lager dan dat van hun mannelijke tegenhangers.

Is minimumquota opleggen doodgewoon een kwestie van gelijkheid en evenwicht? Of kan genderdiversiteit de prestaties van het bedrijfsmanagement ten goede komen?

Zonder in het debat te vervallen van ‘mannen komen van Mars en vrouwen van Venus’, brengt diversiteit ook een verscheidenheid aan meningen met zich mee en zorgt het ervoor dat er echte debatten en uitwisselingen van ideeën met de nodige kritische zin kunnen ontstaan. Bovendien wordt het reële gebrek aan tegenspraak en het in vraag stellen van belangrijke beslissingen die worden genomen door bedrijfsleiders met gelijkaardige profielen en die van dezelfde scholen komen steeds vaker vernoemd als een van de oorzaken van de crisis van 2008.

De kwestie rond de toegevoegde waarde van genderdiversiteit is een debat dat al erg lang aan de gang is. Laten we in dat verband de studie aanhalen van het Onderzoeksinstituut van Crédit Suisse: ‘Gender diversity & corporate performance’. Uit die studie, die verscheen in augustus 2012 en die de prestaties van 2 360 bedrijven over de jongste zes jaar analyseert, blijkt dat het lonender was om te investeren in bedrijven met vrouwen aan het roer dan in bedrijven zonder vrouwen die het voor het zeggen hebben. Het gaat hier om een observatie; er kon niet meteen een oorzaak-gevolgverband worden vastgesteld. Bovendien leidt de analyse tot twee conclusies: enerzijds lijken bedrijven met een betere genderdiversiteit defensiever van aard te zijn, anderzijds zou de betere prestatie kunnen terugvallen tijdens periodes met een stabieler macro-economisch klimaat wanneer bedrijven meer worden beloond als ze agressieve groeistrategieën volgen.

par défaut 2014-03-12 à 09.05.45

Bron Crédit Suisse

In Japan, terwijl de regering-Abe eveneens een betere genderdiversiteit nastreeft met een minimum van 30 % vrouwen binnen het directiecomité van beursgenoteerde bedrijven tegen 2020, stelt een studie van de bank Nomura dat beursgenoteerde bedrijven die positieve discriminatie hebben toegepast met betrekking tot genderdiversiteit op lange termijn beter presteren dan de Japanse beursindex (Topix).

Met de kans op betere prestaties en de talrijke regelgevingen in het voordeel van vrouwen binnen bedrijven, mogen we veronderstellen dat op een 8e maart in de toekomst de jongere generaties zich erover zullen verbazen dat er quota moesten worden opgelegd om ervoor te zorgen dat er binnen de raden van bestuur evenveel vrouwen als mannen zouden zijn.

Lees ook:

Corner duurzame beleggingen

Dit bericht is geplaatst in Duurzame beleggingen, Vrouwen met de tags , , . Bookmark de permalink.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *