Overlijdensverzekering: essentiële bescherming tegen inflatie?
24/5/2023
Ons land had de laatste maanden te kampen met de hoogste inflatie in tientallen jaren. De gevolgen ervan laten zich onvermijdelijk voelen op het gezinsbudget. En hoewel de Belgen vooral bezorgd zijn over de stijgende prijzen van energie en consumptiegoederen, is de huidige economische conjunctuur ook een belangrijk moment om de balans op te maken van hun verzekeringsbehoeften.
Door de coronapandemie, de recordhoge energieprijzen, de stijgende benzineprijzen en de instabiliteit als gevolg van de oorlog in Oekraïne, komt het gezinsbudget van veel Belgen onder druk te staan.
Het is een feit: in tijden van inflatie koop je voor elke euro minder dan in normale tijden. Met andere woorden, de inflatie holt de waarde van het geld en uiteindelijk de koopkracht van de consument geleidelijk uit. Inflatie heeft dus een impact op elk aspect van het dagelijks leven: de kosten van levensonderhoud, huur, schoolgeld, gezondheidszorg, vervoerskosten enz.
Elk gezin heeft andere consumptiegewoonten, maar iedereen voelt de gevolgen van de torenhoge inflatie. Tijd om het dus te hebben over de overlijdensverzekering, zeker in de huidige economische context. Voor een gezin met twee inkomens kan het overlijden van een van de partners ook op financieel vlak een zware dobber zijn, en daarom is financiële bescherming belangrijk.
Overlijdensverzekering: onmisbare bescherming in een context van stijgende prijzen
We nemen het voorbeeld van Lisa en David: ze zijn recent getrouwd en hebben een kindje. Het loon van David is momenteel de belangrijkste bron van inkomsten voor het gezin. Lisa werkt ook, maar deeltijds zodat ze voor hun dochtertje kan zorgen. Als David iets zou overkomen, zou Lisa financiële bescherming nodig hebben om de rekeningen te kunnen blijven betalen: kinderopvang, gezondheidszorg, boodschappen, kledij, vrije tijd, …
Toen ze hun woonlening afsloten, kozen Lisa en David voor een schuldsaldoverzekering met 100% dekking. Dat houdt in dat bij overlijden van een van beiden de overlevende partner de lening niet meer moet terugbetalen.
De schuldsaldoverzekering is een grote hulp, maar dan nog zou Lisa moeite hebben om met haar inkomen alleen in de dagelijkse uitgaven te voorzien. Bovendien zijn er ook nog de uitvaartkosten.
In de huidige context moeten we ook rekening houden met de inflatie voor de totale uitgaven van Lisa en bijgevolg met het extra bedrag dat ze nodig heeft als David zou overlijden. In dat geval kan een overlijdensverzekering interessant zijn voor het koppel.
Hoe zit het met de loonindexering?
In België worden de lonen elk jaar op 1 januari geïndexeerd op basis van de inflatie van het voorgaande jaar en de gezondheidsindex*. Maar de indexering compenseert niet altijd het effect van de inflatie op de koopkracht van gezinnen. Valt een van de inkomens weg, dan ziet de situatie er nog minder rooskleurig uit. Dankzij het overlijdenskapitaal dat Lisa krijgt als begunstigde van Davids overlijdensverzekering, beschikt ze over voldoende middelen om de dagelijkse uitgaven aan te kunnen en dezelfde levensstandaard te behouden.
*De gezondheidsindex is de consumentenprijsindex, exclusief tabaksproducten, alcoholische dranken en brandstoffen.
Hoe beschermt u uzelf en uw bedrijf als beginnende zelfstandige?
24/4/2023
De flexibiliteit van het statuut van zelfstandige is voor veel mensen een reden om voor eigen rekening te werken. Maar er zijn wel een aantal verantwoordelijkheden die volledig op de schouders van zelfstandigen rusten. Vandaar het belang om de bestaande mogelijkheden te bestuderen om hun activiteit en hun privé-eigendom van bij het begin te beschermen.
Uw burgerlijke aansprakelijkheid, leningen en resources indekken, is op het eerste gezicht vanzelfsprekend. Maar er is meer. Omdat het succes van de activiteit volledig afhangt van de zelfstandige, is het belangrijk om te denken aan pensioenopbouw en aan een bescherming bij arbeidsongeschiktheid.
Het goede nieuws is dat zelfstandigen deze behoeften kunnen combineren in één verzekering en daarbij een fiscaal voordeel genieten.
Pensioenopbouw: een must
Zoals u weet, blijft het wettelijk pensioen een brandend actueel topic, zowel in België als in het buitenland. Het zorgt voor onzekerheid bij heel wat mensen.
Veel loontrekkenden hebben een groepsverzekering via hun werkgever, maar zelfstandigen moeten zelf een aanvullend pensioen opbouwen zodat ze voldoende inkomsten hebben eens ze stoppen met werken.
Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen (VAPZ)
Met het VAPZ kunnen zelfstandigen (natuurlijke personen en vennootschappen) een pensioenkapitaal opbouwen. Tegelijkertijd levert dit ook een belastingvermindering op. Ze kunnen de premies die ze storten in hun VAPZ aftrekken als bedrijfskosten. Zo verlaagt hun belastbaar inkomen en dus ook hun socialezekerheidsbijdragen.
RIZIV-contract
Bepaalde geconventioneerde medische beroepen (artsen, tandartsen, apothekers, kinesisten, logopedisten en zelfstandige verpleegkundigen) kunnen rekenen op de voordelen van het RIZIV-contract. Geconventioneerde zorgverleners die de (eventuele) activiteitsdrempel van hun beroep bereiken, ontvangen een bijdrage van het RIZIV. Ze kunnen die dan storten in een RIZIV-contract om een aanvullend pensioen op te bouwen.
Individuele Pensioentoezegging (IPT)
Dit type product is voorbehouden aan zelfstandige bedrijfsleiders. De onderneming sluit de IPT af als verzekeringsnemer en betaalt de premies. De vennootschap kan de premies aftrekken als beroepskost. Er gelden wel bepaalde voorwaarden, onder andere de 80%-regel.
Via een IPT is het mogelijk te kiezen voor de zekerheid van tak 21 met een gewaarborgde rentevoet en een eventuele winstdeling, en/of te beleggen via tak 23-beleggingsfondsen.
Er bestaat een gelijkaardige formule voor zelfstandigen zonder vennootschap: de
Pensioenovereenkomst voor Zelfstandigen (POZ).
Wanneer gebeurt de storting van het kapitaal?
- Zodra de zelfstandige met wettelijk pensioen gaat.
- Zodra de wettelijke pensioenleeftijd is bereikt.
- Zodra de zelfstandige voldoet aan de voorwaarden om met vervroegd wettelijk pensioen te gaan.
Bescherming: essentieel vangnet
Een bedrijf uit de grond stampen is een grote uitdaging. Om de financiële gevolgen van een ziekte of ongeval – zowel bij de start van het bedrijf als op langere termijn – te voorkomen, hebben zelfstandigen een vangnet nodig.
Contracten VAPZ, RIZIV en IPT bieden dezelfde aanvullende waarborgen. Deze producten beschermen het gezin, het inkomen en de activiteit in geval van arbeidsongeschiktheid of overlijden.
De aanvullende bescherming bij arbeidsongeschiktheid kan voor een rente zorgen waarmee zelfstandigen het hoofd boven water kunnen houden in een periode waarin ze niet kunnen werken.
Een optie die zelfstandigen zeker moeten overwegen. Vooral rekening houdend met de cijfers van langdurige arbeidsongeschiktheid die blijven stijgen in België.
Vermogensopbouw: interessante troef
Met de contracten VAPZ, RIZIV en IPT bouwen zelfstandigen een pensioenkapitaal op. Het zijn dus investeringen op de lange termijn. Maar er is meer. Ze zijn ook interessant voor zelfstandigen met vastgoedplannen, want deze formules maken het mogelijk om (vóór het pensioen) de aankoop, bouw of renovatie van een privéwoning te financieren.
Dit kan via een ‘voorschot’ op het opgebouwde kapitaal of door een inpandgeving (het contract dient als waarborg voor de bank voor een eventuele lening). De mogelijkheden verschillen van verzekeraar tot verzekeraar.
Op basis van professioneel advies kunnen zelfstandigen de formule kiezen die het best past bij hun individuele situatie en noden.
Verantwoord beleggen: waar staan de letters ‘S’ en ‘G’ voor in ESG?
16/3/2023
Nu de meeste mensen beseffen dat de opwarming van de aarde een feit is, gaan er in de hele wereld stemmen op om actie te ondernemen. Voor financiële instellingen en ondernemingen is het duidelijk dat een goed rendement voor de klanten niet langer volstaat.
Bedrijven met een duurzame en verantwoorde beleggingsstrategie op basis van de zogenaamde ESG-criteria, denken terecht na over hun impact op het milieu en de samenleving, en het beheer ervan.
ESG en SRI: 6 letters om te onthouden
ESG (Environmental, Social en Governance) verwijst naar de drie belangrijkste factoren om de duurzaamheid van een belegging te meten: milieu, maatschappij en bestuur.
SRI (Socially responsible investment) verwijst naar een duurzame en verantwoorde beleggingsstrategie. De integratie van de ESG-factoren kan deel uitmaken van deze aanpak.
Terwijl de ‘E’ in ESG duidelijk verwijst naar de milieu-impact van ondernemingen, zijn de letters ‘S’ (social) en ‘G’ (governance) over het algemeen minder bekend bij het grote publiek:
De ‘S’ van social
Wat is de houding van de onderneming op het gebied van mensenrechten en arbeidsrecht? Is er een sociale dialoog binnen het bedrijf? Opleiding van personeel, arbeidsvoorwaarden, vrijheid van vereniging, diversiteitsprogramma’s, … zijn voorbeelden van sociale factoren.
De ‘G’ van governance
Hoe wordt de onderneming bestuurd en gecontroleerd? Transparantie, onafhankelijkheid van de raad van bestuur en respect voor de rechten van aandeelhouders zijn gunstige criteria om een bedrijf eventueel op te nemen in een duurzame en verantwoorde beleggingsstrategie.
Hetzelfde geldt voor het beheer van milieu- en sociale risico’s, de transparantie van financiële verslagen en indicatoren in verband met de activiteit van de onderneming, de bestrijding van corruptie enz.
Duurzaam en verantwoord beleggen: welke impact?
Duurzaam en verantwoord beleggen betekent dat u uw geld op een manier belegt die een positief effect heeft op het milieu en/of de samenleving. Natuurlijk brengt beleggen een zeker risico met zich mee, of het nu gaat om een klassieke belegging of een duurzame en verantwoorde belegging.
Het is wel belangrijk onderscheid te maken tussen ondernemingen met als kernactiviteit duurzame producten of diensten, en ondernemingen die ESG-criteria toepassen in hun besluitvormingsproces, maar waarvan de kernactiviteit niet gericht is op het milieu of de maatschappij.
Naast bedrijven die zich actief inzetten voor het milieu, zijn er tal van sectoren die zich bezighouden met:
- De bouw van duurzame sociale woningen
- Zachte mobiliteit
- Smart cities
- Gezondheidszorg (preventie, diagnose, zorg)
- Enzovoort
Hoe de duurzaamheid van een fonds beoordelen?
Momenteel is er geen eenduidig juridisch kader in Europa. Het loont dus de moeite om na te gaan hoe verantwoord een bank of verzekeraar belegt en hoe de fondsen zijn samengesteld.
Sinds maart 2021 bevordert de SFDR-verordening van de EU trouwens de transparantie over duurzaamheid in de financiële markt, zodat de particuliere belegger de duurzaamheidskenmerken van financiële producten kan begrijpen, vergelijken en opvolgen.
In België biedt het Towards Sustainability-label, dat wordt beheerd door het Central Labelling Agency of the Belgian SRI Label (CLA), een kwaliteitsnorm op nationaal niveau. Het label wordt toegekend voor een duur van twee jaar en wordt continu opnieuw beoordeeld. Om deze norm te halen, moeten financiële producten aan een aantal minimumeisen voldoen op het vlak van duurzaamheid, zowel wat betreft de portefeuille als het beleggingsproces. Het verkrijgen van dit label betekent wel niet dat het financiële product beantwoordt aan de eigen duurzaamheidsdoelstellingen van de particuliere belegger of dat het label voldoet aan de eisen van toekomstige nationale of Europese regels.
Zelf sparen voor uw pensioen: nutteloos of noodzakelijk?
28/2/2023
De afgelopen jaren hebben de coronacrisis, de energiecrisis en de inflatie de begroting van de Belgische overheid zwaar onder druk gezet. Met een begrotingstekort van 5,1% van het bbp in het derde kwartaal van vorig jaar is België volgens Eurostat de slechtste leerling van de klas.
De Europese Commissie eist dat België zijn pensioenstelsel hervormt, anders moet het afzien van de 850 miljoen euro die voorzien is in het Europese herstelplan. Een ding is zeker, het laatste woord is hierover nog niet gevallen.
Maar welke strategie past u nu het beste toe om uw pensioen voor te bereiden?
Hoe wordt het wettelijk pensioen in België berekend?
Een belastingplichtige in België krijgt doorgaans een pensioenbedrag dat in verhouding staat tot het aantal gewerkte loopbaanjaren. Maar vaak is dit bedrag veel lager dan het laatste loon van de werknemer.
Er zijn twee belangrijke redenen voor dit verschil:
- Het bedrag van het wettelijk pensioen in België is geplafonneerd. Bijgevolg is het verschil tussen het laatste loon en het wettelijke pensioen nog groter voor hogere lonen.
- Het maximale bedrag van het wettelijke pensioen wordt berekend op basis van een volledige loopbaan van 45 jaar, wat in de praktijk moeilijk haalbaar is.
- Sparen voor uw pensioen via een tak 21-levensverzekering: een oplossing?
De lagerenteomgeving van de laatste jaren heeft een negatieve impact gehad op de tak 21-levensverzekeringen. Sommige verzekeraars beslisten om de toen minder winstgevende tak 21-producten uit hun aanbod te halen. Maar die trend is sinds enkele maanden geleidelijk aan het omslaan nu de rente opnieuw is gestegen! Terwijl de rente op klassieke spaarrekeningen lichtjes stijgt, kan pensioensparen of langetermijnsparen via een tak 21-levensverzekering een interessant alternatief zijn.
Door te kiezen voor een tak 21-levensverzekering loopt u relatief weinig risico en profiteert u van een gewaarborgde interestvoet. Verzekeraars kunnen elk jaar ook optionele bonussen toekennen, de zogenaamde winstdeling, afhankelijk van de economische situatie en de bedrijfsresultaten. De gewaarborgde interestvoet blijft gedurende het hele contract van toepassing, ongeacht de economische situatie.
In een tijd waarin de pensioenen steeds zwaarder wegen op de overheidsbegroting en de toekomst onzeker is, is zelf sparen voor uw pensioen noodzakelijker dan ooit!
Plafonds voor pensioensparen en langetermijnsparen 2023
De plafonds voor pensioen- en langetermijnsparen werden vroeger jaarlijks geïndexeerd. Maar in 2020 heeft de regering-Decroo beslist om deze plafonds te bevriezen, in theorie tot 2023. Vanaf 2024 zou de indexering opnieuw worden toegepast. Deze informatie moet wel nog worden bevestigd.
Hoeveel kan u storten in 2023?
Pensioensparen:
- Tot 990 euro met een fiscaal voordeel van 30%
- Tot 1.270 euro met een fiscaal voordeel van 25%
Langetermijnsparen:
Het maximale fiscale plafond is vastgesteld op 2.350 euro en hangt af van het inkomen van elke spaarder.
Goed om te weten
Een ‘anticipatieve’ belasting op 60 jaar is van toepassing wanneer de spaarder het contract vóór de leeftijd van 55 jaar afsluit. Daarna blijft hij of zij profiteren van een belastingvermindering voor alle betaalde premies, zonder verdere belastingheffing.
Vanaf de leeftijd van 55 jaar is het niet meer mogelijk om het premiebedrag te verhogen. Daarom is het voor de spaarder interessant om het maximumbedrag te storten in het jaar waarin hij/zij 54 wordt, om nadien maximale flexibiliteit te hebben.
Overlijdensverzekering en gewaarborgd inkomen: wetgeving versterkt het recht om vergeten te worden
25/1/2023
Sinds 2019 houdt het recht om vergeten te worden in dat verzekeraars geen rekening meer mogen houden met kankers die sinds een bepaalde periode zijn genezen wanneer klanten een overlijdensdekking willen afsluiten om een hypotheek (voor een enige en eigen woning) of een professionele lening te beschermen. Voor chronische ziekten geldt een limiet voor de bijpremie. Omdat de wetgeving onlangs is aangepast, zetten we alle nieuwigheden op een rijtje.
Recht om te worden vergeten: context
Voor het afsluiten van een overlijdensverzekering is een medische acceptatie vereist. Kandidaat-verzekerden moeten hun volledige medische voorgeschiedenis en hun huidige situatie vermelden via de medische vragenlijst van de verzekeraar. Op basis van deze informatie kan de verzekeraar de aanvraag aanvaarden, een bijpremie opleggen of, in zeldzame gevallen, de dekking weigeren.
In het verleden was het vaak moeilijk voor iemand die aan kanker of een chronische ziekte had geleden om een overlijdensverzekering af te sluiten voor een hypothecaire lening. Maar in 2019 heeft de wetgever ingegrepen door het recht om vergeten te worden in te voeren, dat in februari 2020 in werking is getreden.
Sindsdien mogen verzekeraars geen rekening meer houden met kankers die na maximaal 10 jaar zijn genezen wanneer ze een overlijdensverzekering toekennen voor een professionele lening of een hypothecair krediet voor de aankoop van een enige en eigen woning.
In februari 2022 heeft Assuralia (de beroepsvereniging van verzekeringsondernemingen) via een gedragscode een soortgelijk recht ingevoerd voor verzekeringen gewaarborgd inkomen. Een recente wet versterkt het recht om te worden vergeten en breidt het nu wettelijk uit tot verzekeringen gewaarborgd inkomen.
Voor welke verzekeringen geldt het recht om vergeten te worden?
- Overlijdensverzekeringen
- Overlijdensverzekering om een hypothecaire lening te dekken voor de aankoop van een enige en eigen woning
- Overlijdensverzekering om een professionele lening te dekken
- Verzekeringen van het type arbeidsongeschiktheid
De termijn wordt teruggebracht van 10 jaar tot 5 of 8 jaar naargelang het geval
De nieuwe wetgeving heeft de standaardtermijn verkort. Voor kankers die vóór de leeftijd van 21 jaar zijn gediagnosticeerd, wordt de termijn teruggebracht van 10 tot 5 jaar. In andere gevallen is de standaardtermijn nu 8 jaar. Maar vanaf 1 januari 2025 wordt deze termijn ook teruggebracht tot 5 jaar.
In de praktijk mogen verzekeraars bij het afsluiten van een overlijdensverzekering of verzekering gewaarborgd inkomen geen rekening meer houden met het kankerverleden van de kandidaat-verzekerde vijf of acht jaar na het einde van een succesvolle behandeling, op voorwaarde dat er binnen die termijn geen herval of arbeidsongeschiktheid was in verband met die kanker.
Uitzonderingen?
Voor sommige kankerpathologieën en chronische ziekten gelden kortere termijnen. De volledige lijst is opgenomen in een referentierooster (beschikbaar op de website van Assuralia). Voorlopig vallen alleen overlijdensverzekeringen onder deze uitzondering.
Bestaande aandoeningen en blijvende economische arbeidsongeschiktheid en invaliditeit ten gevolge van kanker kunnen nog altijd uitgesloten worden. De verzekeraar moet de beslissing wel motiveren en aangeven welke criteria hij gehanteerd heeft. Kandidaat-verzekerden die niet akkoord gaan met de beslissing, kunnen een herevaluatie vragen.
Wat zijn de vier componenten van een levensverzekering ?
é8/12/2022
Of het nu gaat om pensioensparen, een overlijdensverzekering of een financiële verzekering, er zijn vier elementen die de basis vormen van elk levensverzekeringscontract: de premie, de verzekeringsnemer, de verzekerde en de begunstigden. Door vooraf kennis te nemen van deze vier elementen zijn consumenten zeker dat de gekozen oplossing overeenstemt met hun behoeften en verwachtingen.
Een levensverzekering is een spaarproduct (tak 21) of beleggingsproduct (tak 23) afgesloten tussen de klant en de gekozen verzekeraar. Dit soort product biedt meerdere mogelijkheden om te sparen of te beleggen voor zichzelf en/of dierbaren, afhankelijk van de persoonlijke doelstellingen:
- Aanvullend pensioenkapitaal opbouwen
- Toekomst van de (klein)kinderen voorbereiden
- Spaargeld laten aangroeien
- Vermogensoverdracht plannen
- Schenking beschermen
- Dierbaren beschermen tegen de financiële gevolgen van een overlijden
Goed om te weten
De term ‘levensverzekering’ is een algemene benaming. Ook overlijdensverzekeringen, pensioensparen, spaarverzekeringen enz. behoren tot de categorie levensverzekeringen.
De structuur van levensverzekeringen lijkt ingewikkeld, maar is in werkelijkheid niet zo moeilijk. Eerst en vooral is het belangrijk na te gaan wat de rol is van elk element van het contract :
- Premie
- Verzekeringsnemer
- Verzekerde
- Begunstigde (bij leven of bij overlijden)
Maar wat betekent dit verzekeringsjargon?
Premie
Dat is het bedrag dat in het contract wordt gestort. De premie kan periodiek (maandelijks of jaarlijks) of eenmalig zijn. Het bedrag wordt bepaald bij het afsluiten van het contract, afhankelijk van het gekozen product.
Er is 2% premietaks verschuldigd en er kunnen extra kosten van toepassing zijn.
Verzekeringsnemer
De verzekeringsnemer is de persoon die het contract afsluit en zich ertoe verbindt de verzekeringspremies te betalen.
Verzekerde
Dat is de persoon op wie het risico op leven of overlijden rust dat gelinkt is aan het contract.
De verzekeringsnemer en de verzekerde kunnen dezelfde persoon zijn, maar dat is niet noodzakelijk zo.
Een voorbeeld? Bij een niet-geregistreerde roerende schenking van ouder aan kind kan het kind als verzekeringsnemer een overlijdensverzekering afsluiten en de ouder als verzekerde aanwijzen. Dit is een mogelijke oplossing om het ontvangen bedrag te beschermen. De wet voorziet namelijk in de betaling van successierechten op niet-geregistreerde schenkingen in geval van overlijden van de schenker binnen de 3 jaar (voor Vlaanderen en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest) en 5 jaar (voor Wallonië) vanaf de datum van de schenking.
Als de schenker (de ouder) vóór deze termijn overlijdt, heeft de begiftigde (het kind) dus voldoende middelen om de verschuldigde successierechten te betalen.
Begunstigden (bij leven of bij overlijden)
- De begunstigde bij leven ontvangt het kapitaal op het einde van het contract als de verzekerde nog in leven is. De verzekerde en de begunstigde bij leven kunnen dezelfde persoon zijn. Pensioensparen is een voorbeeld van een contract waarbij de verzekerde en de begunstigde bij leven meestal één en dezelfde persoon zijn.
- De begunstigde bij overlijden ontvangt het kapitaal bij overlijden van de verzekerde tijdens de looptijd van het contract, op voorwaarde dat het contract een dergelijke clausule bevat. De begunstigde bij overlijden en de verzekerde moeten twee verschillende personen zijn. We nemen opnieuw het voorbeeld van pensioensparen. Bij overlijden van de verzekerde krijgt de begunstigde bij overlijden het kapitaal. Gewoonlijk is dat een naaste van de verzekerde (partner, kinderen enz.). Afhankelijk van het soort product kunnen er wettelijke beperkingen zijn.
Behalve in uitzonderlijke gevallen kan de verzekeringsnemer de begunstigingsclausules in principe gedurende de hele looptijd van de levensverzekering wijzigen.
Keuze van de begunstigde: een belangrijk aspect
Op het eerste gezicht lijkt die keuze voor de hand te liggen. Toch is de manier waarop de begunstigden in het contract worden aangewezen heel belangrijk!
- De nominatieve clausule: de begunstigde(n) wordt (worden) rechtstreeks bij naam en voornaam in het contract vermeld. Bij overlijden wordt het kapitaal in principe dan snel uitbetaald.
- De generieke clausule: de begunstigde(n) wordt (worden) aangewezen volgens de verwantschap met de verzekerde (partner, kinderen, broers en zussen enz.). Bij overlijden identificeert de verzekeraar eerst de betrokken begunstigden alvorens het kapitaal uit te keren.
Als de situatie van de verzekeringsnemer en/of de verzekerde verandert, is het aan te raden om de begunstigingsclausules van het levensverzekeringscontract te checken en zo nodig aan te passen. Dat kan bijvoorbeeld het geval zijn bij een echtscheiding of na de geboorte van een kind.
Vragen? Het advies van een professional blijft de beste optie voor een oplossing op maat!
Wat is de derde pensioenpijler precies?
28/11/2022
Alle burgers hebben recht op een wettelijk pensioen aan het einde van hun loopbaan, maar hoeveel dat zal bedragen, is vrij onzeker. Een aanvullend pensioen is dus meer dan welkom om het u op financieel vlak zo comfortabel mogelijk te maken eens u stopt met werken.
In vorige artikels hadden we het over:
- De eerste pensioenpijler, het wettelijk pensioen betaald door de overheid.
- De tweede pensioenpijler, een eventuele groepsverzekering voor werknemers, en allerlei spaarformules zoals VAPZ, POZ en IPT voor zelfstandigen.
Twijfels en onzekerheden
In veel gevallen volstaat het bedrag van het wettelijk pensioen (eventueel in combinatie met de tweede pijler) niet om de levensstandaard aan te houden na pensionering. Dit is zeker het geval voor mensen met een hoog loon want het wettelijk pensioen in België wordt berekend op basis van een geplafonneerd salaris. Dit betekent dat het loon boven dit vastgestelde plafond niet wordt meegeteld voor de berekening van het wettelijk pensioen.
Bovendien wordt ook geen rekening gehouden met extralegale voordelen zoals maaltijdcheques, bedrijfswagen, internetabonnement, hospitalisatieverzekering enz.
Tot slot rijzen er heel wat twijfels over de betaalbaarheid van toekomstige pensioenen. Kan de overheid ook in de toekomst de betaling van een degelijk wettelijk pensioen garanderen? Want de pensioenkosten zullen blijven stijgen en steeds zwaarder wegen op de begroting. Het is geen toeval dat de fiscale wetgeving de opbouw van een aanvullend pensioen via de derde pijler aanmoedigt.
Derde pensioenpijler: de oplossing?
In de huidige economische context blijft een aanvullend pensioenkapitaal essentieel. En dat is precies wat de derde pensioenpijler biedt! Naast de eerste en de tweede pijler kunnen werknemers ook zelf het initiatief nemen, afhankelijk van hun financiële situatie en behoeften.
De derde pijler omvat:
- Pensioensparen, met een belastingvoordeel van 30% tot 990 euro, en 25% tussen 990 en 1.270 euro.
- Langetermijnsparen (via levensverzekering), met een belastingvoordeel tot 30%. Het maximumplafond hangt af van het inkomen.
Door pensioensparen te combineren met langetermijnsparen kunnen spaarders een belastingvermindering genieten tot meer dan 1.000 euro per jaar.
Pensioenplafonds 2022: update
De plafonds voor pensioensparen en langetermijnsparen worden in principe elk jaar geïndexeerd. Maar in 2021 heeft de federale regering besloten de huidige bedragen te bevriezen tot 2023. In de zomer van 2022 sloot de regering een nieuw akkoord:
- Een verhoging van het bedrag van het wettelijk pensioen voor mensen die blijven werken na de leeftijd die vereist is om in aanmerking te komen voor het vervroegd pensioen.
- Een verscherping van de toegang tot het wettelijk pensioen. Om recht te hebben op het minimumpensioen is voortaan een loopbaan van minstens 20 jaar vereist.
Tot nu toe is de wetgeving nog niet aangepast.
5 misvattingen over overlijdensverzekeringen gecounterd
26/10/2022
De overlijdensverzekering is vrij onbekend bij het grote publiek. Toch komt ze tegemoet aan een belangrijke behoefte in heel wat situaties, en niet alleen in het kader van een hypothecaire lening. We overlopen de meest voorkomende misvattingen over dit type verzekering om duidelijk te maken hoe waardevol ze eigenlijk is.
Misvatting 1: bij de aankoop van vastgoed volstaat het als elke partner 50% van de hypotheek verzekert
Bij overlijden van een van de partners blijven de meeste vaste kosten dezelfde. Elektriciteit, water, verwarming, internet, hobby’s, verzekeringen, onderhoud van de woning, … Allemaal uitgaven die extra doorwegen op het gezinsbudget na een overlijden. Om nog maar te zwijgen over de terugbetaling van de hypothecaire lening.
Bovendien stijgt de gemiddelde prijs van een huis in België elk jaar. Daardoor lenen mensen grotere bedragen om een huis te kopen, te bouwen of te verbouwen. Belgen besteden dus een steeds groter deel van hun inkomen aan de afbetaling van hun huis.
Als door overlijden een van beide inkomens wegvalt, is de impact op het gezinsbudget veel groter. Een degelijke overlijdensdekking kan daarom voor veel gezinnen een interessante bescherming zijn.
Misvatting 2: hoe ouder de kandidaat-verzekerde, hoe duurder de overlijdensverzekering
Een overlijdensverzekering afsluiten kan tot 80 jaar. Uiteraard hangt de aanvaarding van de aanvraag onder meer af van de leeftijd en de gezondheidstoestand van de kandidaat-verzekerde.
De premie is gebaseerd op sterftetabellen die verzekeraars gebruiken. Iemand van 55 heeft nu eenmaal meer kans om de komende 10 jaar te overlijden dan iemand van 30 die een eerste woning wil aanschaffen. Maar leeftijd is niet het enige criterium. De gezondheidstoestand, de duur van het contract en het te verzekeren kapitaal spelen ook een belangrijke rol bij de berekening van de premie.
Misvatting 3: een alleenstaande zonder kinderen heeft geen overlijdensverzekering nodig
Voor een koppel is het voordeel van een schuldsaldoverzekering of een andere overlijdensverzekering duidelijk. Maar is een overlijdensdekking ook belangrijk voor een alleenstaande zonder kinderen? Eén ding is zeker: het kan nabestaanden veel ellende besparen.
We nemen het voorbeeld van een jongeman van in de dertig, hij heeft geen partner of kinderen. Hij wil een lening afsluiten om een appartement te kopen. Wat als hij zou overlijden? Zijn ouders zouden het huis verkopen om de lening af te betalen, denkt hij. Maar wat als ze het appartement moeilijk verkocht krijgen? Of tegen een lagere prijs? Dan erven de ouders schulden en successierechten. Zal de verkoopprijs volstaan om al deze kosten te dekken? En als de jongeman geen ouders meer heeft en zijn broer of zus zou erven, zou het probleem net hetzelfde zijn.
Een schuldsaldoverzekering kan de nabestaanden in de meeste gevallen dus heel wat zorgen besparen. Bovendien biedt een dergelijke verzekering ook bescherming bij invaliditeit. En dat is ook voor een alleenstaande heel waardevol, want ziekte en arbeidsongeschiktheid zijn altijd mogelijk en leiden vaak tot inkomensverlies.
Misvatting 4: een groepsverzekering maakt een overlijdensverzekering overbodig
Heel wat loontrekkenden hebben een groepsverzekering via hun werkgever. Velen gaan ervan uit dat die dekking voldoende is, en gaan niet dieper in op hun reële behoeften. Soms kan dit volstaan, maar niet altijd.
De groepsverzekering betaalt een kapitaal uit aan loontrekkenden op het moment dat ze de pensioenleeftijd bereiken. Sommige contracten voorzien ook in een overlijdenskapitaal voor de begunstigden van de verzekeringsnemer in geval van overlijden. Maar ook dat is niet altijd het geval. Is er wel een aanvullend overlijdenskapitaal verzekerd, dan is het aan te raden om het bedrag te checken.
De reserve van het contract is gekoppeld aan het aantal loopbaanjaren, wat maakt dat het kapitaal bij jonge werknemers nog vrij laag is. Maar het is meestal in deze belangrijke levensfase dat de financiële middelen van een gezin het laagst zijn en de leninglast het hoogst. Zeker als er jonge kinderen zijn. Ook hier kan een overlijdensverzekering een interessante aanvulling zijn op de bestaande groepsverzekering.
Misvatting 5: de medische acceptatie is een moeizaam proces
Kandidaat-verzekerden sluiten een overlijdensverzekering af om hun dierbaren te beschermen tegen de financiële gevolgen van een overlijden. In de meeste gevallen gaan klanten ervan uit dat de kans dat ze jong sterven vrij klein is en dat het hen zeker niet zal overkomen.
Maar voor verzekeraars is het nodig om de risico’s op overlijden correct in te schatten. Alleen op die manier kunnen ze hun klanten een gepaste oplossing voorstellen en een correcte premie aanrekenen.
Door bij de aanvraag van een overlijdensverzekering de nodige aandacht te besteden aan deze stap, voorkomen kandidaat-verzekerden bovendien heel wat administratieve rompslomp en financiële problemen voor de nabestaanden als ze zouden overlijden.
Welke financiële bescherming voor de naasten van een zelfstandige
in geval van overlijden?
14/9/2022
Het is normaal dat een zelfstandige bij het opstarten van een bedrijf een of meer leningen aangaat. Deze soms hoge leningen vereisen uiteraard financiële bescherming, en dus een verzekering. Maar hoe zit het met de levensstandaard van de geliefden van de zelfstandige in geval van overlijden? Laten we eens kijken naar de verschillende mogelijkheden.
Waarom als zelfstandige een overlijdensverzekering afsluiten voor het privégedeelte?
In geval van overlijden verliest het gezin van de zelfstandige een bron van inkomsten om het hoofd te bieden aan de vaste en/of buitengewone uitgaven. En deze uitgaven beperken zich niet enkel tot de aflossing van een eventuele uitstaande hypothecaire lening:
- Energiekosten: gas, water, elektriciteit enz.
- Abonnementen: tv, internet enz.
- (Toekomstige) studies van de kinderen
- Buitenschoolse activiteiten van de kinderen
- De vrijetijdsbesteding van het gezin in ruime zin (vakanties, hobby’s, culturele uitstapjes enz.)
- Medische kosten
- Onverwachte defecten (auto, huishoudtoestel enz.)
Zonder de gepaste financiële bescherming kunnen de levensstandaard en de verschillende projecten van het gezin in gevaar komen. Gelukkig kan dit scenario worden vermeden door de juiste dekking te kiezen.
Welke oplossing kiezen?
VAPZ, IPT en POZ, ook bekend als ’tweedepijlerpensioen’. Over het algemeen maken zelfstandigen gebruik van deze oplossingen om een pensioen op te bouwen. Ze genieten zo ook bepaalde belastingvoordelen. En er is meer! Via deze producten kunnen zelfstandigen doorgaans een aanvullende dekking afsluiten in geval van overlijden. Zo genieten ze heel wat gemoedsrust en kan hun gezin zijn levensstandaard behouden in geval van overlijden.
Maar let op, het statuut van zelfstandigen (als natuurlijke persoon of als vennootschap) heeft een invloed op de voor hen beschikbare oplossingen:
- Zelfstandige natuurlijke persoon of zelfstandige bedrijfsleider: VAPZ
- Zelfstandige bedrijfsleider: IPT (aanvulling bij VAPZ)
- Zelfstandige natuurlijke persoon: POZ (aanvulling bij VAPZ)
In de praktijk
Bij de zogenaamde tweedepijlerproducten (VAPZ, IPT, POZ) wordt de in het contract opgebouwde reserve bij pensionering automatisch aan de verzekerde (de zelfstandige) uitbetaald. In geval van overlijden tijdens het contract wordt het kapitaal uitgekeerd aan de begunstigden van de zelfstandige. Dit is meestal het gezin.
Maar het bedrag dat zelfstandigen via deze pensioenoplossingen kunnen sparen, is vaak aan een wettelijk plafond gebonden. Het gedekte bedrag is met andere woorden niet altijd voldoende. De oplossing? Afhankelijk van het te dekken kapitaal kan een volledige overlijdensverzekering, bovenop de aanvullende dekking via een pensioenverzekering uit de tweede pijler, een interessante oplossing zijn.
In dat geval kan de zelfstandige het bedrag van de dekking aanpassen volgens zijn of haar behoeften. In tegenstelling tot de producten uit de tweede pijler wordt het kapitaal alleen uitgekeerd in geval van overlijden van de zelfstandige.
Samengevat:
- IPT (bedrijfsleider): deze oplossing biedt de zelfstandige bedrijfsleider de mogelijkheid de verzekeringspremies via zijn bedrijf te financieren en tegelijkertijd zijn naasten aan te duiden als begunstigden bij overlijden.
- POZ (zonder vennootschap): de zelfstandige financiert zelf de premies.
- VAPZ (met of zonder vennootschap): de zelfstandige financiert zelf de premies.
- Overlijdensdekking (met of zonder vennootschap): de zelfstandige financiert zelf de premies. Er is wel een subtiel verschil voor zelfstandigen met een vennootschap, zij hebben de mogelijkheid om een overlijdensverzekering af te sluiten via de IPT-fiscaliteit. Dit betekent dat de premies rechtstreeks door de vennootschap van de zelfstandige kunnen worden gefinancierd.
Wat is de tweede pensioenpijler precies?
Door AG
25/8/2022
De tweede pijler is een essentiële aanvulling op het wettelijk pensioen (eerste pijler). Het gaat om alle aanvullende pensioenkapitalen die werknemers en zelfstandigen opbouwen tijdens hun professionele loopbaan.
Voor werknemers zorgt de werkgever of de sector zelf voor een tweedepijleroplossing en maakt die vaak integraal deel uit van het verloningspakket (groepsverzekering). Zelfstandigen daarentegen moeten zelf voor een oplossing zorgen.
Het opgebouwde aanvullende pensioenkapitaal wordt uitbetaald wanneer de werknemer met pensioen gaat of de leeftijd bereikt waarop pensionering mogelijk is.
Tweede pensioenpijler en werknemers
Bedrijven en sectoren kunnen voor hun werknemers een groepsverzekering afsluiten of storten in een pensioenfonds.
Werkgevers kunnen een aanvullend pensioenplan aanbieden aan alle werknemers, aan een groep van werknemers of onder bepaalde voorwaarden zelfs aan één werknemer. Dit is altijd een keuze van de werkgever en geen verplichting.
Als de sector de initiatiefnemer is van het aanvullende pensioenplan, dan zijn in principe alle werkgevers in die sector erbij betrokken.
De werkgevers – en in sommige gevallen ook de werknemers – storten bijdragen om een pensioenkapitaal op te bouwen. Deze bijdragen leveren een fiscaal voordeel op voor de werkgevers, maar ook voor de werknemers die persoonlijke stortingen doen.
Benoemde statutaire ambtenaren hebben geen toegang tot een aanvullend pensioen van de tweede pijler. Dit komt omdat zij een hoger wettelijk pensioen hebben dan werknemers en zelfstandigen. Voor contractuele ambtenarenkunnen overheidsdiensten wel in een aanvullend pensioenplan voorzien, want voor hen geldt het gunstige ambtenarenpensioen niet.
Tweede pijler en zelfstandigen
Zelfstandigen of zelfstandige bedrijfsleiders kunnen ook een aanvullend pensioenplan afsluiten, maar ze moeten dit wel op eigen initiatief doen. Het statuut van zelfstandigen (als natuurlijke persoon of als vennootschap) heeft een invloed op de voor hen beschikbare oplossingen. We sommen ze even op:
Zelfstandigen-natuurlijke personen | Zelfstandigen met vennootschap | |
Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen (VAPZ) | Ja | Ja |
Individuele Pensioentoezegging (IPT) | Nee | Ja |
Pensioenovereenkomst voor Zelfstandigen (POZ) | Ja | Nee |
Al deze formules leveren fiscale voordelen op voor de zelfstandigen of hun vennootschap, maar er gelden wel maximumbedragen. Voor een VAPZ is dat 8,17 % van het geïndexeerde netto belastbaar beroepsinkomen van 3 jaar geleden met een maximum van 3.447,62 euro. Voor een sociaal VAPZ is het plafond gelijk aan 9,40% van het referentie-inkomen (geïndexeerd netto belastbaar beroepsinkomen van het jaar N-3), met een maximum van 3.966,67 euro (voor 2022).
Voor IPT en POZ geldt de zogenaamde 80%-regel. Die bepaalt dat het wettelijk en het aanvullend pensioen samen niet hoger mogen liggen dan 80% van het laatste ‘gewoonlijke’ inkomen van de zelfstandige (IPT) of van het gemiddelde van het gecorrigeerde inkomen van de laatste 3 belastbare periodes (POZ). Wordt deze grens overschreden, dan zijn de IPT- en POZ-bijdragen niet meer fiscaal aftrekbaar.
Goed om te weten
Medische vrije beroepers (artsen, tandartsen, apothekers, kinesitherapeuten, logopedisten en zelfstandige verpleegkundigen) die geconventioneerd werken (dat wil zeggen de RIZIV-tarieven toepassen), hebben recht op sociaal voordeel. Dit voordeel bestaat uit een jaarlijkse bijdrage die door het RIZIV gestort wordt in een aanvullend pensioenplan, het RIZIV-contract genoemd.
Extra troeven
In een tweedepijlerpensioenverzekering is het mogelijk ook een luik ‘Bescherming’ in te bouwen. Zo kunnen zelfstandigen kiezen voor een bescherming tegen arbeidsongeschiktheid of tegen overlijden. Bovendien kan dit tweedepijlercontract vóór de pensioenleeftijd gebruikt worden voor het kopen, bouwen of renoveren van een onroerend goed in de Europese Economische Ruimte (alle EU-landen plus Liechtenstein, Noorwegen en IJsland).
Een professional inschakelen is de beste manier om advies op maat te krijgen.
Hoe beleggen via een tak 23-levensverzekering en tegelijk de risico’s beperken?
27/7/2022
In een tijd waarin de inflatie recordniveaus bereikt, lijkt sparen niet langer voldoende. Beleggen via een tak 23-levensverzekering is een interessant alternatief om de torenhoge inflatie te counteren. De vooroordelen over de financiële markten en de beurs schrikken potentiële beleggers natuurlijk wel af. Terecht of niet? We maken de balans op.
Risico en beleggen: onlosmakelijk met elkaar verbonden?
Elke belegging houdt een zeker risico in. Tak 23-levensverzekeringen zijn daarop geen uitzondering. Marktrisico’s, liquiditeitsrisico’s, risico’s verbonden aan het fondsenbeheer, het risico dat de verzekeraar failliet gaat, … Klanten moeten alles goed overwegen vóór ze de sprong wagen.
Wat is een tak 23-levensverzekering?
Beleggers die bereid zijn meer risico te nemen om een potentieel hoger rendement te behalen, kunnen opteren voor een tak 23-levensverzekering.
Het rendement is rechtstreeks gekoppeld aan de prestaties van de door de verzekeraar geselecteerde fondsen. Tak 23 biedt wel geen rendements- of kapitaalgarantie, wat een risico op financieel verlies inhoudt.
Het belang van diversificatie en langetermijnvisie
Het motto van elke zichzelf respecterende belegger? “Stop nooit al je eieren in één mand.” Een goede diversificatie beperkt het risico voor de belegger aanzienlijk. Door te kiezen voor een tak 23-oplossing investeren beleggers in een of meer fondsen die een reeks ondernemingen bijeenbrengen die zorgvuldig door beheerders zijn geselecteerd.
In tegenstelling tot individuele aandelen beperkt beleggen in een beleggingsfonds het risico, omdat het rendement niet afhankelijk is van één enkele onderneming. Het is natuurlijk mogelijk om de beleggingsportefeuille verder te diversifiëren door verschillende fondsen of producten te kiezen.
Kiezen voor een langetermijnhorizon verkleint ook de impact van marktschommelingen op de algemene prestaties van het fonds. Een negatieve prestatie op een bepaald moment vormt op zich dus geen bedreiging voor het globale rendement van het contract.
Beleggen met een gerust hart? Drie mechanismen
Beleggen houdt altijd een minimum aan risico in. Maar er zijn wel beschermingsmechanismen om het risico te beperken.
-Drip feed
Het is onmogelijk om met zekerheid de marktschommelingen te voorspellen en dus is het vaak ook riskant om zelf het juiste moment te bepalen om te starten met beleggen.
Met het drip feed-mechanisme kunnen klanten geleidelijk beleggen in één of meerdere fondsen gedurende een bepaalde periode. Doel? Hun belegging spreiden om te voorkomen dat ze op het verkeerde moment een aanzienlijk bedrag beleggen. En daarnaast ook de impact van de volatiliteit van de financiële markten beperken.
– Verliesbeperker
De naam zegt het zelf: als ze het mechanisme van de verliesbeperker activeren, kunnen klanten grote verliezen voorkomen door tijdelijk de volledige reserve van het basisfonds vanaf een vooraf bepaald niveau over te dragen naar een defensiever wachtfonds. Daarna kunnen ze de overgedragen eenheden geleidelijk (automatisch of manueel) herbeleggen in het basisfonds. De herbeleggingsperiode is gespreid over verschillende maanden, zodat ze ook hier vermijden dat ze op een verkeerd moment in één keer herbeleggen.
– Winstbeschermer
Beleggers die opteren voor het mechanisme van de winstbeschermer, kunnen de meerwaarden automatisch overdragen naar een defensiever wachtfonds.
Concreet: wanneer het basisfonds een vooraf bepaalde positieve prestatie bereikt of overschrijdt, treedt het mechanisme automatisch in werking en worden de winsten overgeheveld naar een defensiever wachtfonds. Kortom, drip feed, verliesbeperker en winstbeschermer hebben alledrie hetzelfde doel: de gerealiseerde meerwaarden maximaal beschermen door de risico’s zo klein mogelijk te maken.
Vijf misvattingen over pensioensparen
22/6/2022
Pensioensparen is een aanrader om uw levensstandaard te behouden na uw pensionering. Om uw pensioen degelijk voor te bereiden is het belangrijk dat u zich goed informeert. We bekijken de meest voorkomende misvattingen over pensioensparen.
Het bedrag van het wettelijk pensioen is meer dan voldoende
Surf naar mypension.be om een preciezer idee te krijgen van het bedrag van uw wettelijk pensioen. Zo kan u anticiperen en inschatten hoeveel u de komende jaren moet sparen om het verschil met uw loon te overbruggen.
In België bestaat het pensioen uit vier ‘pijlers’. Het wettelijke pensioen vormt de eerste pijler. Om dit bedrag aan te vullen zijn er nog drie pijlers.
- De tweede pijler
Alle aanvullende pensioenkapitalen die werknemers en zelfstandigen opbouwen tijdens hun professionele loopbaan. - De derde pijler
De individuele contracten die spaarders op eigen initiatief aangaan om een aanvullend pensioenkapitaal op te bouwen met fiscaal voordeel. Denk maar aan pensioensparen en langetermijnsparen. - De vierde pijler
Alle pensioenvoorbereidingen zonder fiscaal voordeel. Er zijn tal van mogelijkheden. Spaarders kunnen kiezen voor beleggingsfondsen, tak 21- of tak 23-verzekeringen, onroerend goed, …
Het bedrag van het wettelijk pensioen is gebaseerd op het laatste loon
Uw wettelijk pensioen hangt af van uw statuut, loon, gezinssituatie en aantal loopbaanjaren. Het loon is dus lang niet het enige element dat een rol speelt bij de berekening.
Het heeft geen zin om te vroeg te beginnen met sparen voor uw pensioen
Integendeel, het is nooit te vroeg om te beginnen sparen voor uw pensioen! Vanaf de leeftijd van 18 jaar is het trouwens al mogelijk om een pensioenspaarcontract af te sluiten. Veel mensen grijpen hun eerste job aan om te beginnen met pensioensparen en zo snel mogelijk van het belastingvoordeel te profiteren.
Grootverdieners krijgen een pensioen dat overeenkomt met hun laatste loon
Voor de berekening van het wettelijk pensioen geldt een loonplafond. Dat ligt op 60% van het laatste maximumloon, ongeacht het bedrag. Alles daarboven komt niet in aanmerking.
Daarom hebben ook mensen met een hoger inkomen er alle belang bij om die pensioenkloof te dichten en een aanvullend pensioenkapitaal op te bouwen.
De actieve bevolking draagt momenteel bij aan haar eigen pensioen
In België betaalt de actieve bevolking bijdragen om onder meer het wettelijk pensioen van gepensioneerden te financieren. Werkenden van vandaag zijn solidair zijn met werkenden van gisteren. De toekomstige pensioenen worden op hun beurt gefinancierd door de generatie die op dat moment actief is.
Maar door de vergrijzing van de bevolking stijgt het aantal gepensioneerden. De financiering van de pensioenen is dus een belangrijke uitdaging in de komende jaren.
Overlijdensverzekeringen: zijn we allemaal onvoldoende beschermd?
26/5/2022
Een autoverzekering afsluiten, is de normaalste zaak van de wereld. Maar onszelf en ons gezin beschermen, dat is een ander paar mouwen. Toch kan een overlijden zware financiële gevolgen voor een gezin hebben.
Want de dagelijkse kosten blijven stijgen, terwijl het gezin het moet doen met nog maar één inkomen. Voor zelfstandigen kan een plots overlijden ook het voortbestaan van het bedrijf in gevaar brengen.
Dat is precies wat de term ‘beschermingskloof’ of ‘protection gap’ inhoudt. Het is het bedrag dat nodig is om ervoor te zorgen dat de gezinsleden van de verzekerde hun levensstandaard kunnen behouden wanneer een van beide partners overlijdt. In het geval van een zelfstandige beroepsactiviteit is het de bedoeling de financiële gevolgen te beperken als de zelfstandige zou overlijden.
Bescherming voor particulieren
Welke behoeften hebt u als particulier?
- Uitstaande (hypothecaire) leningen aflossen
- De levensstandaard van uw gezinsleden veiligstellen. Kies voor een dekking waarmee ze hun dagelijkse kosten kunnen betalen en hun huidige en toekomstige projecten kunnen verwezenlijken:
- energierekeningen
- verzekeringspremies (auto, brand, familiale enz.)
- internet-, tv- en telefoonabonnementen
- abonnement voor het openbaar vervoer
- benzine
- ziekenfonds
- studies van de kinderen
- buitenschoolse activiteiten
- vakantie
- Een niet-geregistreerde roerende schenking beschermen. Een overlijdensverzekering garandeert de uitkering van een kapitaal bij overlijden om de successierechten te dekken op elk geschonken bedrag dat nog niet aan schenkingsrechten was onderworpen.
Voorbeeld 1
Een jong koppel met twee kinderen sluit twee schuldsaldoverzekeringen (100% dekking) af om hun hypothecaire lening te dekken. Heeft dit gezin een aanvullende overlijdensdekking nodig, wetende dat hun hypotheek volledig wordt afgelost als een van de partners zou overlijden? Zijn zij onvoldoende beschermd?
Het antwoord op die vraag is duidelijk: ja, ze zijn onvoldoende beschermd. De overlevende partner kan het bijvoorbeeld moeilijk krijgen om de lopende uitgaven, het schoolgeld van de kinderen en hun buitenschoolse activiteiten te betalen. Een aanvullende overlijdensdekking om de levensstandaard van het gezin op peil te houden en financiële zekerheid te bieden in geval van een plots overlijden kan dan een uitstekende oplossing zijn.
Bescherming voor zelfstandige bedrijfsleiders
Welke behoeften hebt u als bedrijfsleider?
- De continuïteit van het bedrijf verzekeren
Als één van de sleutelfiguren wegvalt, kan een bedrijf genoodzaakt zijn bepaalde projecten te weigeren en kan het voortbestaan van het bedrijf in gevaar komen. - Lopende bedrijfskredieten aflossen
Ook de terugbetaling van bedrijfsleningen zou een zware financiële last betekenen voor het bedrijf en de eventuele vennoten of gezinsleden van de overledene. - Het aandeelhouderschap van de vennootschap beschermen
Als een van de aandeelhouders overlijdt, hebben de erfgenamen recht op een percentage van de aandelen van de vennootschap. De erfgenamen worden aandeelhouders van de vennootschap, maar beschikken misschien niet over de nodige operationele capaciteit. De continuïteit van de onderneming kan dus in gevaar komen.
Voorbeeld 2
Twee vrienden starten als vennoten een ondernemersproject. Samen hebben ze alle nodige vaardigheden om alle aspecten van hun bedrijf van a tot z te beheren. Maar bij overlijden van een van hen gaan de aandelen automatisch over op zijn nalatenschap. De erfgenamen worden mede-aandeelhouders, maar beschikken niet over de nodige vaardigheden om het bedrijf te leiden.
De overblijvende vennoot kan natuurlijk de aandelen van zijn overleden partner afkopen. Maar daarvoor moet hij wel over het nodige budget beschikken. Ook in dit voorbeeld is er sprake van de zogenoemde ‘protection gap’ of beschermingskloof.
Om deze kloof te dichten, is het mogelijk een ‘kruiselingse’ overlijdensverzekering af te sluiten op het hoofd van beide vennoten. Bij overlijden van een van hen wordt een overlijdenskapitaal uitbetaald aan de tweede vennoot. Deze kan het bedrag gebruiken om de aandelen van zijn partner te kopen.
Elke situatie is natuurlijk anders en hangt af van de behoeften van de verzekerden. Professioneel advies is en blijft de beste optie om de juiste oplossing te vinden.
Hoe spaart u voor uw pensioen en financiert u tegelijk uw immoprojecten?
25/4/2022
De vastgoedprijzen stijgen elk jaar, maar dat weerhoudt de Belgen er niet van om te kopen. De notarisbarometer toont aan dat de vastgoedsector elk jaar nieuwe records breekt.
Maar voor een vastgoedproject is er een aanzienlijk budget nodig. Bijgevolg schiet er nog maar weinig over voor andere spaar- of investeringsprojecten, zoals pensioensparen, wat broodnodig is voor later.
Feit is dat veel Belgen een baksteen in de maag hebben. Ook heel wat jongeren onder de 30. De toekomst van de vastgoedsector ziet er dus goed uit! Maar is het überhaupt nog mogelijk om te investeren in vastgoed én een aanvullend pensioen op te bouwen? We maken de balans op.
Sparen voor uw pensioen en tegelijk een vastgoedproject financieren: een utopie?
Sommige verzekeringsmaatschappijen bieden oplossingen die in de eerste plaats bedoeld zijn om geleidelijk een reserve op te bouwen met het oog op de voorfinanciering van de schuldsaldoverzekering, die zo goed als verplicht is als u een hypothecaire lening aangaat.
Zodra u als toekomstige koper klaar bent om uw vastgoedproject te verwezenlijken, kan u de reserve van uw contract gebruiken om uw schuldsaldoverzekering te financieren. Als u de reserve niet gebruikt voor een vastgoedproject, blijft dit aangroeien tot het einde van het contract, vergelijkbaar met een langetermijnspaarcontract.
Is er een belastingvoordeel verbonden aan dit product?
Ja. Omdat dit type product over het algemeen als langetermijnsparen wordt beschouwd, biedt het een belastingvoordeel van 30% op de premies betaald in 2022 (tot 705 euro belastingvoordeel). Het maximumbedrag wordt bepaald op basis van het inkomen van de verzekerde en mag in 2022 het plafond van 2.350 euro niet overschrijden.
Wanneer is het interessant om voor deze oplossing te kiezen?
De prijzen van onroerend goed blijven jaar na jaar toenemen. Veel jongeren willen op een gegeven moment een appartement of huis kopen, zonder dat zij daarvoor onmiddellijk over de nodige middelen beschikken. Terwijl ze hun eerste stappen zetten in het beroepsleven, kunnen ze hun schuldsaldoverzekering alvast voorfinancieren en zo hun toekomstige vastgoedproject zo vroeg mogelijk voorbereiden.
Is deze oplossing alleen bedoeld voor jongeren?
Neen. Dit is een oplossing voor elk vastgoedproject, ongeacht de leeftijd van de koper. Zo kan u deze optie gebruiken om de aankoop (of renovatie) van een eerste of tweede woning voor te bereiden.
En als u uw project toch niet verwezenlijkt, wordt het opgebouwde kapitaal gewoon ‘omgezet’ in een aanvullend pensioenkapitaal dat u aan het eind van het contract uitbetaald krijgt.
Wordt u binnenkort 65 jaar, dan is dit uw laatste kans om een langetermijnspaarcontract af te sluiten en te profiteren van het belastingvoordeel.
Waarom uw schuldsaldoverzekering voorfinancieren?
Als u samen met uw partner een woning koopt, vertrouwt u in principe op beide inkomens om de lening terug te betalen. Als één loon wegvalt, kan de aflossing van de hypothecaire lening al snel een financiële last worden voor de overlevende partner. Door uw schuldsaldoverzekering te prefinancieren, hoeft u zich als toekomstige koper geen zorgen meer te maken over de financiering van uw overlijdensdekking. Deze oplossing geldt ook voor alleenstaande kopers die zo hun familie (ouders, broers, zussen enz.) beschermen tegen een mogelijke financiële last bij overlijden.
Wat zijn de ESG-criteria?
29/3/2022
In een tijd waarin de zorg voor het milieu meer dan ooit centraal staat, willen klanten kiezen voor beleggingen die overeenstemmen met hun waarden. Maar velen vragen zich af waar ze moeten beginnen. Daarom geven we een woordje uitleg bij de zogenaamde ‘ESG-criteria’.
ESG staat voor ‘environment’ (milieu), ‘society’ (maatschappij) en ‘governance’ (goed bestuur)
De ESG-criteria worden gebruikt om de maatschappelijk verantwoorde aanpak van een onderneming te beoordelen en fungeren als ‘filter’ bij de selectie van bedrijven voor verschillende duurzame en verantwoorde beleggingsfondsen. Deze aanpak is gebaseerd op 3 fundamentele pijlers:
- Milieu
Wat is het effect van de activiteiten van de onderneming op het milieu? Welke inspanningen doet ze om dit te beperken? Zo komen bijvoorbeeld alleen bedrijven in aanmerking die natuurlijke hulpbronnen efficiënt beheren, de uitstoot van broeikasgassen verminderen of een efficiënt recyclagesysteem toepassen.
- Maatschappij
Wat is de houding van de onderneming tegenover mensenrechten en arbeidsrecht? Zo worden bedrijven die kinderen als arbeidskrachten gebruiken of waarvan bekend is dat zij corrupt zijn, systematisch uitgesloten.
- Goed bestuur
Hoe wordt de onderneming geleid en gecontroleerd? Transparantie, onafhankelijkheid van de raad van bestuur en respect voor de rechten van aandeelhouders zijn een aantal criteria die een positieve impact hebben op een mogelijke selectie.
Wat is het verschil tussen de SRI-aanpak en de ESG-criteria?
De SRI-aanpak is een beleggingsstrategie op zich, terwijl de ESG-criteria een soort leidraad zijn voor SRI.
Waarom kiezen voor een duurzaam beleggingsfonds?
Voor individuele spaarders of beleggers is het bijvoorbeeld mogelijk om in een maatschappelijk verantwoord fonds voor een specifiek project te beleggen:
- Sparen of beleggen voor de toekomst van uw kinderen
- Sparen of beleggen voor uw pensioen
- Of gewoon uw spaargeld laten aangroeien
Beheerders van duurzame en verantwoorde fondsen zijn zowel geïnteresseerd in de prestaties van de geselecteerde ondernemingen als in de ethische dimensie van hun activiteiten en organisatie. Kiezen tussen potentieel rendement en duurzaamheid is dus niet aan de orde.
Door te opteren voor een verantwoord beleggingsfonds kunnen beleggers hun waarden en hun financiële strategie op elkaar afstemmen en tegelijkertijd op hun niveau bijdragen aan een mooie toekomst voor iedereen. Hoe? Door een thematisch fonds te kiezen dat aansluit bij hun waarden en de thema’s die hen nauw aan het hart liggen.
Welke soorten ondernemingen en activiteiten zijn opgenomen in duurzame beleggingsfondsen?
Dat hangt natuurlijk af van de financiële instelling en van het fonds. Zo bieden sommige financiële instellingen thematische fondsen aan met ondernemingen die in verschillende sectoren actief zijn:
- Productie van alternatieve energie
- Beheer van natuurlijke hulpbronnen
- Disruptieve technologieën
- Klimaatverandering
- Scholen van Morgen
- Gezondheidszorg
- Mobiliteit
- Enzovoort
Hoe weten klanten of een beleggingsfonds aan de ESG-criteria voldoet?
In België is het Towards Sustainability-label een goede leidraad. Het doel is om consumenten te begeleiden in de richting van duurzamere spaar- en beleggingsoplossingen. Daarnaast moedigt het label financiële instellingen ook aan om hun aanbod te diversifiëren door rekening te houden met het aspect maatschappelijke verantwoordelijkheid.
Om aan de steeds strengere eisen te voldoen, wordt de kwaliteitsnorm van het Towards Sustainability-label regelmatig herzien. Zo beantwoordt het label aan de wetten en actieplannen op Europees niveau, de behoeften van consumenten, de marktomstandigheden en het recentste universitair onderzoek.
Het wordt elk jaar toegekend en vernieuwd (of niet). Het gaat dus om een langetermijnaanpak, die getuigt van een reëel engagement van bedrijven en financiële instellingen.
Een beroep doen op een tussenpersoon blijft de beste oplossing om de meest geschikte oplossing te kiezen, afgestemd op het profiel, de behoeften en de verwachtingen van zowel beginnende als ervaren beleggers.
Hoe kunnen zelfstandigen zich beschermen tegen arbeidsongeschiktheid?
28/2/2022
Waarom is een bescherming tegen arbeidsongeschiktheid essentieel voor zelfstandigen en ondernemers?
Als het inkomen van zelfstandigen of ondernemers (al dan niet tijdelijk) wegvalt door arbeidsongeschiktheid, kan dat zware financiële gevolgen hebben voor henzelf, hun gezin en hun onderneming. De vaste kosten van het gezin, particuliere en zakelijke leningen, het voortbestaan van het bedrijf, … zijn bedreigd als er geen toereikend vervangingsinkomen is.
We bekijken drie essentiële domeinen voor zelfstandigen-natuurlijke personen en bedrijfsleiders: het privéleven, de continuïteit van de onderneming en de professionele kredieten.
Privéleven
Bij veel zelfstandigen is hun activiteit de belangrijkste bron van inkomsten voor hun gezin. Als dit inkomen (tijdelijk) wegvalt, weegt dit dan ook zwaar door.
Continuïteit van de onderneming (zelfstandigen met een vennootschap)
Veel bedrijfsleiders splitsen hun inkomsten: een deel keren ze aan zichzelf uit als loon en een deel blijft in de onderneming. Bedrijfsleiders fungeren meestal als sleutelfiguur, die het bedrijf draaiende houdt. Als zij arbeidsongeschikt zijn, kan dat grote gevolgen hebben voor de omzet. Daarom is het belangrijk om zowel het beroepsinkomen van de bedrijfsleider als de omzet van de onderneming veilig te stellen.
Professionele kredieten
In het begin van hun loopbaan maken zelfstandigen vaak gebruik van een (groot) krediet om hun bedrijf op te starten. Op dat moment beschikken de meesten niet over voldoende kapitaal om de financiële schok op te vangen van een ongeval of ziekte.
Periodes van arbeidsongeschiktheid – waardoor het inkomen van zelfstandigen drastisch terugvalt – hebben dan ook vaak zware gevolgen voor de onderneming. De leninglast blijft dezelfde, ongeacht de situatie van de bedrijfsleider.
Wat voorziet de wet concreet voor zelfstandigen die arbeidsongeschikt zijn?
Sinds 1 juli 2019 is de wettelijke bescherming aangepast. De wachttijd om de forfaitaire RIZIV-vergoeding te krijgen, is afgeschaft: zelfstandigen die niet kunnen werken, krijgen nu vanaf de eerste dag al een vergoeding, op voorwaarde dat de arbeidsongeschiktheid langer dan 7 dagen duurt.
Maar het bedrag van deze vergoeding blijft beperkt en onvoldoende om de dagelijkse uitgaven te dekken.
Hoe kunnen zelfstandigen zich beschermen?
- Met een aanvullende dekking ‘arbeidsongeschiktheid’ via een pensioenproduct van de tweede pijler
Deze verzekering beschermt het inkomen van zelfstandigen en hun gezin tijdens de periode van arbeidsongeschiktheid. Deze formule combineert bescherming en pensioenopbouw. Er zijn twee formules:
- Aanvullende AVRI-verzekering via een pensioenverzekering van de 2e pijler: rente
Bij arbeidsongeschiktheid door ziekte of ongeval krijgen zelfstandigen een vervangingsinkomen boven op de wettelijke uitkering.
- AVRI-verzekering via een pensioenverzekering van de 2e pijler: terugbetaling van de premie
Tijdens een periode van arbeidsongeschiktheid neemt de verzekeraar – evenredig met de graad van arbeidsongeschiktheid – de verschuldigde premies (‘pensioen’-hoofdverzekering en aanvullende verzekeringen) voor zijn rekening. Zo kunnen zelfstandigen blijven sparen voor hun pensioen, zelfs tijdens de periode van arbeidsongeschiktheid.
- Met een verzekering Gewaarborgd inkomen
Met een klassieke verzekering Gewaarborgd inkomen beschermen zelfstandigen hun inkomen en dat van hun gezin en krijgen ze een aanvullend inkomen boven op de wettelijke uitkering. Bovendien kan deze verzekering ook de omzet en de leninglast van een onderneming beschermen. Voor zelfstandigen met een vennootschap kan het dus nuttig zijn om een aanvullende verzekering af te sluiten via een oplossing van de 2e pijler, naast een omzetverzekering om zowel het private als het professionele gedeelte optimaal te beschermen.
Wat hebben de verzekeringen AVRI en Gewaarborgd inkomen gemeen?
- Zelfstandigen kunnen het type rente kiezen, net als de wachttijd waarin ze nog geen rente ontvangen. Deze keuzes hebben een invloed op de premie. Ook andere factoren spelen een rol, onder meer leeftijd, beroep en gezondheidstoestand.
- Zowel bij de verzekering Gewaarborgd inkomen als bij de aanvullende verzekering tegen arbeidsongeschiktheid via de 2e pijler (met uitzondering van het RIZIV-contract), zijn de premies aftrekbaar als beroepskosten.
Zelfstandigen vragen het best advies aan een professional die een oplossing uitwerkt op maat van hun behoeften.
Nieuw belastingdecreet in Wallonië: impact op successierechten voor levensverzekeringen
31/1/2022
Eind 2021 heeft de Waalse regering een nieuw decreet goedgekeurd dat ‘een rechtvaardigere belasting’ mogelijk maakt. Het decreet bevat een reeks maatregelen, waarvan sommige bedoeld zijn om bepaalde fiscale mogelijkheden te beperken die als misbruik worden beschouwd.
Het nieuwe belastingdecreet is op 1 januari 2022 in werking getreden. Een woordje uitleg. De meeste maatregelen met betrekking tot de individuele levensverzekering zijn geïnspireerd op maatregelen die al in het Vlaamse Gewest van toepassing waren.
Uitbetaling van levensverzekeringsprestaties binnen de 5 jaar vóór het overlijden
Volgens het Wetboek der successierechten van het Waalse Gewest (versie van toepassing tot 31 december 2021), wordt elk bedrag dat in de loop van de 3 jaar vóór het overlijden werd ontvangen – op basis van een bepaling in een contract dat de overledene heeft afgesloten – gewoon weer opgenomen in de nalatenschap waarop successierechten verschuldigd zijn.
Deze bepaling is ook van toepassing op levensverzekeringscontracten waarbij aan het einde van het contract een prestatie bij leven wordt uitbetaald aan een begunstigde (die niet de verzekeringsnemer is) en waarbij de verzekeringsnemer binnen de drie jaar na die uitbetaling overlijdt. In dat geval is het levensverzekeringskapitaal onderworpen aan successierechten.
Met het nieuwe Waalse decreet wordt deze termijn verlengd van 3 tot 5 jaar, naar analogie met de verlenging van de ‘verdachte periode’ die voortaan van toepassing is op niet-geregistreerde schenkingen.
Schenking levensverzekering: meerwaardebelasting
Wanneer een verzekeringsnemer zijn levensverzekering via een notariële akte ‘schonk’ aan de persoon die aanvankelijk als begunstigde was aangeduid, en die verzekeringsnemer vervolgens overleed, was het geschonken contract op het moment van overlijden vrij van successierechten. Dat was vóór de inwerkingtreding van het nieuwe decreet.
Sinds 1 januari 2022 wordt in het Waalse Gewest de begunstigde belast op de verzekeringsprestatie die hij of zij bij overlijden ontvangt. Er is wel een kleine nuance: het kapitaal dat belastbaar is volgens het erfrecht, wordt verminderd met het kapitaal waarop al registratierechten zijn betaald.
Bijgevolg zijn alleen successierechten verschuldigd op het bedrag dat overeenstemt met de eventuele ‘meerwaarde’ van de levensverzekering, d.w.z. de waardevermeerdering tussen het moment van de schenking van de levensverzekering en het overlijden van de schenker-verzekerde. Dat is vandaag in Vlaanderen al zo.
Levensverzekering: moment van opeisbaarheid van successierechten
Contract op naam van de overledene en uitbetaald na het overlijden
Tot eind 2021 was in het Waalse Gewest elke levensverzekering op naam van de overledene onmiddellijk belastbaar op het moment van overlijden, op basis van het uitbetaalde bedrag of de afkoopwaarde van de levensverzekering (als deze niet was uitbetaald op het ogenblik van overlijden).
Sinds het nieuwe Waalse decreet valt de betaling van de successierechten voortaan samen met het moment waarop de begunstigde de levensverzekeringsprestaties daadwerkelijk ontvangt, net zoals in Vlaanderen. De belastingheffing vindt dus niet meer plaats op het moment van overlijden.
Deze maatregel maakt het mogelijk de belasting met meer zekerheid te innen bij de ‘uiteindelijke’ begunstigde, d.w.z. de persoon die het contract afkoopt of de persoon die de verzekeringsprestaties na overlijden daadwerkelijk ontvangt.
Contract op naam van de langstlevende echtgenoot (gehuwd onder het stelsel van gemeenschap van goederen)
In een lastminute-amendement is ook het moment van opeisbaarheid van de successierechten aangepast voor contracten op naam van de langstlevende echtgenoot wanneer de echtgenoten onder het stelsel van gemeenschap van goederen waren gehuwd.
Net als in Vlaanderen betaalt de langstlevende echtgenoot de successierechten voortaan op het ogenblik van afkoop of daadwerkelijke uitbetaling van de prestaties (na het overlijden), en niet meer op het moment van overlijden, zoals dit vroeger het geval was.
Tot slot wijzen we er nogmaals op dat deze nieuwe maatregelen alleen betrekking hebben op mensen die in het Waalse Gewest wonen.
Een spaar-of beleggingsplan voor de feestdagen: een mooi geschenk voor later
22 december 2021
December betekent voor zowat ieder van ons cadeautjestijd. Dit geldt nog meer voor de kinderen of kleinkinderen. Eerst komt de goede Sint, snel volgt de Kerstman en dan staat Nieuwjaar al voor de deur, met de traditionele nieuwjaarsbrieven. Jaar na jaar een origineel cadeau uit je mouw toveren, is geen kinderspel. Heel veel mensen kiezen dan ook al snel voor het traditionele ‘envelopje’. Daar doe je immers nooit mis mee. Dat klopt, maar wat doen de kinderen met de inhoud van hun envelopje? Misschien is het geen slecht idee om op langere termijn te denken en die ‘envelopjes’ te sparen voor hun toekomstige projecten: hun studies, een eerste auto of misschien wel een eerste huisje! Er zijn tal van projecten die steeds moeilijker te verwezenlijken zijn zonder een financieel duwtje in de rug.
Denk aan sparen of beleggen
Daarom kan een spaar- of beleggingsverzekering voor kinderen een mooi alternatief zijn voor die ‘envelopjes’. Met zo’n verzekering kan immers een startkapitaal opgebouwd worden dat het kind of kleinkind ontvangt als het volwassen is. Voor ouders kan zo’n verzekering een middel zijn om alle gelegenheden – grote en kleine – aan te grijpen om te sparen. Het geld dat de kinderen krijgen voor hun verjaardag, Sinterklaas, Kerstmis, Pasen, … kunnen ze hierin storten via bijkomende premiestortingen in de loop van het jaar. Met dit flexibele product kunnen ouders sparen en beleggen naargelang hun financiële situatie en wanneer het hen het best past.
Voor grootouders kan zo’n spaar- of beleggingsverzekering voor kinderen meteen ook een manier zijn om hun vermogen over te dragen, en daarbij een generatie over te slaan. Het voordeel? Door rechtstreeks een deel van het vermogen aan de kleinkinderen over te maken via een verzekering, wordt vermeden dat het kapitaal eerst via de eigen kinderen passeert. Zo wordt het kapitaal maar één in plaats van twee keer belast.
Wat zijn de kenmerken van een spaar- of beleggingsplan voor kinderen?
Elke spaar- of beleggingsverzekering voor kinderen is natuurlijk anders. Het kan een tak 21- of tak 23-verzekering zijn of een mix van beide. In dat geval kan de verzekeringsnemer zelf de verdeelsleutel tussen tak 21 en tak 23 (50-50, 70-30, 90-10, …) bepalen, naargelang zijn beleggersprofiel. Maar er zijn ook enkele karakteristieken die praktisch altijd terugkomen:
- Er kan gekozen worden voor een eenmalige premie of voor periodieke premies. Handig voor dat jaarlijkse envelopje dus.
- De stortingen kunnen verhoogd of verlaagd worden, naargelang de financiële situatie (soms is er wel een minimumpremie bepaald in het contract).
- De premiestorting kunnen zelfs tijdelijk stopgezet worden.
- Het contract kan in eigen naam onderschreven worden, of als ouder ook onmiddellijk op naam van het kind.
Zo’n spaarplan kan meteen ook een mooie gelegenheid zijn om de (klein)kinderen de waarde van geld en het belang van sparen aan te leren. Soms zit het zelfs verweven in een heus educatief concept. Het kind kan dan via een leuke app spelenderwijs de investeringen meevolgen en de financiële wereld ontdekken.
Natuurlijk zijn er ook enkele aandachtspunten. Aangezien het om een spaar- of beleggingsverzekering gaat, is het misschien niet altijd mogelijk om kosteloos geld op te nemen. En afhankelijk van het verzekeringstype dat gekozen wordt, is er ook altijd een kans om geld te verliezen.
IPT of VAPZ?
29/11/2021
Elke zelfstandige met een vennootschap kan een contract VAPZ (Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen) en/of IPT (Individuele Pensioentoezegging) afsluiten. Doel? Een aanvullend pensioen opbouwen. Beide oplossingen hebben specifieke voordelen. Wanneer kiest u welke optie? Lees verder op MoneyStore!
VAPZ en IPT: definities en doelstellingen
Met deze twee formules kunnen zelfstandigen een aanvullend pensioen opbouwen op een fiscaal voordelige manier. Een VAPZ is bedoeld voor alle zelfstandigen (natuurlijke personen of met een vennootschap). Een IPT is meer specifiek voor zelfstandigen met een vennootschap.
Wie is de verzekeringsnemer en wie is de verzekerde?
Bij een VAPZ is de zelfstandige tegelijk de verzekeringsnemer, de verzekerde en de begunstigde bij leven (in geval van overlijden zijn de naasten de begunstigden van het contract).
Bij een IPT is dat anders. Hier is de vennootschap de verzekeringsnemer en de bedrijfsleider de verzekerde. Die laatste is meestal ook de begunstigde bij leven en krijgt het kapitaal van het contract op de einddatum. In geval van overlijden kunnen de naasten van de bedrijfsleider worden aangeduid als begunstigden bij overlijden.
Welk maximumbedrag storten voor fiscale aftrekbaarheid?
Om die vraag te beantwoorden, baseren we ons op het referentie-inkomen. Een woordje uitleg.
Het referentie-inkomen voor een VAPZ: dit is het netto belastbaar beroepsinkomen van 3 jaar geleden. Voor een VAPZ-contract bedraagt de maximumpremie 8,17% (of 9,40% voor het sociaal VAPZ) van het referentie-inkomen, geïndexeerd met een jaarlijks plafond. Deze premie is fiscaal aftrekbaar via dezelfde code als de socialezekerheidsbijdragen. Geeft u deze premie aan, dan betaalt u dus minder belasting, maar ook minder socialezekerheidsbijdragen.
Met een IPT kan de vennootschap ook de premies als bedrijfskosten aftrekken via de vennootschapsbelasting. Voor een zelfstandige bedrijfsleider worden de bijdragen niet als een voordeel van alle aard beschouwd als hij een regelmatige maandelijkse bezoldiging ontvangt.
Kunnen verloren loopbaanjaren worden ingehaald?
Het inhalen van verloren jaren met een inhaalpremie wordt ‘backservice’ genoemd. Dit is niet mogelijk voor een VAPZ. Bij een IPT kan u dit mechanisme wel gebruiken voor de jaren die u hebt gepresteerd binnen de vennootschap (en voor maximaal 10 jaar die u buiten het bedrijf hebt gepresteerd).
Worden de premies belast?
Voor een VAPZ wordt geen belasting geheven op de betaalde premies.
Voor een IPT geldt een belasting van 4,4% op de pensioen- en overlijdenspremie. Er geldt ook een taks van 9,25% op de bijdragen ‘Arbeidsongeschiktheid’. Tot slot kan de Wijninckx-bijdrage jaarlijks worden toegepast.
Wanneer wordt het kapitaal uitbetaald?
Voor zowel een VAPZ als een IPT moet het kapitaal verplicht worden uitbetaald op het moment van het (vervroegde) wettelijke pensioen. Vervroegde afkoop is mogelijk op de datum waarop aan de voorwaarden voor een (vervroegd) wettelijk pensioen is voldaan of op de wettelijke pensioenleeftijd.
Wat zijn de uiteindelijke belastingen op het pensioenkapitaal?
In beide gevallen wordt een RIZIV-bijdrage van 3,55% en een solidariteitsbijdrage (0-2%) ingehouden op het brutokapitaal aan het einde van het contract.
Voor een VAPZ is het pensioenkapitaal exclusief winstdeling daarna onderworpen aan een fictieve rente. Als het kapitaal wordt uitbetaald vanaf de wettelijke pensioenleeftijd of vanaf de leeftijd waarop aan de voorwaarden voor een volledige loopbaan is voldaan EN als de aangeslotene tot die leeftijd effectief actief is gebleven, wordt de fictieve rente berekend op slechts 80% van het pensioenkapitaal.
De personenbelasting op het pensioenkapitaal van een IPT bedraagt 20%, 18% of 16,5%, naargelang de leeftijd waarop het kapitaal wordt uitgekeerd. Dit percentage wordt verlaagd tot 10% als het kapitaal wordt uitbetaald vanaf de wettelijke pensioenleeftijd of vanaf de leeftijd waarop volgens de geldende pensioenwetgeving een volledige loopbaan is bereikt (momenteel 45 jaar) EN als de aangeslotene tot die leeftijd actief is gebleven.
Conclusie: VAPZ of IPT?
Meestal optimaliseren zelfstandigen eerst hun VAPZ, omdat dit fiscaal het voordeligst is. Als er dan nog marge is, kunnen ze een IPT afsluiten om hun VAPZ aan te vullen.
Levensverzekering: hoe een erfgenaam bevoordelen?
28/10/2021
De manier om een erfgenaam te bevoordelen via een levensverzekering? De begunstigingsclausule!
De mogelijkheid om vrij een overlijdensbegunstigde te kiezen is een van de voornaamste voordelen van een levensverzekering. Dit is ook een belangrijk verschil tussen beleggingsverzekeringen en klassieke beleggingsformules.
Het belang van de begunstigingsclausule
Na een overlijden worden gewone beleggingen opgenomen in de nalatenschap van de overledene. Het geld wordt dan verdeeld volgens de graad van verwantschap (wettelijke erfopvolging) of volgens het eventuele testament. Maar voor levensverzekeringen ligt de situatie anders. In dit geval wordt het verzekerde kapitaal uitgekeerd aan de begunstigde bij overlijden, die bij de onderschrijving wordt aangeduid. Merk op dat de overlijdensbegunstigde in de loop van het contract kan worden gewijzigd.
Concreet biedt de begunstigingsclausule van een levensverzekering de verzekeringsnemer de mogelijkheid om de persoon/personen aan te duiden die het verzekerde kapitaal ontvangt/ontvangen in geval van zijn/haar overlijden. Dat is het verschil tussen een levensverzekering en andere beleggingsformules.
Bij het afsluiten van een levensverzekering (bijv. schuldsaldoverzekering) komt de vraag wie de begunstigde is in geval van overlijden automatisch aan bod. Het hoofddoel van dit soort product is immers te voorzien in de uitbetaling van een kapitaal in geval van overlijden van de verzekerde. De begunstigde bij overlijden kan een gezinslid zijn of een kredietinstelling, als de overlijdensverzekering gekoppeld is aan een lening.
Maar bij financiële verzekeringen ligt de nadruk meer op het beleggingsaspect. Daarom wordt de begunstigingsclausule soms – ten onrechte – als bijkomstig beschouwd! Veel levensverzekeringen hebben geen einddatum en hebben dus een beleggingshorizon op lange termijn. Dit soort contract eindigt dus pas op het moment van afkoop of na het overlijden van de verzekerde. Maar in de loop van het contract kan er heel wat gebeuren: huwelijk, echtscheiding, overlijden, geboorte enz. De begunstigingsclausule in geval van overlijden is dus cruciaal.
Een erfgenaam bevoordelen: aandachtspunten
Hoewel een verzekeringsnemer met een begunstigingsclausule gemakkelijk een naaste kan bevoordelen door hem/haar als begunstigde aan te wijzen, moet de verzekeringsnemer wel altijd rekening houden met de geldende successieregels. De toewijzing van het verzekerde kapitaal aan de begunstigde mag bijvoorbeeld geen nadelige invloed hebben op het reservataire deel van de kinderen van de verzekeringsnemer.
Het reservataire deel is het deel van de nalatenschap waarover niet vrij kan worden beschikt. Als de overledene tijdens zijn leven regelingen heeft getroffen die dit reservataire deel in gevaar brengen, kunnen de reservataire erfgenamen hun deel opeisen. Het deel dat iemand na zijn/haar overlijden kan overdragen aan wie hij of zij wil, is het beschikbare deel.
Het reservataire deel van een overledene met kinderen bedraagt altijd de helft van de nalatenschap, ongeacht het aantal kinderen. Goed om te weten: de overlevende echtgeno(o)t(e) is ook een reservataire erfgenaam.
Naast het beleggingsaspect is de levensverzekering dus ook een volwaardig instrument voor vermogensplanning waarmee verzekeringsnemers hun successie kunnen organiseren volgens hun persoonlijke wensen.
Om een oplossing op maat uit te werken die is afgestemd op de situatie en de behoeften van de betrokkene, is het aan te raden om een beroep te doen op een professional.
Welke elementen bepalen het bedrag van het wettelijk pensioen?
27/9/2021
De wettelijke pensioenleeftijd in België is momenteel 65 jaar. Vanaf 2025 wordt dat 66 jaar en in 2030 is dat 67 jaar. Vanaf die leeftijd heb je als werknemer, ambtenaar of zelfstandige recht op een wettelijk pensioen, de eerste pensioenpijler.
Het bedrag van je wettelijk pensioen hangt af van een aantal factoren:
- Het aantal gepresteerde jaren
- Het loon
- Het statuut: werknemer, zelfstandige of ambtenaar
- De gezinssamenstelling (in sommige gevallen)
We overlopen elk van deze factoren in detail.
De duur van de loopbaan
Voor een volledige loopbaan moet elke Belg 45 jaar werken.
Periodes van inactiviteit door werkloosheid, ziekte, invaliditeit, tijdskrediet, … worden ‘gelijkgestelde periodes’ genoemd. Zij tellen in principe mee voor de berekening van het pensioen.
We nemen het voorbeeld van een onvolledige loopbaan van 42 jaar. In dat geval krijgt de werknemer een pensioen dat gelijk is aan 42/45e van een volledig wettelijk pensioen.
Het loon
Het bedrag van het pensioen is evenredig met het bedrag van het loon. Er wordt wel een jaarlijks loonplafond vastgelegd. Het deel van het loon dat dit plafond overschrijdt, geeft de werknemer geen extra rechten. Voor mensen met een hoog inkomen betekent dit dat het verschil tussen hun laatste loon en hun pensioen groter zal zijn.
Omgekeerd worden de laagste inkomens beschermd. Na minstens twee derden van een volledige loopbaan gewerkt te hebben als werknemer of als zelfstandige (of in beide statuten), kan je een gewaarborgd minimumpensioen genieten.
Het statuut van de werknemer
Of je als werknemer, zelfstandige of ambtenaar aan de slag bent geweest, heeft een heel grote impact op de berekening van het pensioen. Dit is nog ingewikkelder als je een gemengde loopbaan had.
De gezinssamenstelling
Gehuwde werknemers kunnen in sommige gevallen aanspraak maken op een gezinspensioen. De Pensioendienst bekijkt zelf welke optie het interessantst is voor de gepensioneerden:
- Twee individuele pensioenen
- Eén gezinspensioen
Een gezinspensioen is onder andere van toepassing als:
- Een van beide partners geen of een heel laag inkomen heeft
- Het individuele pensioen dat een van de partners zou krijgen kleiner is dan het bedrag van het gezinspensioen
Het komt erop neer dat als een van beide partners te weinig individueel pensioen zou krijgen, het pensioen van de andere partner wordt verhoogd met 25%.
Als een van beide partners overlijdt, wordt het gezinspensioen herbekeken in functie van de nieuwe situatie.
Het gezinspensioen is niet van toepassing voor wettelijk of feitelijk samenwonenden, enkel voor gehuwden. Ook voor ambtenaren geldt dit niet. Ambtenaren krijgen sowieso een pensioen als alleenstaande.
In veel gevallen is het wettelijke pensioen alleen niet voldoende om de levensstandaard na pensionering te kunnen behouden. Maar met oplossingen zoals pensioensparen en langetermijnsparen kan je de kloof overbruggen door een aanvullend pensioenkapitaal op te bouwen en tegelijkertijd te profiteren van een belastingvoordeel dat kan oplopen tot 30% op de premies die je elk jaar stort.
Individuele pensioentoezegging: dit moet u weten vóór u onderschrijft
26/8/21
In de eerste plaats zorgt de individuele pensioentoezegging (IPT) ervoor dat zelfstandigen met een vennootschap een aanvullend pensioen kunnen opbouwen via hun activiteit. Maar dat is niet alles. We geven een overzicht van de mogelijkheden van deze formule en leggen uit waar u op moet letten vóór u een IPT afsluit.
Sommige zelfstandigen willen hun pensioen voorbereiden, anderen hebben vooral behoefte aan bescherming of vermogensopbouw. De individuele pensioentoezegging beantwoordt aan deze drie behoeften:
Pensioenopbouw
De meeste zelfstandigen zijn zich ervan bewust dat ze grotendeels zelf moeten zorgen voor hun pensioen. De kloof tussen het laatste beroepsinkomen en het eerste pensioen is nergens zo groot als bij zelfstandigen. Met een IPT kunnen zelfstandigen met een vennootschap hun pensioen voorbereiden op een fiscaal efficiënte manier. Ze betalen hun premies via hun vennootschap. Bovendien zijn die onder bepaalde voorwaarden aftrekbaar als beroepskosten.
Bescherming tegen overlijden of arbeidsongeschiktheid
Voor startende zelfstandigen is pensioenopbouw meestal niet hun eerste zorg. Maar een IPT kan ook een interessante formule zijn om zichzelf en de levensstandaard van hun gezin te beschermen in geval van overlijden of arbeidsongeschiktheid. Via een aanvullende dekking – volgens de voorwaarden van elke verzekeraar – kan een zelfstandige:
- Een rente ontvangen in geval van arbeidsongeschiktheid als gevolg van ziekte of ongeval.
- De ‘pensioenpremies’ terugbetaald krijgen van de verzekeraar tijdens de periode van arbeidsongeschiktheid.
- Voorzien in de storting van een kapitaal aan zijn nabestaanden als hij zou overlijden.
Let op: het overlijdenskapitaal maakt deel uit van de nalatenschap en kan dus aan successierechten onderworpen zijn.
Onroerend goed/vermogensopbouw
Zelfstandigen kunnen via hun IPT-contract vastgoed aankopen, bouwen of renoveren. Zo kunnen ze van hun pensioenkapitaal profiteren vóór ze pensioengerechtigd zijn.
Ze kunnen bijvoorbeeld een voorschot op hun contract vragen of het in pand geven om de financiering van hun toekomstige aankoop van onroerend goed te beschermen. Nogmaals, de voorwaarden zijn afhankelijk van de verzekeraar.
Individuele pensioentoezegging: aandachtspunten
Naargelang de individuele situatie van elke zelfstandige bedrijfsleider moet bij het afsluiten van het contract met verschillende elementen rekening worden gehouden:
- Hoeveel bedraagt het regelmatige maandelijkse inkomen?
- Zijn er kinderen?
- Zijn er vennoten?
- Hoe groot is de privéspaarreserve?
- Hoe groot is de spaarreserve van de vennootschap?
- Hoe zit het met de fiscaliteit?
- Welke plannen heeft de zelfstandige (zowel privé als professioneel)?
Door rekening te houden met deze aspecten en de individuele situatie van zelfstandigen en hun bedrijf, kan de verzekeringstussenpersoon een oplossing voorstellen die aansluit bij hun huidige en toekomstige behoeften.
Schuldsaldoverzekering en tijdelijke overlijdensverzekering met vast kapitaal: de verschillen
27/7/2021
Een schuldsaldoverzekering en een tijdelijke overlijdensverzekering met vast kapitaal zijn in de eerste plaats levensverzekeringen. Het belangrijkste verschil tussen beide? De evolutie van het verzekerde kapitaal tijdens het contract. Hierna volgt een overzicht van de belangrijkste overeenkomsten en verschillen tussen beide verzekeringen.
Definities
- Schuldsaldoverzekering: dit type verzekering garandeert de volledige of gedeeltelijke terugbetaling van een lening (meestal een hypothecair krediet) in geval van overlijden van de verzekerde tijdens de looptijd van het contract. Afhankelijk van de gekozen dekking zijn de financiële gevolgen van de kredietaflossing (bijv. voor de overlevende partner) beperkt dankzij het overlijdenskapitaal.
- Tijdelijke overlijdensverzekering met vast kapitaal: dit type verzekering voorziet in de uitbetaling van een overlijdenskapitaal aan de begunstigde(n) die de verzekeringsnemer bij de onderschrijving heeft aangeduid. Het doel is om de levensstandaard van de naasten van de verzekerde te beschermen als deze laatste zou overlijden. Het is ook mogelijk om successierechten of een niet-geregistreerde schenking te dekken.
Verschillen
Schuldsaldoverzekering: wat moet u weten?
- Het verzekerde kapitaal is degressief. Dit betekent dat het verzekerde kapitaal afneemt naarmate de einddatum van de lening nadert.
- De looptijd van het contract hangt af van de lening waarvoor de verzekering de terugbetaling in geval van overlijden moet garanderen.
- Als de verzekerde in de loop van het contract overlijdt, keert de verzekeraar het kapitaal uit aan de bank om het hypothecair krediet volledig of gedeeltelijk terug te betalen (als de schuldsaldoverzekering effectief aan een hypothecair krediet is gekoppeld).
- Wettelijk gezien is de schuldsaldoverzekering niet verplicht. Maar de meeste banken stellen dit als voorwaarde voor het verlenen van krediet.
Tijdelijke overlijdensverzekering met vast kapitaal: wat moet u weten?
- Het verzekerde bedrag blijft vast voor de hele duur van het contract.
- De looptijd van het contract wordt vastgesteld bij de onderschrijving en hangt af van de situatie en de behoeften van elke verzekerde.
- Als de verzekerde overlijdt tijdens het contract, keert de verzekeraar het kapitaal uit aan de begunstigde(n). Het is wel mogelijk dat er successierechten verschuldigd zijn.
Gemeenschappelijke punten
In beide gevallen is het contract rechtstreeks gekoppeld aan het overlijdensrisico van de verzekerde. Om dit risico correct te kunnen beoordelen, is er vóór de onderschrijving eerst een medische acceptatieprocedure. Naargelang de situatie van elke verzekerde (medische historiek, leeftijd enz.) en het te verzekeren bedrag, kan de verzekeraar een eenvoudige medische vragenlijst voorleggen of bijkomende medische onderzoeken vragen.
Waarom een schuldsaldoverzekering combineren met een tijdelijke overlijdensverzekering met vast kapitaal?
Het verlies van een inkomen kan een grote impact hebben op de levenskwaliteit van een gezin. Door een schuldsaldoverzekering af te sluiten, dekt de verzekeringsnemer de terugbetaling van zijn lening in geval van overlijden van de verzekerde.
De terugbetaling hangt wel af van het gekozen beschermingsniveau. We nemen als voorbeeld een lening aangegaan door 2 kredietnemers:
Volledige dekking: beide kredietnemers zijn 100% verzekerd. In geval van overlijden neemt de verzekeraar de volledige aflossing van de lening op zich.
50-50 dekking: beide kredietnemers zijn elk voor 50% verzekerd. In geval van overlijden neemt de verzekeraar de helft van de aflossing van de lening op zich. De overlevende kredietnemer moet dan de overblijvende 50% terugbetalen.
Dekking op maat: afhankelijk van de verzekeraar en de behoeften van elke verzekerde zijn andere dekkingen mogelijk.
Bovendien is het met een schuldsaldoverzekering alleen niet altijd mogelijk de levensstandaard van de nabestaanden van de overledene te behouden. Want met één inkomen kan het moeilijk zijn om de dagelijkse uitgaven te dekken. Door een tijdelijke overlijdensverzekering met vast kapitaal af te sluiten, kan u uw dierbaren dus een veiligere financiële toekomst garanderen.
Wat zijn de risico’s van een open tak 23-levensverzekering?
23/6/2021
Een open tak 23-levensverzekering is een echt beleggingsinstrument. Beleggers kunnen een potentieel hoog rendement nastreven en eventueel hun vermogen laten groeien. Het kan ook een interessant alternatief zijn nu spaarrekeningen niet veel meer opbrengen. Aan elk financieel product zijn echter risico’s verbonden waarmee elke belegger rekening moet houden voor hij een product onderschrijft. Een overzicht.
Wat wordt bedoeld met ‘risico’?
Als een belegger een open tak 23-levensverzekering afsluit, verbindt hij zich ertoe een startkapitaal en/of periodieke premies te betalen (bijvoorbeeld maandelijks of jaarlijks) gedurende de hele looptijd van het contract of een bepaalde periode. Concreet betekent het begrip risico dat de belegger het geïnvesteerde kapitaal geheel of gedeeltelijk kan verliezen.
Welke soorten risico’s?
- Risico van een eventueel faillissement van de verzekeraar
Elke onderneming kan in principe failliet gaan. Ook verzekeringsmaatschappijen.
In geval van faillissement is het vermogen dat bestaat uit de activa van het fonds en gelinkt is aan de levensverzekeringsovereenkomst, prioritair voorbehouden om de verbintenissen tegenover de verzekeringsnemers en/of begunstigden na te komen.
Wettelijk gezien zijn verzekeringsmaatschappijen ook verplicht te voorzien in een solvabiliteitsmarge (ook wel bufferkapitaal genoemd). Dit is de verhouding tussen het eigen vermogen van de onderneming en haar activiteiten. Sommige verzekeraars kunnen ook verder gaan en voorzien in een solvabiliteitsmarge die groter is dan het wettelijk vereiste bedrag.
- Risico’s gelinkt aan het fondsbeheer
Open tak 23-levensverzekeringen zijn gekoppeld aan één of meerdere beleggingsfondsen. Deze fondsen zijn over het algemeen blootgesteld aan verschillende risico’s, afhankelijk van het beleid en de doelstellingen van de fondsbeheerders. Ondanks de expertise van de beheerders is het mogelijk dat de geselecteerde fondsen niet het verwachte resultaat opleveren.
Hoe kan de impact van dit soort risico’s dan worden beperkt? Kies voor een gediversifieerde beleggingsportefeuille en een beleggingshorizon op lange termijn.
- Risico van marktschommelingen
Bij het afsluiten van een open tak 23-levensverzekering wordt het oorspronkelijk belegde bedrag omgezet in ‘eenheden’ van het (de) fonds(en). Op de financiële markten schommelt de waarde van een eenheid voortdurend en is deze afhankelijk van de onderliggende fondsen. De gerealiseerde winsten of verliezen hangen af van verschillende factoren: de gezondheid van de ondernemingen, de economische of politieke situatie, de rentevoeten enz.
De verzekeringsnemer draagt het financiële risico. De eenheidswaarde kan op termijn dus zowel hoger als lager zijn dan de waarde bij het afsluiten van het contract.
Ook hier zijn een voldoende lange beleggingshorizon en een goed gespreide portefeuille belangrijk om moeilijke marktomstandigheden te doorstaan en op termijn een potentieel hoog rendement te behalen.
- Liquiditeitsrisico
De uitbetaling (d.w.z. de verkoop of afkoop) van fondseenheden kan uitzonderlijk worden opgeschort of uitgesteld.
Hoe bepaalt u het risiconiveau van een levensverzekeringsproduct vóór de onderschrijving?
Om te voorkomen dat potentiële beleggers kiezen voor producten waarvan zij de kosten en risico’s niet begrijpen, heeft de Europese Unie een reeks maatregelen opgelegd om de transparantie van de communicatie over beleggingsproducten te verbeteren.
Sinds1 januari 2018 moet elke financiële instelling bij het afsluiten van een financieel product een gestandaardiseerd document verstrekken, het zogeheten ‘essentiële-informatiedocument’ (KID). Dit document bevat de essentiële kenmerken van het product, de kosten, een risico-indicator en verschillende mogelijke prestatiescenario’s (gunstig, gemiddeld, ongunstig enz.).
Naast het essentiële-informatiedocument bieden de algemene voorwaarden van het verzekeringsproduct en het beheersreglement van het (de) fonds(en) gedetailleerde informatie bij het afsluiten van een levensverzekeringscontract. Deze documenten zijn beschikbaar via uw verzekeringstussenpersoon of rechtstreeks op de website van de verzekeraar. Natuurlijk verschillen de voorwaarden per product en per verzekeringsmaatschappij.
Financiële producten zoals levensverzekeringen staan bekend als ingewikkeld. Dankzij het advies van een expert kan de toekomstige belegger met kennis van zaken een beslissing nemen.
Pensioensparen is ook beleggen
27 Mei 2021
Pensioenspaarproducten zijn populairder dan ooit, en dat is niet voor niets. Het gemiddelde wettelijke pensioen is zelden voldoende om dezelfde levensstandaard te behouden als we met pensioen gaan. Een aanvullend pensioen opbouwen, kan dus van essentieel belang zijn, niet alleen om de toekomst met een gerust hart tegemoet te zien, maar ook om de inflatie het hoofd te bieden.
Pensioensparen: tak 21 of tak 23?
Pensioensparen wordt vaak geassocieerd met spaarproducten met een laag risico. Maar in feite gaat het om een flexibel product waarmee de belegger ook een potentieel hoger rendement kan halen (en dus meer risico aanvaardt), afhankelijk van zijn behoeften en profiel.
Tak 21: Pensioenspaarproducten tak 21 hebben over het algemeen een relatief laag risico en een gewaarborgde rentevoet. Een ‘bonus’, de winstdeling, kan worden toegekend afhankelijk van de resultaten van de verzekeraar. Deze winstdeling is niet gegarandeerd en de verzekeraar is niet contractueel of wettelijk verplicht ze uit te keren.
In geval van faillissement van de verzekeringsmaatschappij zijn tak 21-producten beschermd door het Garantiefonds. Dit Garantiefonds komt momenteel tussen tot een maximum van 100.000 euro per verzekeringsnemer en per verzekeraar. Boven de 100.000 euro aanvaardt de spaarder het risico dat hij het verschil geheel of gedeeltelijk verliest.
Tak 23: Pensioensparen via een tak 23-levensverzekering is rechtstreeks gekoppeld aan een of meer beleggingsfondsen. Het rendement is potentieel hoger, maar ook het risiconiveau*. Tak 23-producten bieden geen enkele kapitaals- of rendementsgarantie. De belegger draagt dus zelf het risico dat hij het geïnvesteerde kapitaal kan verliezen.
In beide gevallen gaat het om een langetermijnbelegging. De gestorte premies kunnen belegd blijven tot het einde van het contract, meestal tot de verzekeringsnemer met pensioen gaat.
*Verliezen in verband met het geïnvesteerde kapitaal zijn mogelijk.
Welk risicoprofiel?
Alvorens een beleggingsproduct zoals een levensverzekering aan te bieden, is elke financiële instelling (bank of verzekeraar) wettelijk verplicht voor elke belegger een risicoprofiel op te stellen om een oplossing te kunnen bieden volgens zijn of haar individuele behoeften en doelstellingen.
3 voorbeelden:
- Defensief profiel: de belegger wil zo weinig mogelijk risico nemen en de garantie hebben dat hij aan het einde van het contract zijn kapitaal terugkrijgt.
- Neutraal profiel: de belegger is bereid berekende risico’s te nemen om een potentieel hoger rendement te halen.
- Dynamisch profiel: de belegger geeft de voorkeur aan rendement, ook al betekent dit dat hij grotere risico’s neemt en een deel van (of zelfs heel) het oorspronkelijk belegde kapitaal kan verliezen. Er is dus een veel kleinere veiligheidsmarge.
Welk bedrag beleggen?
De federale regering moedigt de Belgen aan om aan pensioensparen te doen door een belastingvermindering van 30% toe te kennen op de gestorte bedragen tot 990 euro, en van 25% op de bedragen tussen 990 en 1.270 euro.
Bovenop pensioensparen kunnen spaarders met extra budget kiezen voor een langetermijnspaarcontract en profiteren van een belastingvermindering van 30% op het gestorte bedrag. In 2021 is het plafond voor langetermijnsparen vastgesteld op 2.350 euro.
Hoe zit het met belastingen?
- Geen premietaks op pensioenspaarcontracten.
- Een belasting van 8% wordt geheven op de 60e verjaardag van de verzekeringsnemer (als het contract is afgesloten vóór zijn of haar 55e verjaardag) of op de 10e verjaardag van het contract (als het contract is afgesloten op of na de 55e verjaardag van de verzekeringsnemer).
- Bij afkoop vóór de 60e verjaardag van de verzekeringsnemer wordt in principe een belasting van 33% geheven.
- Bij overlijden kunnen er successierechten verschuldigd zijn.
- De fiscale behandeling is afhankelijk van de individuele situatie van elke belegger en kan achteraf worden gewijzigd.
Geldt het belastingvoordeel voor tak 23-beleggingen?
Voor pensioen- en langetermijnspaarproducten wordt het belastingvoordeel toegekend voor zowel tak 21- als tak 23-producten.
Overlijdensverzekering: een optie voor zelfstandige bedrijfsleiders?
28/4/2021
Voor een bedrijf is het verlies van de bedrijfsleider een zware beproeving. Uiteraard is dit een moeilijke tijd voor vooral de familie, maar ook voor de medewerkers als de zakenpartners van de overledene is dit het geval.
Wat het bedrijf betreft, kunnen zich twee grote problemen voordoen:
- De continuïteit van het bedrijf komt in gevaar.
• De terugbetaling van lopende leningen kan een zware last worden voor de partners.
Voor het gezin van de overledene kan het inkomensverlies een aanzienlijke impact hebben op de levensstandaard.
Het is echter mogelijk op deze situatie te anticiperen en zowel de toekomst van het bedrijf als de nabestaanden van de bedrijfsleider te beschermen in geval van vroegtijdig overlijden.
Oplossing? De overlijdensverzekering
Bescherming van het bedrijf
Het bedrijf sluit een overlijdensverzekering af en duidt zijn bedrijfsleider aan als verzekerde. Bij overlijden is het bedrijf de begunstigde.
De premies worden in het contract gestort via het bedrijf, dat ook het kapitaal ontvangt dat bij onderschrijving werd bepaald in geval van overlijden van zijn zelfstandige bedrijfsleider. Dankzij het vrijgekomen kapitaal is de continuïteit van het bedrijf verzekerd, evenals de betaling van de vaste kosten.
Bescherming van de levensstandaard van het gezin van de bedrijfsleider
Het bedrijf sluit een overlijdensverzekering af met zijn bedrijfsleider als verzekerde en het gezin van de bedrijfsleider (zijn erfgenamen) als begunstigden van het contract. Bij overlijden behouden zijn geliefden hun levensstandaard en kunnen ze hun verschillende projecten voortzetten.
Welk bedrag verzekeren?
Het bedrag hangt af van de individuele situatie van elke zelfstandige bedrijfsleider en van de omvang van zijn of haar bedrijf. Het is van essentieel belang rekening te houden met alle kosten die noodzakelijk zijn voor de goede werking van het bedrijf, zonder de fiscaliteit uit het oog te verliezen.
Voor een maximale gemoedsrust van zowel de zakenpartners als de nabestaanden van de overledene kan een professional helpen het te verzekeren bedrag te bepalen.
Goed om te weten
Als het overlijdenskapitaal terugvloeit naar het bedrijf, wordt een vennootschapsbelasting van 25% geheven. Met andere woorden, het kapitaal dat het bedrijf daadwerkelijk krijgt, is aanzienlijk lager dan het oorspronkelijk voorziene bedrag. Het is dan ook belangrijk om hiermee rekening te houden bij het afsluiten van een verzekering.
Is er een alternatief voor de overlijdensverzekering?
Ja, de aanvullende overlijdensdekking via de Individuele Pensioentoezegging (IPT). De IPT is in de eerste plaats bedoeld voor zelfstandige bedrijfsleiders om een aanvullend pensioen op te bouwen. In sommige gevallen kan je er een aanvullende overlijdensdekking aan koppelen om de levensstandaard van de naasten veilig te stellen.
Mogelijkheden van de overlijdensverzekering in het kort
Begunstigde = de vennootschap
- De continuïteit van de onderneming is verzekerd
- De aflossing van alle lopende professionele kredieten is gewaarborgd
- Geen financiële last voor de gezinsleden en naasten van de overledene
Begunstigde = de erfgenamen
- Het gezin van de bedrijfsleider is beschermd
Lees ook corner Verzekeringen
Overlijdensverzekering: wat zijn de gevolgen als de verzekeringsnemer vóór de verzekerde overlijdt?
29/3/2021
Elke overlijdensverzekering bestaat uit een verzekeringsnemer, een verzekerde en een begunstigde. Als de verzekerde tijdens de duur van het contract overlijdt, wordt een vooraf bepaald kapitaal aan de begunstigde(n) uitbetaald. Maar wat gebeurt er als de verzekeringsnemer vóór de verzekerde overlijdt? Wat zijn de gevolgen voor de verzekeringsovereenkomst?
Verzekeringsnemer, verzekerde, begunstigde: definities
- Verzekeringsnemer: dit is de persoon die het contract afsluit en de premies aan de verzekeringsmaatschappij betaalt.
- Verzekerde: dit is de persoon op wie het risico uit het contract rust.
- Begunstigde: dit is de persoon die het kapitaal krijgt als de verzekerde overlijdt.
Een voorbeeld
Een ouder wil een deel van zijn vermogen aan zijn kind overdragen via een niet-geregistreerde roerende schenking. Als de ouder (de schenker) binnen de 3 jaar overlijdt, zijn er successierechten van toepassing op de schenking. Maar er is een alternatief!
Het kind kan een overlijdensverzekering afsluiten om deze periode van 3 jaar te dekken.
In dit voorbeeld hebben we te maken met een constructie ‘ABA’, de verzekeringsnemer en de begunstigde zijn dezelfde persoon.
- De verzekeringsnemer is het kind. Die verbindt zich ertoe de premies zelf te betalen.
- De verzekerde is de ouder. Als hij binnen de 3 jaar overlijdt, wordt het verzekerde bedrag uitbetaald.
- De begunstigde is het kind, dit is de persoon die het kapitaal van het contract krijgt als de verzekerde overlijdt.
Wat gebeurt er bij overlijden van de verzekeringsnemer vóór de verzekerde?
Als er geen bijkomende premie moet worden betaald, loopt de polis gewoon door.
Als er wel bijkomende premies in het contract moeten worden gestort, rijst de vraag of het contract nog zinvol is en beantwoordt aan een concrete behoefte.
De premiebetaling wordt stopgezet: het contract eindigt (of wordt gereduceerd naargelang de reeds opgebouwde reserve).
De premiebetaling wordt voortgezet: het contract loopt door tot de einddatum of tot het overlijden van de verzekerde. De begunstigde krijgt het kapitaal als de verzekerde overlijdt.
Wat als de verzekeringsnemer ook de begunstigde van het contract is?
Als de verzekeringsnemer als begunstigde is aangeduid, bepaalt de wet dat de verzekeringsprestaties aan zijn nalatenschap toekomen. Voor zover er natuurlijk geen subsidiaire begunstigde is aangeduid.
Na het overlijden van de verzekeringsnemer kan de begunstigingsclausule in het contract niet meer worden aangepast. Er kan dus geen nieuwe begunstigde bij overlijden worden aangeduid. Want alleen de verzekeringsnemer heeft dit recht. De verzekerde heeft geen rechten uit hoofde van het contract en kan er dan ook geen wijzigingen in aanbrengen.
Wat met de successierechten?
Er zijn in principe pas successierechten verschuldigd zijn op het moment dat het overlijdenskapitaal wordt uitbetaald (als de verzekerde overlijdt na de verzekeringsnemer).
Pensioensparen: een nuttige aanvulling op het wettelijke pensioen voor jonge werknemers?
24/2/2021
Sparen voor uw pensioen zodra u begint te werken? Dat is helemaal geen absurd idee, want het kan jonge werknemers beschermen. En dat is essentieel nu het huidige pensioenstelsel weinig zekerheid biedt.
Voor veel jonge afgestudeerden is hun eerste job het begin van een nieuw leven. Wist u trouwens dat zodra ze hun eerste loon krijgen, ze kunnen starten met pensioensparen? Toch hebben velen het gevoel dat ze nog te jong zijn om al aan hun pensioen te denken. Maar is dit echt zo? Tijd om de balans op te maken.
Waarom starten met pensioensparen vanaf uw eerste job?
Pensioensparen is vanzelfsprekend voor werknemers die het einde van hun carrière naderen. Maar voor jonge werknemers is dat niet zo, zij hebben andere prioriteiten. En toch is het de moeite waard om iedereen eraan te herinneren dat een aanvullend pensioen noodzakelijker wordt.
1) De pensioencijfers zijn niet geruststellend
Veel Belgen stellen zich de vraag: “Op welk wettelijk pensioen heb ik recht na mijn loopbaan?” De cijfers lijken van jaar tot jaar te verslechteren. Ook de laatste trends zijn niet erg geruststellend.
Het verschil tussen het laatste loon en het wettelijke pensioen wordt steeds groter. De reden? De toenemende vergrijzing van de bevolking.
Maar ondanks deze onzekerheden en pessimistische vooruitzichten is er een eenvoudige oplossing: uw toekomst in eigen handen nemen en zo snel mogelijk een aanvullend pensioen opbouwen!
2) Vroeg beginnen brengt meer op
In feite is het heel logisch: hoe eerder jonge werknemers beginnen te sparen, hoe groter hun eindkapitaal! Via de premies die ze storten, bouwen ze geleidelijk een kapitaal op en dankzij de interesten groeit dit kapitaal jaar na jaar nog sneller aan.
Pensioensparen: tak 21 of tak 23?
Tak 21: bovenop een gewaarborgd rendement bieden sommige verzekeraars een kapitaalgarantie en een winstdeling aan. Deze winstdeling is wel niet gewaarborgd en hangt af van de resultaten en de beslissingen van elke verzekeraar. De verzekeraar is niet wettelijk of contractueel verplicht om een winstdeling uit te keren.
Tak 23: het is ook mogelijk om verzekeringsproducten af te sluiten met een potentieel hoger, maar niet gewaarborgd rendement. Het uiteindelijke rendement is afhankelijk van de prestaties van de beleggingsfondsen die de verzekeraar selecteerde.
In tegenstelling tot tak 21 bieden tak 23-producten geen winstdeling.
Bij een pensioenspaarcontract onderschreven op jonge leeftijd worden de betalingen gespreid over de hele looptijd van het contract (bijvoorbeeld 990 euro per jaar of 82,50 euro per maand, afhankelijk van de individuele situatie van elke belegger). Dit maakt het mogelijk om het risiconiveau* op lange termijn enigszins te beperken.
*Dit risico kan leiden tot het verlies van een deel van of zelfs het volledige oorspronkelijk geïnvesteerde kapitaal.
3) Profiteer meteen van het belastingvoordeel en de steun van de overheid
Jonge werknemers worden al snel geconfronteerd met de realiteit: ze moeten belastingen betalen. De belastingvermindering die ze dankzij pensioensparen genieten, is een belangrijke troef om hen te begeleiden bij hun eerste stappen in het beroepsleven!
Ter herinnering: voor een belastingvermindering van 30%, moet de spaarder tot 990 euro per jaar betalen. Als hij een bedrag tussen 990 en 1.270 euro stort, krijgt hij een belastingvermindering van 25%.
Goed om te weten: een storting tussen 990 en 1.188 euro (met een belastingvermindering van 25%) levert een lager belastingvoordeel op dan een storting van 990 euro.
Hoe zit het met de belastingheffing?
- Een bevrijdende anticipatieve belasting van 8% wordt in principe geheven op de leeftijd van 60 jaar of op de 10e verjaardag van het contract.
- Bij overlijden kunnen er successierechten verschuldigd zijn.
- Op afkopen geldt in principe een belasting van 33%.
De fiscale behandeling is afhankelijk van de individuele situatie van elke belegger en kan achteraf worden gewijzigd.
Tak 23-levensverzekeringen: welke belastingen?
25/1/2021
Een levensverzekering is een volwaardige beleggingsoplossing waarmee u kan sparen of beleggen om uw kapitaal te laten aangroeien. Als de onderschrijver in leven is op de einddatum van het contract (of in geval van afkoop), krijgt hij het definitieve kapitaal. Overlijdt hij tijdens de looptijd van het contract, wordt het kapitaal uitbetaald aan de ‘begunstigde bij overlijden’, die bepaald wordt bij de onderschrijving.
Voor sommige potentiële beleggers kan het fiscale aspect wel een hinderpaal zijn. We maken de balans op van de verschillende belastingen op tak 23-levensverzekeringen.
Waaraan mag u zich verwachten op fiscaal vlak?
Belasting van 2% op gestorte premies
Op het moment van de stortingen wordt de fiscaliteit bepaald, of het nu gaat om een nieuw contract of om bijkomende stortingen. Daarna is de belegger vrijgesteld van elke bijkomende belasting als hij heeft gekozen voor een ‘open’ tak 23-levensverzekering. Maar als hij kiest voor een ‘gesloten’ of ‘gestructureerde’ tak 23-levensverzekering, is er roerende voorheffing verschuldigd bij afkoop binnen de periode van 8 jaar en 1 dag.
Goed om te weten: de beleggingshorizon van contracten kan een bepalende rol spelen in de gerealiseerde meerwaarde. Algemeen gaan we uit van het volgende principe: hoe meer het kapitaal belegd wordt op lange termijn, hoe groter de kans dat de potentiële gerealiseerde meerwaarde de 2% verzekeringtaks bij instap compenseert.
Fiscaliteit in combinatie met flexibele producten
Als de situatie en de doelstellingen van de verzekerde veranderen, wijzigen ook zijn contracten. Sommige verzekeraars staan inderdaad toe dat er gratis en zonder extra belasting (afhankelijk van de producten) overdrachten gebeuren van het ene naar het andere fonds.
De belegger heeft dus een zekere flexibiliteit. Hij kan zijn portefeuille ook herbekijken: een geboorte, huwelijk of echtscheiding zijn bijvoorbeeld allemaal gebeurtenissen die van invloed kunnen zijn op een belegging. Ook zijn risicoprofiel kan veranderen.
Let wel op want de verzekeringstaks en -kosten hebben een impact op het algemene rendement van het contract.
Samengevat
Tak 23-levensverzekeringen | |
Instaptaksen (storting premies) | 2% |
Uitstaptaksen | 0%* |
*Er is roerende voorheffing verschuldigd bij afkoop binnen de 8 jaar en 1 dag voor gesloten/gestructureerde tak 23-producten.
Is het mogelijk om te beleggen in combinatie met een belastingvoordeel?
Sommige producten leveren inderdaad een belastingvermindering op. Dit is het geval voor pensioensparen en langetermijnsparen.
Naargelang het risicoprofiel van de verzekerde kan zijn adviseur een oplossing voorstellen op maat van zijn persoonlijke situatie.
Wat zijn de gevolgen van de programmawet voor de pensioenen?
15/12/2020
De regering-De Croo besliste om een aantal fiscale plafonds te bevriezen van 2020 tot 2023. Gevolg: klanten kunnen in 2020 maar tot 2.350 euro sparen via een contract langetermijnsparen, in plaats van 2.390 euro zoals aangekondigd in het begin van het jaar.
Verlaagde plafonds voor langetermijnsparen
Met langetermijnsparen is het mogelijk om op een fiscaalvriendelijke manier een aanvullend pensioenkapitaal op te bouwen. Het belastingvoordeel bedraagt 30% van het gestorte bedrag.
Het maximumbedrag is geplafonneerd en hangt af van het inkomen van de spaarder. Dat bedrag wordt in principe elk jaar geïndexeerd.
In 2019 was het maximumbedrag 2.350 euro. Voor 2020 werd het grensbedrag eerst vastgelegd op 2.390 euro (publicatie in het Staatsblad in februari 2020). Normaal gezien konden de Belgen dus 40 euro meer storten met belastingvoordeel in 2020 dan het jaar voordien.
De nieuwe federale regering-De Croo schroeft dit maximumbedrag voor 2020 nu terug tot 2.350 euro. In de programmawet die op vrijdag 30 oktober 2020 werd goedgekeurd, staat dat een aantal fiscale plafonds voor de inkomstenjaren 2020 tot 2023 niet worden geïndexeerd. De maximumbedragen blijven tijdens die vier jaar gelijk aan het niveau van 2019.
Hoe zit het met klanten die al meer dan 2.350 euro hebben betaald?
Het is niet verboden om meer dan 2.350 euro te storten in een langetermijnspaarcontract. Spaarders die al meer dan 2.350 euro hebben betaald, zullen niet profiteren van het 30% belastingvoordeel op het betaalde surplus. Ze genieten natuurlijk wel het financiële rendement van hun belegging op dit teveel.
Hoe zit het met pensioensparen?
Voor pensioensparen begint de bevriezing pas vanaf 2021. Dit jaar kunnen klanten dus nog altijd tot 990 euro (belastingvoordeel 30%) of tot 1.270 euro (belastingvoordeel 25%) sparen via hun pensioenspaarcontract. Deze maximumbedragen worden niet geïndexeerd van 2021 tot 2023.
Wat zijn de verschillen tussen het VAPZ en de POZ?
25/11/2020
Laten we eerst even de huidige situatie bekijken. Het is geen geheim dat zelfstandigen het met een lager wettelijk pensioen moeten stellen dan loontrekkenden.
Bovendien is hun situatie bij ziekte of arbeidsongeschiktheid ook niet echt benijdenswaardig:
- Van een vergoeding bij arbeidsongeschiktheid is uitsluitend sprake bij een onderbreking van meer dan zeven dagen.
- Het bedrag hangt af van de gezinssituatie van de zelfstandige. Het gaat om ongeveer 990 euro per maand als de echtgeno(o)t(e) een inkomen heeft.
Tot voor kort hadden zelfstandigen-natuurlijke personen in het kader van hun beroepsactiviteit naast het VAPZ geen enkele andere oplossing voor een aanvullend pensioen, in tegenstelling tot zelfstandigen met een vennootschap (via de IPT). De POZ vult deze behoefte nu aan.
Welke oplossingen?
Binnen de tweede pijler hebben zelfstandigen-natuurlijke personen die een reserve willen opbouwen voor hun pensioen en tegelijk een belastingvoordeel willen genieten, twee mogelijkheden:
- Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen (VAPZ)
- Pensioenovereenkomst voor Zelfstandigen (POZ)
Zelfstandigen kunnen deze oplossingen ook combineren met pensioensparen en langetermijnsparen in de derde pijler.
We bekijken de verschillen tussen het Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen (VAPZ) en de Pensioenovereenkomst voor Zelfstandigen (POZ), en de mogelijkheden van deze oplossingen.
Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen (VAPZ)
Zelfstandigen met of zonder vennootschap die kiezen voor een VAPZ, hebben de mogelijkheid om hun wettelijk pensioen aan te vullen (de maximale forfaitaire premie bedraagt 8,17 % van het inkomen). Sommige verzekeringsmaatschappijen bieden ook een aanvullende dekking in geval van arbeidsongeschiktheid (of overlijden) om de levensstandaard te beschermen en een inkomen te garanderen bij tegenslag (of de naasten bij overlijden).
Het is bovendien mogelijk om het via een VAPZ-contract opgebouwde kapitaal te gebruiken om de renovatie of de bouw van een onroerend goed te financieren. Dit thema kwam al uitgebreid aan bod in een vorig artikel.
Ook het sociale VAPZ is een alternatief. Wat is het verschil met een klassiek VAPZ? 10% van de gestorte bedragen gaat naar een solidariteitsfonds. Dit levert bijkomende dekkingen op: dekking in geval van ernstige ziekte, moederschapsrust, enz. Nogmaals, de aangeboden dekkingen verschillen per verzekeraar.
Pensioenovereenkomst voor Zelfstandigen (POZ)
Aanvullend op het VAPZ kunnen zelfstandigen zonder vennootschap voortaan ook kiezen voor de Pensioenovereenkomst voor Zelfstandigen (POZ). De mogelijkheden van deze oplossing zijn vergelijkbaar met die van het VAPZ: opbouw van een aanvullend pensioen, aanvullende dekking in geval van arbeidsongeschiktheid, financiering van een vastgoedproject (afhankelijk van de verzekeraar), enz.
Wie kan een POZ afsluiten?
De doelgroep is vergelijkbaar met die van het VAPZ:
- Zelfstandigen in hoofdberoep
- Zelfstandigen in bijberoep op voorwaarde dat zij sociale bijdragen betalen die overeenstemmen met de minimumbedragen van zelfstandigen in hoofdberoep
- Meewerkende echtgenoten of echtgenoten met maxistatuut
- Zelfstandige helpers in hoofdberoep of in bijberoep
Zelfstandigen die hun activiteit in bijberoep starten, kunnen geen POZ afsluiten.
Welke verschillen zijn er tussen deze twee producten?
Vanuit fiscaal oogpunt
VAPZ
- Fiscaal voordeel tegen de marginale aanslagvoet (+ gemeentebelasting).
- Minder sociale bijdragen.
- Geen belasting van 4,4% op de premie (in tegenstelling tot de POZ).
- Maximumpremie: 8,17% van het referentie-inkomen (geïndexeerd belastbaar netto-inkomen van drie jaar geleden) met een maximum van 3.256,87 euro voor 2019.
- Gunstige belasting op einddatum van het contract: een inhouding van 3,55% voor het RIZIV, een solidariteitsbijdrage (van 0 tot 2%) en een belasting in de vorm van een fictieve rente, het voordeligste belastingstelsel. De winstdeling is vrijgesteld van deze belasting in de vorm van een fictieve rente.
POZ
- Belastingvermindering van 30% (+ gemeentebelasting).
- Belasting van 4,4% op de premies.
- Maximumpremies begrensd door de 80%-regel die van toepassing is op de POZ. Zo kan via een POZ een duidelijk hogere premie worden gestort voor hogere inkomsten ten opzichte van het plafond van een VAPZ.
- Op einddatum van het contract is het pensioenkapitaal, na inhouding van 3,55% voor het RIZIV en een solidariteitsbijdrage (0 tot 2%), onderworpen aan de personenbelasting tegen de afzonderlijke aanslagvoet van 10% bij een uitbetaling bij leven vanaf de datum P (= de datum waarop de werknemer voldoet aan de voorwaarden om een vervroegd pensioen te verkrijgen) of in geval van overlijden.
Tot slot biedt het VAPZ een grotere fiscale en sociale winst. De premies zijn daarentegen beperkt. De POZ maakt het mogelijk om een pensioenkapitaal op te bouwen dat overeenstemt met de inkomsten.
Uw pensioen voorbereiden vanaf 55 jaar: wat zijn de gevolgen?
oktober 2020
Hoe dichter u bij de pensioengerechtigde leeftijd komt, hoe groter de behoefte om extra kapitaal op te bouwen. Vanaf 55 jaar is het belangrijk dat u zich vooraf informeert om later onaangename verrassingen te vermijden, vooral op fiscaal vlak.
Eerst en vooral moet u weten dat pensioenproducten, – levensverzekeringscontracten met een plafond zijn. Of het nu gaat om pensioensparen of langetermijnsparen.
Dit is de situatie in 2020:
- Pensioensparen
Er bestaan twee plafonds naast elkaar: het eerste bedraagt 990 euro en het tweede 1.270 euro.
Enerzijds biedt een premie van minder dan of gelijk aan 990 euro een belastingvermindering van 30%, wat een belastingvoordeel tot 297 euro oplevert. Anderzijds levert een premie tussen 990 en 1.270 euro een belastingvermindering van 25% op, d.w.z. een belastingvoordeel tot 317,5 euro.
- Langetermijnsparen
Voor langetermijnsparen bedraagt het maximumbedrag 2.390 euro en geniet u een belastingvermindering van 30%. Opgepast, dit plafond komt overeen met een netto belastbaar beroepsinkomen van ten minste 36.848,33 euro. Elke situatie is anders. U kan het best professioneel advies inwinnen om de balans op te maken van uw eigen situatie.
Sparen voor uw pensioen vóór de leeftijd van 55 jaar: hoe werkt het?
Door een contract pensioensparen of langetermijnsparen af te sluiten voor de leeftijd van 55 jaar loopt het contract tot de 65e verjaardag van de verzekeringsnemer (vervroegde afkoop blijft mogelijk, maar er zijn wel kosten en taksen verschuldigd).
In dit geval wordt in principe een anticipatieve heffing ingehouden op de leeftijd van 60 jaar (8% voor pensioensparen en 10% voor langetermijnsparen). Deze belasting, ook ‘bevrijdende belasting’ genoemd, is definitief. De verzekeringsnemer kan elk jaar premies in zijn contract blijven storten, terwijl hij de belastingvermindering blijft genieten, zonder extra belastingen te betalen. Het belastingvoordeel van een contract voor pensioensparen wordt dus nog voordeliger vanaf de leeftijd van 60 jaar (op voorwaarde dat de verzekeringsnemer het contract voor zijn 55e verjaardag heeft afgesloten).
Dezelfde logica geldt voor contracten voor langetermijnsparen. Voor dit type levensverzekering wordt een belasting van 2% geheven op de betaalde premies.
Goed om te weten
- Bij afkoop vóór de leeftijd van 60 jaar is in principe een taks van 33% verschuldigd.
- Bij overlijden zijn er successierechten verschuldigd.
- De fiscale behandeling wordt per geval bepaald en kan op een later tijdstip worden gewijzigd.
Sparen voor uw pensioen vanaf de leeftijd van 55 jaar en ouder: waar moet u rekening mee houden?
Het afsluiten van een contract voor pensioensparen (of voor langetermijnsparen) na de leeftijd van 55 jaar kan bepaalde gevolgen hebben. De minimale looptijd van het contract is namelijk altijd 10 jaar. De anticipatieve heffing op de leeftijd van 60 jaar wordt dus niet ingehouden voor contracten die na de leeftijd van 55 jaar worden afgesloten.
In dit geval vindt de belastingheffing plaats op de tiende verjaardag van het contract. Als u bijvoorbeeld op 58-jarige leeftijd een contract voor pensioensparen afsluit, moet u geduld hebben en wachten tot uw 68 jaar voor u uw pensioenkapitaal ontvangt (tenzij u beslist om een vervroegde afkoop te doen en de voorziene kosten en lasten betaalt).
De keuze voor een pensioencontract na de leeftijd van 55 jaar is ook fiscaal gezien minder voordelig, omdat de verzekeringsnemer vanaf zijn 60e jaar niet meer kan profiteren van de betaling van belastingvrije premies.
Deze regel geldt precies vanaf de datum van de 55e verjaardag van de verzekeringsnemer. De dag vóór zijn verjaardag kan hij nog een contract afsluiten en de ‘gebruikelijke’ voorwaarden genieten.
Is het overlevingspensioen voldoende?
7/9/20
Het is belangrijk om ervoor zorgen dat uw geliefden geen financiële kopzorgen hebben als u zou overlijden. In België biedt het overlevingspensioen enige financiële steun aan de overlevende echtgeno(o)t(e) in geval van overlijden van een van beide partners. Waaruit bestaat het? Voor wie is het bedoeld en – nog belangrijker – is het voldoende? We maken de balans op.
Wat de overheid voorziet
In België wordt het overlevingspensioen (ook wel weduwe-/weduwnaarspensioen genoemd) uitgekeerd aan de echtgeno(o)t(e) van de overledene. Veel Belgen zijn op de hoogte van het bestaan ervan, maar ze weten niet altijd wat precies de voorwaarden zijn. Dit zijn de belangrijkste:
- Het overlevingspensioen is voorbehouden aan koppels die minstens 1 jaar vóór het overlijden gehuwd zijn.
- De overlevende echtgeno(o)t(e) moet minstens 47 jaar en 6 maanden zijn voor sterfgevallen die zich in 2020 voordoen. Als de overlevende echtgeno(o)t(e) jonger is, maar aan de andere voorwaarden voldoet, kan hij of zij een overgangsuitkering krijgen. Maar dit is tijdelijk: deze uitkering loopt 12 of 24 maanden, naargelang er al dan niet kinderen ten laste zijn.
- Het overlevingspensioen wordt toegekend bij overlijden van loontrekkenden of zelfstandigen, maar onder bepaalde voorwaarden ook van ambtenaren.
Naast deze basisvoorwaarden zijn er specifieke voorwaarden en uitsluitingen. Meer info is te vinden in het onderdeel over het overlevingspensioen op de website van de Federale Pensioendienst.
Welke aanvulling op het overlevingspensioen?
Er zijn voorwaarden en dus ook uitsluitingen … Velen komen niet in aanmerking voor een overlevingspensioen.
En daar kan een overlijdensverzekering het verschil maken. Dankzij het overlijdenskapitaal kan de overlevende echtgeno(o)t(e) zijn of haar levensstandaard behouden. In ruil voor de betaalde premies garandeert de verzekeraar de betaling van een kapitaal in geval van overlijden van de verzekerde.
Waarom kiezen voor een overlijdensverzekering bovenop het overlevingspensioen?
- De overlijdensverzekering is bedoeld om de overlevende echtgeno(o)t(e) te beschermen, ongeacht inkomen, leeftijd of statuut, bij overlijden van zijn/haar echtgeno(o)t(e).
- De uitkeringen van de overlijdensverzekering kunnen gecombineerd worden met elk ander aanvullend pensioen en elk niveau van beroepsinkomsten, en dit zonder beperking. De combinatie van een overlevingspensioen met beroepsinkomsten of sociale uitkeringen daarentegen, is slechts mogelijk tot bepaalde maxima.
- Met de begunstigingsclausule in het contract kan de verzekeringsnemer vrij kiezen wie het kapitaal ontvangt in geval van overlijden. Eén of meerdere begunstigden? Volgens welke verdeling? Een overlijdensverzekering biedt een grote flexibiliteit.
Goed om te weten voor u onderschrijft
- Een overlijdensverzekering gaat meestal gepaard met een medische acceptatie. Dit kan in sommige gevallen leiden tot een extra premie. Elk dossier wordt individueel beoordeeld.
- Naargelang het contract en de situatie kunnen er successierechten van toepassing zijn.
- Bij elk verzekeringscontract zijn er voorwaarden en uitsluitingen. Vandaar het belang van professioneel advies.
Een comfortabel pensioen voor zelfstandigen?
20/8/20
Vandaag moeten Belgische zelfstandigen het doen met een mager wettelijk pensioen in vergelijking met hun inkomen. Als alternatief kunnen ze een aanvullend pensioen opbouwen.
Eerste stap naar een pensioen gelijkwaardig aan dat van loontrekkenden
Sinds 1 augustus 2016 zijn de minimumpensioenen van zelfstandigen en loontrekkenden op elkaar afgestemd. Maar het wettelijke minimum – als het bereikt wordt – volstaat zelden om hun levensstandaard te behouden. Er bestaan wel verschillende aanvullende spaaroplossingen voor zelfstandigen met en zonder vennootschap die fiscaal voordelig zijn.
Het minimumpensioen voor zelfstandigen is afgestemd op dat van loontrekkenden voor een volledige loopbaan van 45 jaar. Het bedraagt nu:
- 582,46 euro voor het gezinstarief
- 266,37 euro voor een alleenstaande
- 249,44 euro voor het overlevingspensioen
De pensioenleeftijd voor zelfstandigen is voor mannen en vrouwen 65 jaar wanneer het pensioen daadwerkelijk begint en voor de eerste keer vóór 1 februari 2025.
De leeftijd van 65 jaar wordt opgetrokken:
- Naar 66 jaar wanneer het pensioen daadwerkelijk begint en ten vroegste op 1 februari 2025 en ten laatste op 1 januari 2030.
- Naar 67 jaar wanneer het pensioen daadwerkelijk begint en ten vroegste op 1 februari 2030.
En het gemiddelde pensioen? Dat bedraagt 900 euro per
maand voor zelfstandigen, 1.200 euro per maand voor loontrekkenden en 2.600 euro per maand voor ambtenaren (bron: RSVZ 2019).
Maar in werkelijkheid komen maar weinig zelfstandigen aan een loopbaan van 45 jaar als ze 65 zijn. Bijgevolg hebben ze slechts recht op het magere minimumpensioen. Resultaat: ze ontdekken te laat dat ze zullen moeten blijven werken om voldoende spaargeld op te bouwen om hun levensstandaard op peil te houden wanneer ze met pensioen gaan.
Zelfstandigen hebben dus alle belang bij het opbouwen van een aanvullend pensioen, wat heel wat voordelen biedt. Er zijn verschillende mogelijkheden:
- Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen (VAPZ): een interessante oplossing waardoor ze minder belastingen en sociale bijdragen moeten betalen.
- Individuele pensioentoezegging: een pensioenverzekering voor zelfstandigen met een vennootschap. De vennootschap betaalt de premies.
- RIZIV: een aanvullende pensioenoplossing voor zelfstandige geconventioneerde artsen, tandartsen, apothekers, logopedisten, kinesitherapeuten en verpleegkundigen.
- POZ: een interessante aanvulling op het VAPZ, beschikbaar voor zowel zelfstandigen als natuurlijke personen.
- Individueel sparen: pensioensparen tot de leeftijd van 65 jaar (met een fiscaal voordeel op de betaalde premies tot 30% en een plafond dat jaarlijks wordt herzien) en langetermijnsparen (meestal een tak 21-levensverzekering), met fiscaal voordeel.
- Vrij sparen: dit zijn alle spaarmogelijkheden die niet gekoppeld zijn aan een fiscaal voordeel (beleggingsfondsen, spaarboekjes, onroerend goed, …).
Zelfstandigen kunnen verschillende oplossingen met fiscale voordelen (2e en 3e pijler) combineren.
Dankzij professioneel advies vinden zelfstandigen de beste oplossing voor hun persoonlijke situatie. Sparen voor hun pensioen, en zichzelf (en hun gezin) beschermen tegen arbeidsongeschiktheid en overlijden zijn twee essentiële behoeften. De mogelijkheden die de pensioenverzekering en de aanvullende dekkingen bieden, beantwoorden perfect aan deze behoeften.
Zo vroeg mogelijk beginnen te sparen voor uw pensioen
20/7/2020
Volgens de laatste officiële cijfers van de federale regering spaarden 2,5 miljoen Belgen voor hun pensioen in 2016. Een verstandige keuze want het gemiddelde wettelijke pensioen in België ligt lager dan in sommige andere Europese landen.
Weinig jongeren zijn bezig met pensioensparen, toch is het een interessante eerste belegging. We vertellen waarom.
Vroeg beginnen zorgt voor een gespreide spaarinspanning
Jonge consumenten kunnen anticiperen en meer sparen naarmate hun koopkracht toeneemt. Een twintiger die start, zal ongeveer twee keer zoveel kunnen sparen als een veertiger die begint met pensioensparen. Dat levert ook meer financiële gemoedsrust op.
Interesten
Hoe vroeger spaarders beginnen, hoe meer interesten de in hun contract gestorte verzekeringspremies opleveren. Die kapitaliseren en zorgen ervoor dat het spaargeld aangroeit. Elk jaar worden de meerwaarden toegevoegd aan het oorspronkelijke kapitaal. Dit zorgt voor een sneeuwbaleffect.
Winstdelingen
Door te kiezen voor een tak 21-pensioenspaarcontract vermijden consumenten risicovolle beleggingen en krijgen ze mogelijk een jaarlijkse winstdeling. Die komt boven op het kapitaal en de gewaarborgde interestvoet bij de onderschrijving van het contract. Goed om te weten: de verzekeraar is niet wettelijk of contractueel verplicht om een winstdeling uit te keren. Die is dus niet gewaarborgd en hangt af van de resultaten en de beslissing van elke verzekeraar.
Inflatie
Een lagerenteomgeving en inflatie gaan niet altijd goed samen, omdat de kosten van het levensonderhoud stijgen (voeding, huur, vrije tijd enz.). Voor jonge consumenten kan een pensioenspaarverzekering een interessante oplossing zijn om hun spaargeld te laten aangroeien en zo te voorkomen dat hun geld in de loop der jaren waarde verliest. Natuurlijk rekening houdend met de verschillende kosten en taksen (bijv. instapkosten, beheerkosten, anticipatieve heffing enz.) van een levensverzekering.
Daarnaast overschatten veel Belgen het bedrag van hun wettelijk pensioen. Het is dus nooit te vroeg om te beginnen met sparen. Daarom moedigt de federale regering aanvullende pensioencontracten aan met een fiscaal voordeel op de gestorte premies.
Pensioensparen in 2020
- Eerste plafond: 990 euro (980 euro in 2019) met een belastingvermindering van 30%, wat neerkomt op 297 euro voor het (eerste) maximum.
- Tweede plafond: 1.270 euro (1.260 euro in 2019) met een belastingvermindering van 25%, wat overeenkomt met 317,50 euro als u kiest voor het absolute maximum.
U kan het plafond elk jaar aanpassen. Wettelijk gezien moeten consumenten hun verzekeraar expliciet informeren als ze voor het tweede plafond kiezen.
Pensioensparen: een kwestie van budget?
Voor de meeste spaarders betekent 990 of 1.270 euro een serieuze hap uit hun budget, zeker voor jongeren die net beginnen te werken. Maar het is niet nodig om elk jaar het maximumbedrag te storten. Bij sommige verzekeraars zijn ook maandelijkse premies mogelijk. Deze bedragen zijn haalbaar voor de meeste budgetten. Iedereen kan dus sparen volgens zijn of haar middelen en het spaarbedrag aanpassen naargelang zijn of haar situatie.
Sereen beleggen in tijden van crisis
18/6/2020
Elke nieuwe crisis veroorzaakt paniek op de financiële markten en zorgt voor onrust bij beleggers, die vrezen voor verliezen binnen hun portefeuilles. En dat is tijdens de coronacrisis niet anders. Dat zien we onder meer aan de correctie op de markten sinds de verspreiding van het virus. Hier zijn enkele tips om te blijven beleggen in deze moeilijke tijden.
- Behoud een langetermijnvisie op beleggen
Crisissen hebben altijd een ingrijpende impact op de financiële markten. Het is inderdaad zo dat de meest recente crisissen – het uiteenspatten van de internetzeepbel in 2000 en de bankencrisis in 2008 – voor volatiliteit en onzekerheid hebben gezorgd. Maar ze hebben ook telkens weer beleggingskansen gecreëerd.
De historische evolutie van de S&P500, de index van de 500 grootste Amerikaanse bedrijven, toont aan dat een belegging aanhouden op lange termijn doorgaans loont.
- Vermijd om koste wat het kost op het juiste moment te willen beleggen
Het is vaak riskant om zelf het juiste moment te bepalen om in of uit te stappen op de financiële markten. Zelfs de best geïnformeerde beleggers kunnen de marktschommelingen niet voorspellen, en zij weten ook niet wat het beste moment is voor financiële transacties.
De impact van een verkeerde inschatting kan soms nadelig zijn voor het algemene rendement van een portefeuille. Paniek is een slechte raadgever, zeker in deze tijden. Want dat kan ervoor zorgen dat beleggers op het verkeerde moment uitstappen, waardoor ze de kansen mislopen die het economisch herstel met zich meebrengt.
- Kies voor een tak 23-verzekering met beschermingsmechanismen
Sommige verzekeraars bieden verschillende mechanismen aan (facultatief en betalend) om de belegging tot op zekere hoogte te beschermen tegen extreme marktschommelingen. Deze mechanismen maken het onder andere mogelijk om:
- de verliezen te beperken door de belegging tijdelijk over te dragen naar een defensiever fonds (tot de marktomstandigheden weer normaal zijn);
- de gerealiseerde meerwaarden opzij te zetten door ze over te dragen naar een defensiever fonds;
- geleidelijk te beleggen om te voorkomen dat een groot kapitaal in één keer en op het verkeerde moment wordt belegd.
Via deze verschillende mechanismen stellen verzekeraars aanvullende instrumenten ter beschikking van de consument. Maar voor verzekeringsnemers blijft tak 23 risico’s inhouden.
Professioneel advies kan ook een aantrekkelijke oplossing zijn voor beginnende of ongeruste beleggers.
- Diversifieer uw beleggingen
Zowel in tijden van crisis als in normale tijden, is een goede diversificatie de sleutel tot een evenwichtige beleggingsportefeuille en tot elke beleggingsstrategie die mikt op een potentieel hoger rendement. Er zijn veel mogelijkheden voor diversificatie: obligaties, aandelen, vastgoed, land en valuta, sector, verantwoord beleggen, …
Ook de beleggingsstijl van elke bank en verzekeraar is een element waarmee rekening moet worden gehouden. Er zijn voornamelijk 3 types van beheer:
- Passief beheer: de beheerder baseert zich op een vooraf bepaalde index om een rendement te behalen dat in de buurt van deze benchmark ligt.
- Individueel actief beheer: de portefeuille wordt beheerd door één enkele beheerder die streeft naar een zo hoog mogelijk rendement. Deze aanpak is echter beperkt wat betreft de diversificatie.
- Multimanagement: de portefeuille wordt beheerd door verschillende beheerders, elk met hun eigen expertise en beheerstijl. Deze optie biedt de meeste diversificatiemogelijkheden.
Deze verschillende benaderingen hebben elk hun eigen voor- en nadelen. Ook hier blijven de risico’s van tak 23 bestaan.
Hoe optimaliseert u schenkingskosten?
28/5/2020
Een deel van uw vermogen schenken als u nog leeft? Dat kan via een roerende schenking. De schenkingskosten optimaliseren? Ook dat kan! We geven een overzicht van de opties die schenkers hebben.
Schenkers kunnen kiezen of ze een roerende schenking registreren of niet. Deze keuze kan wel een grote financiële impact hebben als de schenker overlijdt binnen de drie jaar na de schenking. In dit geval wordt de waarde van de geschonken goederen fictief ‘gere-integreerd’ in de nalatenschap en moeten er alsnog successierechten betaald worden. Die kunnen in sommige gevallen hoog oplopen.
We vertrekken vanuit de volgende 3 scenario’s:
- De schenker registreert de schenking niet.
- De schenker registreert de schenking.
- De schenker registreert de schenking niet, maar sluit een overlijdensverzekering af om eventuele successierechten te dekken.
Wat is het potentiële effect van elk van deze opties?
De schenking wordt niet geregistreerd: de schenker betaalt geen registratierechten op het ogenblik van de schenking. Maar als hij binnen de 3 jaar overlijdt, moeten er alsnog successierechten betaald worden op het geschonken bedrag. Bij een niet-geregistreerde schenking is de periode van 3 jaar vanaf de schenking dus doorslaggevend.
De schenking wordt geregistreerd: de schenkingsrechten worden vooraf betaald. Bij overlijden van de schenker binnen de 3 jaar na de schenking, moeten er op het geschonken bedrag geen successierechten betaald worden. Als de schenker de schenking laat registreren bij een Belgische notaris, zijn er schenkingsrechten verschuldigd.
Goed om te weten: de schenkingsrechten liggen in veel gevallen lager dan de successierechten na overlijden.
De schenking wordt niet geregistreerd, maar de begiftigde sluit een tijdelijke overlijdensverzekering af voor een periode van 3 jaar: via deze oplossing verzekert hij een kapitaal dat gelijk is aan de (geschatte) successierechten die hij moet betalen op het geschonken bedrag als de schenker binnen de 3 jaar overlijdt. Zo beschikt de begiftigde over de nodige middelen om het geschatte bedrag aan successierechten te betalen bij een onverwacht overlijden van de schenker tijdens deze periode.
Deze oplossing kan in bepaalde gevallen voordelig zijn, bijvoorbeeld wanneer de premies voor een tijdelijke overlijdensverzekering lager zijn dan het bedrag van de schenkings- en successierechten.
Successierechten kunnen wel variëren op basis van verschillende criteria, onder andere het gewest en de verwantschap tussen de schenker en de begiftigde.
Hoe werkt de overlijdensverzekering die successierechten dekt?
Het is de begiftigde (degene die de schenking ontvangt) die de verzekeringsovereenkomst afsluit. De begiftigde is ook de begunstigde bij overlijden van de verzekerde. De verzekerde is de schenker.
Het gaat om een tijdelijke verzekering: ze dekt alleen de periode van 3 jaar na de schenking, in geval van onverwacht overlijden van de schenker. Als de schenker overlijdt binnen de 3 jaar na de schenking, krijgt de begunstigde (begiftigde) het kapitaal van het verzekeringscontract, dat bedoeld is om de successierechten te dekken op het aan hem geschonken bedrag.
Maar als de schenker nog in leven is na 3 jaar, zijn er geen successierechten meer verschuldigd en eindigt de verzekering.
Zelfstandigen: hoe een vastgoedproject financieren via een aanvullend pensioencontract?
22/4/2020
De cijfers spreken voor zich: met een wettelijk pensioen van gemiddeld 900 euro per maand (bron: RSVZ 2019) maken heel wat zelfstandigen zich zorgen over hun aanvullend pensioen.
De zogenaamde tweedepijlerproducten zijn niet alleen een interessante optie om een aanvullend pensioen op te bouwen, ze bieden ook dekking in geval van overlijden of arbeidsongeschiktheid. Wat veel mensen niet weten, is dat u er ook vastgoed mee kan financieren. Zo kan u via bepaalde contracten de aankoop, bouw of renovatie van onroerend goed financieren in de Europese Economische Ruimte[1].
Hoe werkt dit?
De zelfstandige betaalt premies in zijn aanvullend tweedepijlerpensioencontract gelinkt aan zijn beroepsactiviteit. Via zijn contract kan hij de aankoop, bouw of renovatie van een onroerend goed (aankoop van een tweede woning, bouw van een veranda, tuinaanleg enz.) garanderen of financieren via verschillende mechanismen.
Hij kan:
- Een ‘voorschot’ vragen op zijn pensioenkapitaal
- Zijn aanvullend pensioenkapitaal in pand geven om de terugbetaling van een hypothecaire lening te garanderen
Wat is een voorschot?
Door voor deze oplossing te kiezen, kan de zelfstandige nu al gebruikmaken van het kapitaal dat hij via zijn aanvullend pensioencontract al heeft opgebouwd, zonder te wachten op zijn pensioen.
Hij kan een bepaald percentage – een ‘voorschot’ – van het opgebouwde pensioenkapitaal vragen, dat hij vervolgens geheel of gedeeltelijk kan terugbetalen. De voorwaarden en percentages verschillen uiteraard van verzekeraar tot verzekeraar. Maar opgelet: als de zelfstandige het voorschot niet heeft terugbetaald op het ogenblik van zijn pensionering, wordt het bedrag op de einddatum van het contract afgehouden van het uitbetaalde pensioenkapitaal.
Er zijn twee belangrijke soorten voorschotten:
- Voorschot met interestbetaling
- Voorschot zonder interestbetaling
Door te kiezen voor de optie zonder interestbetaling wordt het bedrag van het voorschot niet meer gekapitaliseerd.
Voordelen van het voorschot
De zelfstandige:
- Kan gebruikmaken van het opgebouwde kapitaal voor hij de pensioenleeftijd bereikt
- Blijft een belastingvermindering genieten op de premies die hij in zijn aanvullend pensioencontract stort
- Is niet verplicht een hypotheek af te sluiten en vermijdt zo krediet-, expertise-, notaris- of registratiekosten
- Betaalt geen wederbeleggingsvergoeding als hij het voorschot terugbetaalt
- Kan profiteren van het kapitaal dat is opgebouwd door de premies die zijn vennootschap heeft betaald voor de financiering van een privé-vastgoedproject (voor zelfstandigen met een vennootschap)
Wat is een inpandgeving?
De zelfstandige kan het overlijdenskapitaal van een tweedepijlercontract in pand geven om de volledige of gedeeltelijke terugbetaling van de hypothecaire lening (tot het uitstaande saldo) te verzekeren in geval van overlijden.
Hij kan het kapitaal leven van een tweedepijlercontract gebruiken als onderpand voor een lening aangegaan bij een kredietverstrekker. Gedurende de looptijd van de lening betaalt de aangeslotene alleen interesten. Aan het einde van de hypothecaire lening recupereert de kredietverstrekker het via het pensioencontract opgebouwde kapitaal om de lening terug te betalen.
Afhankelijk van het statuut van de zelfstandige (met of zonder vennootschap) bieden financiële instellingen verschillende producten en oplossingen aan.
[1] (landen van de Europese Unie + Liechtenstein, Noorwegen en IJsland).
Kan iedereen zomaar gaan beleggen?
17/3/2020
In tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht, is beleggen toegankelijker dan het lijkt. In de huidige lage renteomgeving kan een belegging, met name via een levensverzekering, een interessante oplossing zijn om uw kapitaal te laten groeien.
Beleggen kan:
Vanaf kleine bedragen
Het meest voorkomende vooroordeel over beleggen is dat u een groot kapitaal nodig hebt. Toch bieden veel financiële instellingen beleggingsoplossingen aan die uitgaan van kleine bedragen en dus toegankelijk zijn voor de meeste budgetten. Dit is een interessante optie om uw eerste stappen te zetten in de beleggingswereld. Daarna kan u eventueel beslissen om meer kapitaal te beleggen. U mag echter niet vergeten dat er bepaalde kosten en belastingen aangerekend worden.
Op een flexibele manier
Sommige beleggingsoplossingen laten u toe om uw betalingen tijdelijk op te schorten naargelang uw financiële situatie en prioriteiten.
Andere oplossingen maken het dan weer mogelijk om extra premies te storten en dus meer te beleggen.
Zonder ondoordachte risico’s te nemen
Het definiëren van uw beleggersprofiel en risicotolerantie is de basis van elke belegging.
Financiële instellingen moeten het profiel van elke klant (inclusief de eisen, behoeften, ervaring en kennis van de klant) beoordelen voor ze een oplossing aanbieden.
Een overzicht van de meest voorkomende profielen:
- Conservatief
- Defensief
- Neutraal
- Dynamisch
- Agressief
Sommige banken en verzekeraars beperken zich tot defensieve, neutrale en dynamische profielen. Daarom is het zinvol om de op de markt beschikbare opties te vergelijken. En bovendien kan uw beleggersprofiel veranderen. De aankoop van een huis, de komst van een baby of uw pensionering zijn gebeurtenissen die een impact kunnen hebben op uw beleggersprofiel.
Als u zich concrete en realistische doelen stelt, is het perfect mogelijk om te beleggen:
– als voorbereiding op uw pensioen
– voor de financiering van een specifiek project (bijvoorbeeld de aankoop of renovatie van een huis of de aankoop van een auto)
– als voorbereiding van de toekomst van uw kinderen
Met een beperkt risico op verlies door diversificatie van uw beleggingen
Het is niet nodig om al uw eieren in hetzelfde mandje te leggen. Een goede diversificatie beperkt in de meeste gevallen het risico op verlies. Bovendien variëren de aangeboden portefeuilles naargelang het type verzekering en bieden ze een groot aantal opties: staatsobligaties, bedrijfsobligaties, vastgoed, aandelen enz.
Naargelang het soort product kan u kiezen voor een levensverzekering met een gewaarborgde interestvoet of voor een meer risicovolle levensverzekering die wel een potentieel hoger rendement biedt.
Met professioneel advies
Beleggen vereist een zekere kennis. Een expert kan uw beleggersprofiel duidelijk bepalen. Zo kan u een oplossing kiezen die is aangepast aan uw doelstellingen, terwijl u profiteert van regelmatige opvolging en advies.
Beleggen betekent uw geld laten renderen in tijden waarin spaarrekeningen nog maar weinig opleveren. Het is een langetermijnbenadering om uw vermogen potentieel te laten groeien.
Schuldsaldoverzekering: welk soort premie moet ik kiezen?
26/2/2020
Hypothecaire leningen en verzekeringen gaan meestal hand in hand. Wat betreft de schuldsaldoverzekering, die dekking biedt bij overlijden van de verzekerde, bestaan er verschillende soorten premies. Een overzicht van de verschillende mogelijkheden en de bijhorende voordelen.
Ter herinnering: wat is het doel van een schuldsaldoverzekering?
Het ‘schuldsaldo’ van een hypothecaire lening is het bedrag dat na aftrek van de reeds gedane maandelijkse betalingen nog moet worden afgelost.
Dankzij de schuldsaldoverzekering is de financiële instelling zeker van de volledige of gedeeltelijke terugbetaling van het krediet bij overlijden van de verzekerde onder de voorwaarden van het contract. Deze verzekering kan ook nuttig zijn voor de familie van de overledene die het terug te betalen bedrag (afhankelijk van de gekozen dekking) niet (volledig) moet betalen.
Omdat er verschillende criteria meespelen, wordt de verzekeringspremie van geval tot geval bepaald.
- De looptijd, de interestvoet en het te verzekeren kapitaal
• De leeftijd, gewoonten en gezondheidstoestand van de verzekerde (BMI, roker of niet-roker enz.)
Sinds 2012 wordt geen rekening meer gehouden met het geslacht.
In het kader van de schuldsaldoverzekering zijn verschillende soorten premies mogelijk.
- Eenmalige premie
De verzekeringsnemer betaalt de totale premie bij het afsluiten van het contract. In principe is dit de enige premie die hij moet betalen om onmiddellijk verzekerd te zijn onder de contractuele voorwaarden voor de volledige duur van zijn schuldsaldoverzekering.
Deze formule heeft de grootste directe impact op het budget van de verzekeringsnemer. Maar rekening houdende met de totale duur van de schuldsaldoverzekering is dit meestal ook de goedkoopste formule.
Het is een interessante oplossing als de verzekeringsnemer:
• Het nodige budget heeft
• Een grotere gemoedsrust wil. In principe moet hij achteraf geen premie meer betalen, alleen de maandelijkse betalingen die aan zijn hypotheek zijn verbonden
• Ruimte heeft voor fiscale optimalisatie van zijn premie in het jaar van onderschrijving
- Periodieke premie
Een periodieke premie wordt op jaarbasis betaald. In de meeste gevallen zijn ze gedurende twee derde van de looptijd van het contract verschuldigd.
Dit type premie kan interessant zijn als de verzekeringsnemer:
• De betaling van de premie wenst te spreiden, maar niet voor de hele duur van het contract.
- Risicopremie
Risicopremies zijn jaarlijks (op de einddatum) betaalbaar gedurende de volledige looptijd van de schuldsaldoverzekering.
De betaling van een risicopremie garandeert dekking tot de volgende vervaldag.
De premiebetaling kan niet worden gesplitst.
Dit is een mogelijke oplossing als de verzekeringsnemer:
• Niet over de financiële middelen beschikt om een eenmalige of periodieke premie te betalen
• Geen fiscale marge meer heeft
Is er een bijpremie voor mensen die ziek zijn geweest of chronisch ziek zijn?
De wet van 4 april 2019 zorgde voor de invoering van het ‘recht om vergeten te worden’ in de Belgische verzekeringswetgeving. Deze wet is van toepassing op nieuwe verzekeringsovereenkomsten gesloten vanaf 1 februari 2020.
Deze nieuwe wetgeving geldt voor ex-kankerpatiënten die na een termijn van 10 jaar na het beëindigen van de behandeling niet zijn hervallen. De wet verbiedt dus om bij het bepalen van de gezondheidstoestand van kandidaat-verzekerden rekening te houden met de kanker. Ze zijn wel nog altijd verplicht om hun medische voorgeschiedenis aan de verzekeraar te melden, ook al kan dit geen aanleiding geven tot een bijpremie en mag de kandidaat niet geweigerd worden.
Bijkomend werd ook een referentierooster ingevoerd dat voor bepaalde kankers een kortere termijn vastlegt, en enkele tariferingsregels voor bepaalde chronische ziekten. Op die manier hebben ook die kandidaat-verzekeringsnemers toegang tot verschillende soorten verzekeringen aan voorwaarden die nauw aansluiten bij de standaardvoorwaarden.
Elke verzekeraar hanteert echter zijn eigen voorwaarden en biedt niet automatisch alle bovenvermelde soorten premies aan.
__________________________________________________________
Langetermijnsparen en fiscaal voordeel voor een hypothecaire lening: wat is er nieuw?
24/1/2020
Na het Brussels Hoofdstedelijk Gewest in 2017 schaft ook Vlaanderen de woonbonus af vanaf 1 januari. Als compensatie verlaagde de regering de registratierechten. Het belastingvoordeel op de interesten en aflossingen van een hypothecaire lening afgesloten na 1 januari voor een enige eigen (of niet-enige) woning verdwijnt dus. Bovendien heeft deze afschaffing ook een impact op het fiscaal voordeel op de premies gestort voor een schuldsaldoverzekering die gekoppeld is aan deze hypothecaire lening.
In Wallonië is het nog altijd mogelijk om een belastingvoordeel te genieten via de ‘Chèque Habitat’ voor een enige eigen woning. Maar hoelang zal dit nog duren? Hoog tijd om de voordelen te benutten van federaal langetermijnsparen, want een belastingverlaging is altijd mooi meegenomen.
Wat bepaalde verzekeraars aanbieden:
- Met de spaarverzekering op lange termijn* is het mogelijk om de financiering van een toekomstige schuldsaldoverzekering voor te bereiden.
- Een spaarverzekering op lange termijn kan op elk moment en zonder kosten omgezet worden in een schuldsaldoverzekering.
- Als het kapitaal opgebouwd in het kader van de spaarverzekering op lange termijn niet gebruikt wordt voor de aankoop van vastgoed, vormt het een aanvullend pensioenkapitaal.
- De belastingvermindering kan oplopen tot 30% op de betaalde premie, zelfs vóór het afsluiten van de hypothecaire lening.
En in Wallonië?
Momenteel kunnen mensen die een enige eigen woning in Wallonië willen kopen, het voordeel van de Chèque Habitat tijdelijk combineren met dat van federale producten voor pensioen- en langetermijnsparen. De combinatie van het belastingvoordeel van de Chèque Habitat en dat van het federale langetermijnsparen zal in de toekomst mogelijk veranderen.
Wat is het maximumbedrag dat dit jaar kan gestort worden?
Het maximumbedrag van de aftrek voor langetermijnsparen wordt berekend op basis van de nettoberoepsinkomsten. De berekeningsformule is: 176,40 euro + 6% van het netto belastbaar beroepsinkomen. Het maximaal toegestane bedrag voor 2019 is 2.350 euro.
* Enkele details over langetermijnsparen in het algemeen:
- De gestorte premies zijn onderworpen aan een belasting van 2%.
- Er wordt een anticipatieve heffing van 10% toegepast op het kapitaal op de leeftijd van 60 jaar of op de 10e verjaardag van het contract (als het contract wordt afgesloten na de leeftijd van 55 jaar).
- Op afkopen geldt in principe een belasting van 33%.
- Het kapitaal van de schuldsaldoverzekering wordt belast ten belope van het saldo van het hypothecair krediet via het systeem van de omzettingsrente. Op het gedeelte daarboven geldt een belasting van 10%.
- Bij overlijden kunnen er successierechten verschuldigd zijn.
- De fiscale behandeling is afhankelijk van de individuele situatie en kan wijzigen.
___________________________________________________
Pensioensparen versus langetermijnsparen: is kiezen nodig?
23/12/2019
De OESO schat dat werknemers in België een pensioen ontvangen dat gelijk is aan 53 % van hun brutoloon, en dat dit cijfer zal dalen tot 45,7 % voor jongeren die vandaag op de arbeidsmarkt komen.
Het bedrag van het wettelijke pensioen bedraagt dan gemiddeld 1249,09 euro. In de meeste gevallen volstaat dit bedrag niet om de huidige levensstandaard aan te houden na het pensioen. Pensioensparen en langetermijnsparen zijn dan ook ideale oplossingen om extra kapitaal op te bouwen om uw koopkracht te behouden.
Wat is het verschil tussen beide? Welke oplossing kiezen? Is het mogelijk om ze te combineren?
Tijd om de balans op te maken.
Pensioensparen
Plafonds: sinds 2018 heeft de federale overheid een tweede plafond voor pensioensparen ingevoerd. In 2019 bedraagt het eerste maximumplafond 980 euro en het tweede 1260 euro.
Belastingvermindering: voor premies tot 980 euro geldt een belastingvermindering van 30 %, d.w.z. een fiscaal voordeel van maximaal 294 euro. Wat het tweede plafond (tussen 980 en 1260 euro) betreft, bedraagt de belastingvermindering 25 %, d.w.z. een fiscaal voordeel van maximaal 315 euro.
Taksen: er is geen premietaks. Er is wel een anticipatieve taks van 8 % verschuldigd op de 60e verjaardag van de verzekerde of op de 10e verjaardag van het contract als de verzekerde het contract heeft afgesloten op de leeftijd van 55 jaar of ouder. Bij afkoop van het contract vóór de leeftijd van 60 jaar, kan een taks van 33 % verschuldigd zijn. Bij overlijden kunnen er ook successierechten verschuldigd zijn.
Goed om te weten: iedereen kan aan pensioensparen doen, op voorwaarde dat u voldoende belastbare inkomsten hebt. Het is ook mogelijk om maandelijks kleine bedragen te sparen. Verzekeringsnemers/verzekerden zijn niet verplicht om elk jaar het maximumbedrag in hun contract te storten.
Langetermijnsparen
Plafond: in 2019 bedroeg het maximumplafond 2350 euro.
Belastingvermindering: langetermijnsparen geeft recht op een belastingvermindering tot 30 % op de betaalde premies, d.w.z. een fiscaal voordeel van maximaal 705 euro.
Taksen: de gestorte premies zijn onderworpen aan een belasting van 2 %. Er is ook een anticipatieve taks van 10 % van toepassing op de 60e verjaardag van de verzekerde (of op de 10e verjaardag van het contract als de verzekerde het contract heeft afgesloten op de leeftijd van 55 jaar of ouder). Bij afkoop van het contract vóór de leeftijd van 60 jaar kan ook hier een belasting van 33 % verschuldigd zijn, net als successierechten bij overlijden.
Goed om te weten: om het maximumbedrag via langetermijnsparen te kunnen sparen, is een belastbaar beroepsinkomen van minimaal 36 227 euro nodig.
Kan u pensioensparen en langetermijnsparen combineren?
Het is zeker mogelijk om tegelijkertijd te profiteren van de fiscale voordelen die pensioensparen en langetermijnsparen bieden. In sommige gevallen is deze oplossing zelfs fiscaal bijzonder voordelig voor mensen die geen hypothecaire lening (meer) hebben (van vóór 2016). Naargelang uw persoonlijke situatie zou de combinatie van beide oplossingen een spaarbedrag van bijna 3500 euro per jaar opleveren en tegelijkertijd een belastingvoordeel van meer dan 1000 euro (op voorwaarde dat het maximumplafond voor beide contracten wordt gekozen).
Pensioensparen (2e maximumplafond van 1260 euro) | Langetermijnsparen (maximumplafond van 2350 euro) | |
Fiscaal voordeel | 315 euro | 705 euro |
Totaal | 1020 euro |
______________________________________________________
Hoe kan elk gezin op maat sparen dankzij een levensverzekering?
22 november 2019
Studiekosten dekken, de registratierechten van een toekomstige woning betalen, een kind financieel beschermen als een van de ouders zou overlijden, … Redenen te over om een levensverzekering af te sluiten. De meeste gezinnen hebben echter hetzelfde doel voor ogen: hun dierbaren financieel helpen.
Een levensverzekering biedt dan interessante oplossingen. Gezinnen kunnen zo regelmatig sparen en mikken op een potentieel hoog rendement (hieraan zijn uiteraard bepaalde kosten, belastingen en risico’s verbonden). Bovendien beantwoordt deze verzekering dankzij haar unieke structuur (verzekeringsnemer/verzekerde/begunstigde bij overlijden/begunstigde bij leven) aan de specifieke behoeften van elk gezin.
- De verzekeringsnemer sluit het contract af en geniet bepaalde privileges: afkoop, wijziging van de begunstigde enz.
- Het al dan niet overlijden van de verzekerde vóór het einde van het contract bepaalt wanneer het kapitaal wordt uitbetaald.
- De begunstigde bij overlijden ontvangt het gespaarde kapitaal als de verzekerde overlijdt.
- De begunstigde bij leven ontvangt het gespaarde kapitaal op het einde van het contract als de verzekerde nog in leven is.
Een van de belangrijkste troeven van een levensverzekering is haar structuur. Dit biedt de mogelijkheid om in te spelen op de behoeften van elk gezin. Er zijn 4 voorbeelden:
1ste voorbeeld
De ouder = de verzekeringsnemer en de verzekerde
Het kind = de begunstigde bij leven en bij overlijden
- De ouder spaart voor zijn kind tot het bijvoorbeeld 24 jaar wordt. Het kind is dan de begunstigde bij leven. Als het kind het ouderlijk nest verlaat, is dit budget meer dan welkom.
- Als de ouder overlijdt vóór de 24ste verjaardag van het kind, dan gaat het gespaarde bedrag naar het kind, want dat is de begunstigde bij overlijden (er zijn wel successierechten verschuldigd). Zo beschermt de ouder zijn kind financieel.
- De ouder behoudt de controle over de verzekering tot het einde van het contract. Als het kind het gespaarde kapitaal eerder nodig heeft, kan de ouder-verzekeringsnemer de verzekering afkopen en het nodige kapitaal aan het kind geven.
Naargelang het moment van de afkoopaanvraag is er mogelijk 30 % roerende voorheffing verschuldigd.
2de voorbeeld
Het kind = de verzekeringsnemer, de verzekerde en de begunstigde bij leven
De nalatenschap van het kind = de begunstigde bij overlijden
- Het kind is de eigenaar van het spaargeld. Alle naasten (ouders, grootouders, peter, meter, …) kunnen meesparen en zo het bedrag laten aangroeien. Dit kapitaal is eigendom van het kind en kan de start zijn van een mooie toekomst.
- Zelfs als de ouders zouden scheiden, is het kind er zeker van dat het dit gespaarde kapitaal ontvangt. Omdat het kind de eigenaar van het contract is, kunnen de ouders dit spaargeld niet gebruiken om persoonlijke projecten te financieren.
- Als een van de ouders zou overlijden, is het mogelijk dat het kind successierechten moet betalen op de bedragen waarmee de levensverzekering op zijn naam werd gefinancierd, tenzij er registratierechten werden betaald op de gestorte bedragen of als het overlijden van de ouder-schenker meer dan 3 jaar na de schenking plaatsvindt.
3de voorbeeld
Het kleinkind = de verzekeringsnemer en de begunstigde bij leven en bij overlijden
De grootouder = de verzekerde
- Het kleinkind behoudt de controle over het contract waarvan de premie door zijn grootouder is betaald.
- Na het overlijden van de grootouder ontvangt het kleinkind rechtstreeks het gespaarde kapitaal. Als hij of zij jonger is dan 18 jaar, wordt dit kapitaal geblokkeerd op een rekening op zijn naam. Als hij ouder is dan 18 jaar, is het gespaarde kapitaal onmiddellijk beschikbaar. Zo is de grootouder er zeker van dat zijn geld terechtkomt bij zijn kleinkind en niet bij zijn schoonzoon of -dochter.
- Omdat het kleinkind de verzekeringsnemer is, betaalt hij bovendien geen successierechten bij het overlijden van zijn grootouder, op voorwaarde dat dit overlijden ten minste 3 jaar na de schenking van de fondsen (die bestemd waren voor de financiering van de levensverzekering) plaatsvindt of dat de schenking werd geregistreerd en er registratierechten werden betaald.
4de voorbeeld: twee contracten worden afgesloten
Contract 1:
De vader = de verzekeringsnemer en de begunstigde bij overlijden
De moeder = de verzekerde
Het kind = de begunstigde bij leven
Contract 2:
De moeder = de verzekeringsnemer en de begunstigde bij overlijden
De vader = de verzekerde
Het kind = de begunstigde bij leven
- Dit zijn 2 spiegelcontracten (ABA-structuur).
- De vader spaart voor zijn kind via zijn contract. Idem voor de moeder.
- Als de vader sterft, bijvoorbeeld, gaat het gespaarde kapitaal (in contract 2) naar de moeder die het beheert tot ze het op het geschikte moment aan haar kind geeft. Er zijn geen successierechten verschuldigd bij het overlijden van de vader, tenzij de ouders getrouwd zijn onder het stelsel van de algehele gemeenschap en het contract werd gefinancierd met gemeenschappelijke fondsen. In dat geval moet de moeder successierechten betalen op 50 % van de contractwaarde.
Contract 1 blijft echter lopen tot de einddatum (mits de moeder tot dan in leven blijft). Het kind ontvangt dan het gespaarde kapitaal op de geplande einddatum. In geval van overlijden moet de begunstigde successierechten betalen.
__________________________________________________________
Combinatie van een schenking en een levensverzekering: wat zijn de voordelen?
24/10/19
Snel en eenvoudig. De schenking via een bankoverschrijving is waarschijnlijk het meest gebruikte instrument voor successieplanning. Het grote nadeel ervan is het controleverlies over het gestorte bedrag. Een levensverzekering is daarom een interessant alternatief.
We nemen het voorbeeld van een schenking tussen ouders en kinderen.
Welke opties hebben de ouders?
Ze kunnen het geld aan hun kind schenken via een eenvoudige bankoverschrijving. Ze verliezen dan wel de controle over het bedrag. Het kind kan dat bedrag dan vrij gebruiken voor projecten waarmee de ouders misschien niet meteen akkoord gaan.
Daarom is het heel interessant om een schenking te combineren met een levensverzekering.
Eén woord om te onthouden: controle
Ten opzichte van een klassieke schenking is het belangrijkste voordeel van een schenking via een levensverzekering de controle die de schenker behoudt over het contract via verschillende mechanismen:
- De financiële last
Dankzij deze clausule, die wordt toegevoegd bij het afsluiten van het contract, kunnen de ouders een deel van het kapitaal recupereren. Als ze op een dag naar een rusthuis moeten, kunnen ze periodieke bedragen ontvangen om de kosten te betalen als hun pensioen alleen niet volstaat.
- Conventionele terugkeer
Hoewel dit scenario voor de meeste ouders ondenkbaar lijkt, kan het helaas voorkomen dat hun kind vóór hen overlijdt. Zeker als de ouders ervoor kiezen om pas op latere leeftijd een schenking te doen. Dankzij de conventionele terugkeer krijgen de ouders het geld terug zonder dat ze successierechten moeten betalen. Deze clausule kan bijzonder nuttig zijn als er spanningen zijn tussen de ouders en de wettelijke erfgenamen van hun kind (bv. schoonzoon of -dochter).
Hoe zit het met de successierechten?
Zowel voor een klassieke schenking als voor een schenking via een levensverzekering moet de begiftigde successierechten betalen als de schenker binnen de 3 jaar na de schenking overlijdt. Na deze periode zijn er geen successierechten meer verschuldigd.
Het is ook mogelijk om al ‘registratierechten’ te betalen op het moment van de schenking. Zo zijn er geen successierechten meer verschuldigd, ook al overlijdt de schenker binnen de 3 jaar.
______________________________________________________________
Hoe kunt u met meer gemoedsrust beleggen in tak 23?
20/9/2019
Investeren in beleggingsverzekeringen (levensverzekeringen van tak 23) betekent dat u bereid bent bepaalde risico’s te nemen om te profiteren van een potentieel hoger rendement. Dit rendement hangt immers af van de prestaties van de beleggingsfondsen (bv. aandelen-, obligatie- of gemengde fondsen) waaraan het contract is gekoppeld. Maar er zijn oplossingen die meer gemoedsrust kunnen bieden.
Beleg kleine bedragen met regelmatige tussenpozen
Dankzij deze oplossing kunt u:
- beginnen met investeren zonder dat men over een groot startkapitaal beschikt.
- beleggen tegen een aantrekkelijke gemiddelde interestvoet, aangezien de waarde van een fonds in de loop der tijd kan schommelen.
- het risico van slechte timing vermijden. Het marktgedrag is immers niet te voorspellen. Door bijvoorbeeld maandelijks of driemaandelijks kleine bedragen te storten, vermijdt men dat alles in één keer investeert net vóór een financiële crisis.
Bouw een gediversifieerde portefeuille op
Afhankelijk van de economische context presteren sommige (sub)activaklassen aanzienlijk beter. Aandelen kunnen bijvoorbeeld betere resultaten opleveren dan obligaties of contanten.
Door de aan het beleggingsproduct gekoppelde fondsen te diversifiëren, afhankelijk van het risicoprofiel en de beleggingsdoelstellingen van de verzekerde, is het mogelijk om de volatiliteit (en dus het risico) te verminderen en tegelijkertijd het potentiële rendement te verhogen. Dankzij de multimanagementaanpak is dat bijvoorbeeld geen enkel probleem. Wilt u hierover meer weten? Lees ons artikel van oktober 2018.
Profiteer van debeschermingsmechanismen
Beschermingsmechanismen kunnen heel nuttig zijn als zich een ernstige financiële crisis voordoet. Voor sommige beleggingsverzekeringen kunt u deze beschermingsmechanismen activeren:
- winstbeschermer: de gerealiseerde meerwaarden worden automatisch overgeheveld naar een meer defensief wachtfonds.
- verliesbeperker: vanaf een bepaald verliesniveau wordt de totale reserve van een fonds overgedragen naar een meer defensief wachtfonds.
In september 2008, bijvoorbeeld, tijdens de financiële crisis en het faillissement van de investeringsbank Lehman Brothers, konden klanten met deze beschermingsmechanismen deze moeilijke periode met iets meer gemoedsrust doorstaan.
__________________________________________________________
6 mogelijkheden van de levensverzekering
29/8/2019
De meeste mensen kennen de verschillende mogelijkheden die een levensverzekering biedt, over het algemeen niet echt. Toch is het een oplossing die beantwoordt aan verschillende behoeften. Hierna bespreken we enkele mogelijkheden.
- Zorgen voor een aanvullend pensioenkapitaal en ondertussen een belastingvermindering genieten
Het verschil tussen het laatste loon en het gemiddelde bedrag van het wettelijk pensioen is niet te verwaarlozen. Voor de hogere lonen is dit verschil nog groter. Pensioensparen en langetermijnsparen maken het mogelijk deze kloof te dichten en ondertussen te profiteren van een belastingvermindering. Dit zijn de plafonds voor 2019:
Pensioensparen (tot 980 euro) | Pensioensparen (tussen 980 en 1260 euro) | Langetermijnsparen (tot 2350 euro) |
30 % | 25 % | 30 % |
- Organiseren van uw nalatenschap
Levensverzekeringsproducten bieden verschillende oplossingen op het vlak van successieplanning. Zo kan de verzekeringsnemer zijn nalatenschap organiseren zoals hij dat wenst. Het kan bijvoorbeeld gaan om de aanduiding van een of meer begunstigden (zonder tussenkomst van een notaris) of om een schenking met een clausule die de begiftigde een lijfrente garandeert voor zijn oude dag.
- Sparen (tak 21)
Nu de traditionele spaarrekeningen niets meer opleveren, kan tak 21 een interessant alternatief zijn. Deze investering met beperkt risico biedt een kapitaalgarantie, een gegarandeerd rendement en afhankelijk van de jaarresultaten van de verzekeraar, ook een winstdeling. Deze verzekeringen zijn niet onderworpen aan de roerende voorheffing als het gaat om een belegging van minstens 8 jaar. Dit maakt deze producten bijzonder aantrekkelijk voor de voorzichtige spaarder.
- Beleggen (tak 23)
De producten van tak 23 bieden een potentieel hoger rendement dan die van tak 21. Anderzijds is er een hoger risico verbonden aan deze producten. Met andere woorden, het rendement op einddatum zou lager kunnen zijn dan het verwachte rendement en/of de belegger zou zijn kapitaal gedeeltelijk of volledig kunnen verliezen.
- Behoud van de levensstandaard van de echtgeno(o)t(e) in geval van overlijden
Het overlijden van een geliefde is altijd een zware beproeving. In sommige gevallen kan een overlijden ook ernstige financiële gevolgen hebben voor de overlevende echtgenoot. Het gezinsinkomen daalt plotseling, terwijl de kosten en rekeningen zich blijven opstapelen. Er zijn echter verschillende mogelijkheden om zich hiertegen te beschermen.
- Schuldsaldoverzekering. Bij overlijden van een van de echtgenoten wordt het hypothecair krediet van het paar volledig of gedeeltelijk terugbetaald, afhankelijk van de gekozen dekking.
• Overlijdensverzekering. Met deze verzekering is het mogelijk om de levensstandaard van de overlevende echtgenoot en de kinderen veilig te stellen. De kinderen kunnen hun studies aanvangen of verderzetten en de financiële toekomst van het gezin is verzekerd.
- Een kapitaal voorzien voor zijn geliefden in geval van overlijden
Zodra de bank van het overlijden op de hoogte is, wordt het vermogen van de overledene tijdelijk geblokkeerd. Dit kan voor de familieleden een probleem zijn. Als de begunstigde(n) van de levensverzekering bij naam is/zijn genoemd, is het niet nodig om elk lid van de nalatenschap te identificeren om het verzekeringskapitaal uit te keren. De levensverzekering wordt dus sneller uitgekeerd dan het banksaldo, wat zorgt voor wat meer financïele gemoedsrust tijdens het vervullen van de administratieve verplichtingen.
_____________________________________________
Levensverzekering: wat gebeurt er bij overlijden van de verzekeringsnemer?
17/7/19
Steeds meer Belgen kiezen voor levensverzekeringsproducten om hun pensioen voor te bereiden of hun spaargeld te beleggen. Maar wat zijn de gevolgen bij overlijden van de verzekeringsnemer in de loop van het contract?
Aanduiding van de begunstigde: goed om te weten
Bij het afsluiten van een levensverzekering bevat het contract de naam van de begunstigde(n) van het kapitaal dat wordt uitgekeerd bij leven/overlijden van de verzekeringsnemer.
- De ‘begunstigde bij leven‘ ontvangt het kapitaal op het einde van het contract. Dit is doorgaans de verzekeringsnemer van het contract.
- De ‘begunstigde bij overlijden‘ is, zoals de naam zelf zegt, de persoon die het kapitaal ontvangt als de verzekeringsnemer overlijdt vóór het contract afloopt.
Bij het afsluiten van het contract wordt ook rekening gehouden met andere elementen. Er bestaan immers zowel algemene als nominatieve begunstigingsclausules bij overlijden van de verzekeringsnemer.
- Algemene begunstigingsclausule ‘de erfopvolging’:het erfrecht is van toepassing en het kapitaal wordt verdeeld over de verschillende erfgenamen, net zoals de goederen van de verzekeringsnemer. Voor meer informatie over het erfrecht en de recente wijzigingen, lees het artikel ‘Nieuw erfrecht: praktische gevolgen’,gepubliceerd in november 2018.
- Algemene begunstigingsclausule ‘de kinderen van de verzekeringsnemer’: de familienamen en voornamen van de kinderen komen niet voor in het contract.
- Nominatieve begunstigingsclausule:de namen van de kinderen zijn duidelijk in het contract vermeld. Wat is het nut van deze clausule? Een begunstigingsclausule is zinvol als de verzekeringsnemer hertrouwt.
Een voorbeeld. Jan en Veerle hebben een dochter, Sofie. Toen Sofie geboren werd, sloot Jan een pensioenspaarcontract af.
Na zijn scheiding hertrouwde Jan met Griet en kreeg hij nog twee kinderen, Tom en Sara. Hoe wordt het kapitaal van zijn contract beheerd als Jan sterft?
Algemene begunstigingsclausule ‘de kinderen van de verzekeringsnemer’* | Nominatieve begunstigingsclausule |
Sofie, Tom en Sara krijgen elk een gelijk deel van het kapitaal. | Aangezien Jan het contract afsloot vóór Tom en Sara geboren werden, komt alleen Sofies’ naam in het contract voor. Sofie ontvangt dus het volledige kapitaal, tenzij Jan de begunstigingsclausule in het contract heeft laten aanpassen en de namen van Sara en Tom heeft laten opnemen. |
Deze regel is ook van toepassing op de algemene begunstigingsclausule ‘de echtgeno(o)t(e) van de verzekeringsnemer’. In ons voorbeeld was Jan met Veerle getrouwd toen hij zijn contract afsloot. Als Jan voor de algemene clausule had gekozen, zou zijn huidige vrouw Griet het kapitaal ontvangen.
Als hij daarentegen voor een nominatieve begunstigingsclausule had gekozen, zou zijn eerste echtgenote Veerle het pensioenspaarbedrag ontvangen, tenzij Jan zijn contract had laten wijzigen.
De aanduiding van de begunstigde van een levensverzekering is dus niet onbelangrijk en kan aanzienlijke gevolgen hebben bij overlijden van de verzekeringsnemer. Bij twijfel is het advies van een professional de beste optie.
*Artikel 172 van de wet betreffende de verzekeringen zegt dat, wanneer de kinderen niet bij name als begunstigden worden aangewezen, de afstammelingen in rechte lijn door plaatsvervulling van hun overleden ouder opkomen (in dit geval de eventuele kinderen van Tom, Sofie of Sara). Omgekeerd, als de kinderen nominatief als begunstigden zijn aangewezen, is de plaatsvervulling niet van toepassing.
_____________________________________________
Waarom kiezen voor een lijfrente op het ogenblik van het pensioen?
21/6/2019
Feit is dat we vandaag allemaal langer leven. Senioren blijven bovendien langer zelfstandig en zijn actiever dan ooit. We mogen dus best optimistisch zijn over onze oude dag. Om na ons pensioen een aangename levensstijl te behouden, hebben we echter nood aan een zeker financieel comfort.
Doordat het wettelijke pensioen laag blijft en het risico bestaat dat u voortdurend uw spaargeld of vermogen moet aanboren, kan de lijfrente tak 21 een goede oplossing zijn.
Deze levensverzekering is bestemd voor zij die hun geld in alle veiligheid willen beleggen en een levenslang gewaarborgd inkomen willen ontvangen, met afstand van kapitaal of het behoud van een kapitaal voor de naasten.
Het algemene principe van deze verzekering
- U betaalt een eenmalige premie.
- U ontvangt een levenslange gewaarborgde rente (maandelijks, driemaandelijks, zesmaandelijks of jaarlijks) op basis van onder andere de leeftijd van de verzekerde, het premiebedrag en de periodiciteit van de rente.
- U geniet een gewaarborgde interestvoet.
- Uw rente kan toenemen dankzij een eventuele winstdeling.
1etype product met een lijfrente: voor uw veiligheid en eventueel die van uw partner (met afstand van kapitaal)
- U ontvangt een levenslange periodieke rente (belast als roerende inkomsten).
- U geniet een interessant fiscaal stelsel: slechts 3 % van het rentevestigend kapitaal is onderworpen aan een afzonderlijke belasting van 30 % (+ opcentiemen). De verworven winstdelingen worden niet belast.
- Als u kiest voor de rente met overdraagbaarheid kan uw partner hiervan meeprofiteren: zolang beide verzekerden in leven zijn, wordt de lijfrente volledig uitgekeerd aan de hoofdverzekerde. Als die laatste overlijdt, wordt de rente uitbetaald aan de overlevende verzekerde.
- Bij het overlijden van de verzekerde (en van de medeverzekerde in geval van overdraagbaarheid) eindigt het contract en wordt er geen kapitaal uitgekeerd (= afstand van het kapitaal).
2etype product met lijfrente: voor uw veiligheid en die van uw erfgena(a)m(en) (met gereserveerd kapitaal)
- U ontvangt een levenslange periodieke rente (belast als roerende inkomsten).
- Bij uw overlijden ontvangt (ontvangen) de begunstigde(n) een kapitaal (niet onderworpen aan de roerende voorheffing, maar er kunnen eventueel successierechten verschuldigd zijn) en eindigt het contract. Dit kapitaal is de totaal geïnvesteerde nettopremie (= totale premie exclusief taks).
Deze levensverzekering past perfect in een globale beleggingsportefeuille. Dankzij de periodieke rente hangt uw financiële zekerheid niet enkel af van de resultaten van uw andere beleggingen.
_____________________________________________
Nuttige tips als u voor het eerst belegt in een open tak 23-fonds
24/5/2019
Een spaarrekening brengt tegenwoordig niet veel meer op. Dat weet iedereen intussen. Wie een hoger rendement wil, gaat dus op zoek naar een alternatief. En dan zijn open beleggingsfondsen uit tak 23 een interessante oplossing. In tegenstelling tot tak 21-producten of bepaalde gestructureerde (of gesloten) tak 23-fondsen, bieden ze wel geen minimumrendement of kapitaalgarantie. Het kan dus zijn dat u zich wat onzeker voelt als u voor het eerst belegt in dit type verzekering. Hier zijn alvast enkele nuttige tips zodat u in alle rust uw keuze kunt maken.
- Bepaal uw doel
Een huis kopen, uw pensioen opnemen, uw kinderen naar de universiteit sturen, … Er zijn evenveel projecten als beleggers. Door rekening te houden met uw risicobereidheid en uw persoonlijke en financiële situatie, kunt een duidelijk doel voor uzelf bepalen. - Bepaal uw budget
Beleg enkel het geld dat u niet nodig hebt. Houd rekening met onvoorziene uitgaven zoals medische kosten, herstellingen aan uw wagen, uw wasmachine die het begeeft, … Maak dus de balans op van uw inkomsten en uitgaven. - Bepaal uw beleggingshorizon
Wilt u beleggen op korte, middellange of lange termijn? Hoe langer uw beleggingshorizon, hoe groter het potentiële rendement. Maar opnieuw hangt alles af van uw doel, uw persoonlijke en financiële situatie en uw beleggersprofiel.
Hoe langer uw beleggingshorizon, hoe langer u uw belegde kapitaal ook niet kunt gebruiken. Als u het toch nodig hebt, kunt u uw contract altijd (geheel of gedeeltelijk) afkopen. Afhankelijk van het moment van de afkoopaanvraag betaalt u soms extra kosten. - Bepaal uw beleggersprofiel
Verzekeringstussenpersonen (makelaars of bankagenten) zijn wettelijk verplicht om uw beleggersprofiel te bepalen op basis van uw persoonlijke situatie, uw inkomsten, uw beleggingshorizon en uw risicobereidheid.
Dit zijn de 3 belangrijkste profielen:
- Defensief (weinig tot geen risico + kapitaalgarantie)
- Neutraal (evenwicht tussen risico en rendement)
- Dynamisch (de nadruk ligt op het rendement, niet op de veiligheid)
Lees ons artikel van april 2019 voor meer info hierover.
- Bepaal uw voorkeuren
Naargelang uw risicoprofiel worden de gestorte premies belegd in aandelenfondsen, obligatiefondsen of gemengde fondsen uit verschillende sectoren.
Als u ethisch beleggen belangrijk vindt, kunt ook kiezen voor sociaal verantwoorde beleggingsfondsen. Naast een potentieel hoger rendement, dragen ze positief bij tot het welzijn van onze planeet.
Lees ons artikel van mei 2018 voor meer info over sociaal verantwoorde beleggingen.
- Bepaal uw beleggingsstrategie
- Wed niet op één paard. Dat is de gulden regel als u mikt op een potentieel hoger rendement en de risico’s beter wilt spreiden. U hebt er alle belang bij om uw beleggingen te diversifiëren. Als het ene fonds minder goed presteert, kunnen de goede resultaten van een ander fonds dit compenseren.
Er zijn verschillende oplossingen voor handen om uw beleggingen te helpen beheren. Lees ons artikel van oktober 2018 voor bijvoorbeeld meer info over de multimanagementaanpak.
- U kunt beleggen door een eenmalige premie te betalen, of door uw beleggingen te spreiden in de tijd. Dankzij Drip Feed bijvoorbeeld, kunt u geleidelijk beleggen naargelang uw spaarcapaciteit.
_____________________________________________
Beleggen, OK! Maar niet zonder het beleggersprofiel te bepalen
17/4/2019
Vóór financiële instellingen een beleggingsoplossing voorstellen, zijn ze wettelijk verplicht het beleggersprofiel van hun klanten op te maken. Hierna vindt u een overzicht van de voornaamste profielen en de redenen die deze stap noodzakelijk maken.
- Wat verstaan we onder ‘beleggersprofiel’?
Een beleggersprofiel maakt het mogelijk de situatie en de risicotolerantie van elke potentiële belegger beter te kennen. Geld beleggen kan immers gepaard gaan met verlies. Het profiel correct bepalen is dus heel belangrijk. Sommigen verkiezen zekerheid, anderen mikken liever op een hoger rendement, zelfs als ze hun kapitaal dan blootstellen aan meer risico (en dus aan verlies). In theorie gaat het trouwens om een ‘evenredigheidsregel’. Hoe hoger het risiconiveau, hoe hoger het potentiële rendement. En omgekeerd, hoe veiliger de belegging, hoe lager in principe het potentiële rendement.
- Waarom is dat belangrijk?
Als u het beleggersprofiel van uw klant kent, kunt u zijn portefeuille beter samenstellen. Het marktaanbod is immers ruim en financiële producten zijn vrij ingewikkeld. U kunt hem dus helpen de beste keuze te maken naargelang zijn persoonlijke situatie, zijn inkomsten, zijn beleggingshorizon en zijn risicotolerantie.
We bekijken elk aspect even in detail:
- Inkomsten/budget : het kan gaan om een startkapitaal, maandelijkse stortingen, of zelfs beide. De idee dat een groot basiskapitaal nodig is om te beleggen, is ongegrond. Er zijn tal van oplossingen op de markt waarmee u al kunt beleggen vanaf kleine bedragen, bijvoorbeeld via maandelijkse stortingen. Bovendien kunnen de producten pensioen- en langetermijnsparen ook als beleggingen worden gezien (naargelang de gekozen producten en de portefeuille). Doorgaans worden deze producten echter niet als beleggingsproducten ervaren.
- Beleggingshorizon :dit aspectkomt overeen met de periode waarin de belegger denkt een bepaald deel van zijn kapitaal niet nodig te hebben. Ook de beleggingshorizon heeft een aanzienlijke impact op het potentiële rendement aan het einde van het contract. Zo zal een langetermijnbelegging (minimum 8 jaar) normaal meer opbrengen dan een belegging op korte termijn (1-4 jaar).
- Risicotolerantie
Er zijn drie belangrijke profielen:
- Defensief profiel : weinig tot geen risico en een gewaarborgd kapitaal. Zekerheid is belangrijker dan rendement.
- Neutraal profiel : compromis tussen risico en rendement. Zekerheid is belangrijk, maar de belegger is bereid berekende risico’s te nemen om zijn kapitaal te laten renderen.
- Dynamisch profiel : rendement is belangrijker dan zekerheid. De belegger is bereid meer risico te nemen, zelfs al is de zekerheidsmarge dan veel kleiner.
Deze benamingen kunnen verschillen naargelang de financiële instelling. Sommige banken beperken zich tot deze drie profielen. Andere nuanceren hun aanbod meer en bieden oplossingen aan gaande van ‘zeer defensief’ tot ‘zeer dynamisch’. Dat geldt ook voor de gebruikte vragenlijsten. De FSMA (toezichthouder) ziet erop toe dat de vragenlijsten voldoen aan bepaalde vereisten.
_____________________________________________
Hoe de aankoop van onroerend goed voorbereiden met een levensverzekering ?
19/3/2019
Voor sommigen, vooral jonge mensen, zijn pensioensparen en langetermijnsparen heel abstracte concepten omdat hun pensioen nog zover weg is. Toch kan het gespaarde bedrag ook nuttig zijn vóór ze met pensioen gaan … bijvoorbeeld in het kader van een vastgoedproject.
Een hypothecaire lening gaat vaak samen met een schuldsaldoverzekering. Zo wordt het ontleende kapitaal (gedeeltelijk of volledig) terugbetaald als de verzekerde vroegtijdig zou overlijden. Het is mogelijk om deze verzekering te prefinancieren via pensioensparen of langetermijnsparen. Een interessante spaarformule om vastgoed te kopen, en tegelijkertijd een fiscaal voordeel te genieten.
- De spaarder geniet immers een belastingvoordeel tot 30 % (de fiscaliteit hangt af van de persoonlijke situatie van de spaarder en kan later wijzigen).
- Hij bouwt een aanvullend kapitaal op met een gewaarborgd rendement en een eventuele winstdeling (deze winstdeling is niet gewaarborgd en kan schommelen naargelang de economische conjunctuur en de resultaten van de maatschappij).
Hoe vroeger u begint te sparen, hoe groter het opgebouwde kapitaal. - De spaarder kan op elk moment het bedrag van de storting wijzigen.
- De beschikbare reserve kan altijd gebruikt worden als eenmalige premie voor een schuldsaldoverzekering, zonder extra kosten.
- Als het spaargeld niet omgezet is in een schuldsaldoverzekering (of slechts gedeeltelijk), vormt het dus een mooi extraatje voor het pensioen. Het surplus blijft op het contract langetermijnsparen staan en blijft rente opbrengen tot de einddatum.
Aan sommige pensioenspaarverzekeringen kan de spaarder een overlijdensdekking toevoegen met afnemend kapitaal, gekoppeld aan de hypothecaire lening. Deze dekking neemt af met het resterende, terug te betalen kapitaal en fungeert als schuldsaldo.
_____________________________________________
2019: nieuwe fiscale plafonds voor pensioensparen en langetermijnsparen
25/2/19
In 2019 werden de fiscale plafonds voor pensioen- en langetermijnsparen verhoogd. We geven een overzicht.
Pensioensparen
Sinds 2018 heeft de Belgische overheid een tweede fiscaal plafond ingevoerd in het kader van pensioensparen. Het eerste plafond voorzag in een storting tot 960 euro, het tweede in een storting tussen 960 euro en het maximumplafond van 1230 euro. Dit zijn de nieuwe plafonds voor dit jaar:
- Verhoging van 960 naar 980 euro. Een premie van minder dan of gelijk aan 980 euro geeft recht op een fiscaal voordeel van 30 %, wat een belastingvermindering tot 294 euro kan opleveren.
- Verhoging van 1230 naar 1260 euro. Een premie tussen 980 en 1260 euro geeft recht op een fiscaal voordeel van 25 %. Door het maximaal toegestane bedrag te storten, kan de belastingvermindering oplopen tot 315 euro.
Het grensbedrag om niet in de fiscale valstrik te vallen, stijgt ook van 1152 naar 1176 euro.
Langetermijnsparen
Verhoging van 2310 naar 2350 euro, met een fiscaal voordeel van 30 %.
Om het maximumbedrag te storten in langetermijnsparen, is een belastbaar beroepsinkomen van minstens 36 226 euro nodig. Dit stemt ongeveer overeen met een bruto-inkomen van 47 000 euro per jaar voor een loontrekkende.
Let op, langetermijnsparen zit in dezelfde fiscale korf als de woonbonus gelinkt aan een hypothecaire lening. De wet werd de voorbije jaren echter herzien. Sinds de 6e staatshervorming is de woonbonus een gewestelijke bevoegdheid. Er bestaan dan ook belangrijke verschillen tussen het Vlaamse, Waalse, en Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Brussel : voor de hypothecaire leningen afgesloten vanaf 1 januari 2017 heeft het Brussels Hoofdstedelijk Gewest de woonbonus afgeschaft en vervangen door een verlaging van de registratierechten als compensatie. Sindsdien is het mogelijk om het wettelijke maximumplafond te storten voor langetermijnsparen.
Vlaanderen : in Vlaanderen bestaat de woonbonus nog steeds, maar onder de nieuwe benaming ‘geïntegreerde woonbonus’. Die bonus is cumuleerbaar met langetermijnsparen op federaal niveau, onder voorbehoud van eventuele wetswijzigingen.
Wallonië : in Wallonië heeft de woonbonus sinds 2016 plaatsgemaakt voor de Chèque Habitat. Die is cumuleerbaar met langetermijnsparen op federaal niveau, eveneens onder voorbehoud van eventuele wetswijzigingen.
Deze bepalingen gelden uiteraard enkel voor mensen met een lopende hypothecaire lening. Als dat niet zo is, is het mogelijk om het maximumbedrag te storten in langetermijnsparen.
_____________________________________________
Wat zijn KID’s, en hoe kunnen ze u helpen de verschillende producten op de markt te vergelijken?
28/1/2019
Het is geen sinecure om zonder technische kennis de verschillende verzekeringsproducten op de markt met elkaar te vergelijken. De EU wilde hierin verandering brengen, en heeft op 1 januari 2018 de PRIIPs-verordening ingevoerd. Die bevat onder meer een standaardinformatiedocument, namelijk het ‘KID’.
PRIIPs-verordening, voor meer transparantie
De Europese verordening PRIIPs (van het Engels Packaged Retail Investment and Insurance Products) is ingegaan op 1 januari 2018. Doel? Bescherming van de consument, meer transparante communicatie over verzekerings-/beleggingsproducten en verhoging van het vertrouwen van beleggers in de financiële markten.
KID, beleggingsverzekeringen toegankelijker maken
Uit deze nieuwe Europese verordening is het KID ontstaan (Key Information Document). Dit is een standaarddocument waarin de kenmerken van een product op een duidelijke en verstaanbare manier omschreven staan. Dat is heel handig voor klanten, want zo kunnen ze de verschillende producten op de markt gemakkelijker vergelijken.
Het KID wordt trouwens elk jaar herzien. Bij een wijziging van 5 % (of meer)* of bij andere belangrijke aanpassingen wordt een nieuw KID opgemaakt voor het desbetreffende product.
*rendementen bij een gematigd scenario
Verplichte informatie:
- Publicatie in minstens één officiële taal van elk land
- Standaarddocument van maximaal 3 pagina’s
- Omschrijving van de productkenmerken
- Kostenlijst: in- en uitstapkosten, transactiekosten van de portefeuille en alle andere recurrente kosten die eigen zijn aan het product.
- Risico-indicator:volgens dit criterium wordt het risico van de belegging gerangschikt op een schaal van 1 tot 7. Een lage score betekent een lager risico, maar ook een lager potentieel rendement. Een hogere score staat dan weer voor een hoger risico, maar dus ook voor een hoger potentieel rendement.
De PRIIPs-verordening voorziet in een gemeenschappelijke methodologie om de SRI of synthetische risico-indicator te berekenen. Deze PRIIPs-methodologie verschilt van degene die gebruikt wordt voor bankfondsen (SRRI of synthetische risico- en rendementsindicator). Zo is het mogelijk dat eenzelfde fonds in een tak 23-versie een lagere risico-indicator krijgt vergeleken met een bankversie. Vanaf januari 2020 is de PRIIPs-verordening ook van toepassing voor bankfondsen*. Dit onderscheid is dus tijdelijk.
*Betreft de UCITS-fondsen waarvoor er al een Key Investor Information Document bestaat.
- Aanbevolen periode van bezit: over het algemeen is dit afhankelijk van het fonds, in het bijzonder voor tak 23-beleggingsverzekeringen. Hoe volatieler het fonds, hoe langer de aanbevolen periode van bezit.
- Prestatiescenario’s (ongunstig, gematigd, gunstig en stressscenario, en scenario bij overlijden): de cijfers worden uitgedrukt in euro en in %, en berekend zonder kosten (in- en uitstapkosten, recurrente kosten), maar houden geen rekening met de fiscaliteit. Dankzij het KID moeten de klanten producten kunnen vergelijken in België én in het buitenland. De fiscaliteit kan uiteraard sterk verschillen van land tot land.
Voor de tak 21-spaarverzekeringen zijn de verschillende scenario’s gebaseerd op de jaarlijkse nettorendementen. Enkel het gunstige scenario houdt rekening met de winstdeling.
Over welke producten gaat het?
De verordening is van toepassing op de volgende producten (niet-volledige lijst):
- Verzekeringspolissen met een beleggingscomponent
- Beleggingsfondsen in het kader van een verzekering
- Gestructureerde producten in het kader van een verzekering
- Producten met een gewaarborgde interestvoet
- Maar ook opties, afgeleide producten, …
_____________________________________________
Het gemiddelde wettelijke pensioen zal uiteindelijk nog lager zijn dan verwacht
17/12/2018
Wie na zijn pensionering zijn levensstandaard wil behouden, kan maar beter de waarheid onder ogen zien en nu al de nodige stappen ondernemen.
Vermogensbeheerder Schroders heeft een grootschalige enquête gevoerd die aantoont dat de Belgen hun toekomstige pensioen overschatten. Ze verwachten dat ze 75 % van hun laatste loon zullen ontvangen als wettelijk pensioen, terwijl dit gemiddeld slechts 54 % bedraagt. Het verschil tussen het verwachte pensioen en het werkelijke pensioen komt gemiddeld overeen met 450 euro per maand. Gezien de huidige lage interestvoeten is er een kapitaal van 90 000 tot 100 000 euro nodig om deze kloof te dichten.
Bovendien onderschatten de Belgen sterk hun vaste uitgaven, en zijn ze ervan overtuigd dat ze tijdens hun pensioen hun levensstandaard zullen kunnen behouden. Ze denken dat een derde van hun pensioen voldoende is om deze kosten te dekken terwijl ze eigenlijk de helft nodig hebben.
We leven steeds langer. Hierdoor gaan we vaker langs bij de dokter en gebruiken we meer medicijnen. Een verblijf in een rusthuis is bovendien soms onvermijdelijk. Maar één ding is zeker, dit weegt allemaal zwaar door in onze portemonnee.
Vóór hun pensioen genieten loontrekkenden doorgaans verschillende extralegale voordelen: maaltijdcheques, ecocheques, een hospitalisatieverzekering, een groepsverzekering, een gsm met abonnement, een internetverbinding, een laptop, een bedrijfswagen en tankkaart, een abonnement voor het openbaar vervoer, … Al deze voordelen die van werknemer tot werknemer verschillen, vormen een aanzienlijke kost die we na onze pensionering uit eigen zak moeten betalen. Dit betekent dat het gemiddelde wettelijke pensioen in werkelijkheid minder dan 54 % van het laatste loon kan bedragen!
Tijdens ons pensioen vullen we onze vrije tijd in met tal van activiteiten. Vaak gebruiken we onze pensioenuitkering ook om onze kinderen een financieel duwtje in de rug te geven als ze het huis verlaten en bijvoorbeeld een huis willen kopen of een eigen zaak willen opstarten. En daar heb je uiteraard een bepaald reservekapitaal voor nodig.
Als we moeten rekenen op ons wettelijk pensioen om een woning, voeding, elektriciteit, kledij, verzorging, vervoer en enkele persoonlijke extraatjes te betalen, kunnen we maar best steunen op alle 4 pensioenpijlers:
- Het wettelijk pensioen
- Het aanvullend pensioen via de werkgever (via een groepsverzekering, pensioenfonds of sectorpensioen) of als zelfstandige via een Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen (VAPZ) en een Individuele Pensioentoezegging (IPT)
- Pensioensparen en/of langetermijnsparen
- Sparen zonder fiscaal voordeel via een spaarrekening, beleggingsfondsen, verzekeringsproducten, …
Wie zich goed informeert en voorbereidt,kan uiteindelijk toch genieten van een mooi pensioen!
_____________________________________________
Nieuw erfrecht: praktische gevolgen
Door AG Insurance
22/11/18
In september zijn de nieuwe bepalingen inzake het Belgische erfrecht ingegaan. Het gaat om één van de belangrijkste hervormingen sinds de invoering van het burgerlijk wetboek. In dit artikel bespreken we verschillende belangrijke aspecten van deze hervorming, en de gevolgen ervan in het kader van successieplanning.
Wat houden het voorbehouden erfdeel en de beschikbare quotiteit van een nalatenschap in?
- Het gedeelte waarover de erflater niet vrij mag beschikken, heet het voorbehouden erfdeel(of de reserve). Dit is een minimaal deel van de nalatenschap dat de wetgever beschermt ten gunste van bepaalde erfgenamen (de ‘reservataire’ erfgenamen, bijvoorbeeld de kinderen). Als deze reserve in gevaar komt door toedoen van de erflater, kunnen de reservataire erfgenamen hun deel opeisen.
- De beschikbare quotiteit is het gedeelte dat de erflater aan om het even wie kan afstaan.
De erflater kan beschikken over 50 % van zijn vermogen, ongeacht het aantal kinderen
Vroeger evolueerde het voorbehouden erfdeel in functie van het aantal kinderen. Vanaf drie kinderen was de totale reserve altijd gelijk aan ¾ van de nalatenschap (de beschikbare quotiteit bedroeg dus ¼ van de nalatenschap). Vandaag bepaalt de wet dat de reserve overeenstemt met de helft van de nalatenschap, ongeacht het aantal kinderen. De beschikbare quotiteit is voortaan dus groter zodra er sprake is van twee kinderen.
Afschaffing van de reserve van de ascendenten
Het is nog altijd mogelijk om van een zoon of dochter die geen kinderen heeft te erven, maar een ascendent die op die manier erft, is niet langer een ‘reservataire erfgenaam’. De reserve van de ascendenten wordt afgeschaft en vervangen door een onderhoudsvordering ten laste van de nalatenschap en ten gunste van de ascendenten. Dit op voorwaarde dat zij behoeftig zijn op het ogenblik of als gevolg van het overlijden van de erflater.
Nieuwigheden voor inbreng van schenkingen
Vroeger moesten de schenkingen die de overledene had toegekend aan zijn erfgenamen terug worden ‘ingebracht’ in de nalatenschap vóór de verdeling tussen de erfgenamen (schenkingen ‘als voorschot op erfdeel’). Deze regel dient om de gelijkheid tussen alle erfgenamen te herstellen, in de veronderstelling dat de overledene hen allemaal op dezelfde manier wilde behandelen (de geschonken en nadien ingebrachte goederen vormen een voorschot op het erfdeel van de betrokken erfgenaam). Het blijft voor de schenker echter mogelijk om te voorzien in het omgekeerde, namelijk een schenking ‘buiten erfdeel’ en niet ‘als voorschot op erfdeel’.
De nieuwe regels veranderen niets aan schenkingen die gebeuren aan erfgenamen die afstammelingen zijn van de schenker: deze schenkingen worden nog altijd beschouwd als voorschot op erfdeel. Ze moeten dus worden ingebracht, behalve als de schenker bepaalt dat het een schenking ‘buiten erfdeel’ is.
Schenkingen aan erfgenamen die geen afstammelingen zijn, worden sinds de hervorming dan weer beschouwd als schenkingen ‘buiten erfdeel’ (ze moeten dus niet worden ingebracht). Als de schenker wenst dat deze schenkingen worden ingebracht, moet hij dit uitdrukkelijk vermelden. Dezelfde principes gelden voor de aanduiding van de begunstigde van een levensverzekeringscontract die een schenking bevat.
Wat de evaluatie van de in te brengen schenkingen betreft, bepaalt het nieuwe erfrecht dat de schenkingen moeten worden ingebracht op basis van de waarde van het goed op de dag van de schenking, geïndexeerd tot het moment van het overlijden.
Mogelijkheid om een erfovereenkomst op te stellen
In bepaalde omstandigheden kunnen de erflaters – tijdens hun leven – regelingen treffen met hun erfgenamen in rechte lijn. Door een erfovereenkomst te sluiten, verbinden de ondertekenaars (ouders en kinderen bijvoorbeeld) zich ertoe om de waarde van eerdere schenkingen goed te keuren en deze waarde niet te betwisten na het overlijden. De erfovereenkomst moet worden opgesteld via een notariële akte. Zo zijn de verwachtingen duidelijk voor elke partij, wat eventuele conflicten kan vermijden.
Kortom, met deze hervorming wil de wetgever de burgers meer vrijheid bieden op het vlak van successieplanning.
_____________________________________________
Wat is de multimanagementaanpak in tak 23?
26 Oktober 2018
Hebt u zich al eens afgevraagd hoe uw tak 23-beleggingen worden beheerd? Elke maatschappij heeft haar eigen visie en verkiest doorgaans een specifieke beheerstijl. We gaan vandaag dieper in op de multimanagementaanpak.
Tak 23 in een notendop
Bij een tak 23-contract is het rendement niet gewaarborgd. De resultaten hangen af van de prestaties van het (de) gekozen fonds(en). Deze fondsen kunnen samengesteld zijn uit aandelen, obligaties, vastgoed enz. Tak 23 is per definitie risicovoller dan tak 21, maar dat betekent niet dat alles van het lot afhangt. Er bestaan immers verschillende mechanismen en benaderingen, zoals multimanagement, om het risico in zekere mate te spreiden.
Hoe wordt een beleggingsportefeuille beheerd?
Er bestaan 3 beheerstijlen:
Passief beheer: de beheerder volgt strikt een referentie-index (benchmark). Het verkregen rendement zal dus dicht aanleunen bij het rendement van de index in kwestie.
• Voordeel? Met deze aanpak wil de beheerder de risico’s en de volatiliteit beperken.
• Nadeel? De beheerder kan geen rendement bekomen dat veel hoger is dan de benchmark, maar de kans dat hij dat rendement bekomt is in principe wel groter.
Individueel actief beheer: slechts één beheerder beheert de portefeuille. Het doel is om beter te presteren dan de referentie-index.
• Voordeel? Een potentieel hoger rendement. Het kan echter ook lager zijn.
•Nadeel? De risico’s en de volatiliteit zijn groter dan bij passief beheer. Het is in principe dus minder waarschijnlijk dat een hoger rendement wordt bekomen.
Multimanagement: met de ‘multimanagementstrategie’ wordt een portefeuille, samengesteld uit beleggingsfondsen, gediversifieerd door deze toe te vertrouwen aan meerdere beheerders, elk met hun eigen beheerstijl en expertise. In tegenstelling tot het individueel actief beheer kan de verdeling tussen meerdere beheerders het risico en de volatiliteit helpen beperken. Met deze strategie wil de beheerder dus mikken op een rendement dat potentieel hoger is dan de benchmark door de risico’s zoveel mogelijk te diversifiëren.
Belangrijkste voordelen van de multimanagementaanpak
- Helpt het risico en de volatiliteit te verminderen
• Diversifieert de portefeuille
• Creëert mogelijks een meerwaarde ten opzichte van de benchmark
• Biedt een diversificatie van de producten, maar ook van de sectoren, valuta of geografische omstandigheden
Samengevat, de multimanagementaanpak combineert de voordelen van passief beheer en individueel actief beheer om een potentieel hoger rendement te bekomen. De eindkeuze hangt echter af van de risicoappetijt en de beleggingsdoelstellingen van de klant.
_____________________________________________
Waarom is tak 26 interessant voor een onderneming?
20/9/2018
Voor bedrijfsleiders is een tak 26-product een interessante optie. Hierna vertellen we waarom.
Voor wie is tak 26 bedoeld?
Er zijn verzekeraars die tak 26 aanbieden aan particulieren maar deze producten zijn vooral populair bij rechtspersonen en meer bepaald ondernemingen. Het zijn beleggingen op middellange of lange termijn die streven naar rendement. Het is de bedoeling om een deel van de reserves te beleggen en minder risico te nemen.
Eigenschappen van tak 26
Mensen hebben het vaak over een ‘levensverzekering’, maar eigenlijk is dit een kapitalisatieproduct dat sterk verschilt van tak 21 en tak 23.
Tak 26 voorziet niet in een verzekerde of begunstigde. Het contract wordt afgesloten op naam van de rechtspersoon. De continuïteit is dan ook verzekerd. Dit betekent dat het overlijden van een van de vennoten, een structuurwijziging, een fusie of een andere ongeplande gebeurtenis geen invloed heeft op de looptijd van het contract. Het blijft gewoon doorlopen en het is niet nodig om snel een nieuwe belegging te zoeken.
Wat zijn de voordelen van tak 26?
• Gewaarborgde interestvoet
De verzekeraar garandeert de onderschrijver een minimumrendement.
• Mogelijk hoger rendement via winstdeling
Naargelang de prestaties van de verzekeraar komt er eventueel een winstdeling bovenop het rendement.
• Vooraf bepaalde looptijd
Bij de onderschrijving wordt de einddatum van het contract vastgelegd. De looptijd hangt ook af van de verzekeraar en van het gekozen product. Via tak 26 is het in geen geval mogelijk om een product af te sluiten zonder einddatum.
• Geen verzekeringstaks
Tak 26 lijkt eerder op een kapitalisatiecontract dan op een levensverzekering. Daarom is er geen taks van 4,4 % op de premies.
• Roerende voorheffing berekend op de reële interesten
In geval van afkoop wordt de roerende voorheffing berekend op de reële interesten en niet aan de fictieve rente van 4,75 % zoals bij tak 21-producten.
• Geen impact op de aftrek van de notionele interest
Tak 26 is een beleggingsproduct met gewaarborgd rendement dat geen invloed heeft op de notionele interestaftrek. Dit vormt een bijkomend voordeel voor ondernemingen.
Merk wel op dat elke verzekeraar zijn eigen voorwaarden bepaalt. Degelijke informatie inwinnen alvorens een contract af te sluiten is dan ook noodzakelijk.
_____________________________________________
Waarom is een levensverzekering voor een kind via een onlineplatform interessant?
23/8/2018
Als ouder, grootouder, meter of peter is het belangrijk dat u klaarstaat voor uw kleine spruit en uw steentje bijdraagt aan zijn toekomst en ontwikkeling. Bij de geboorte van hun kind denken ouders meestal dan ook meteen aan een klassieke spaarrekening. Maar door de historisch lage interestvoeten en het gebrek aan dynamiek is dit niet echt de beste keuze.
Het onlineplatform: een nieuwe manier om een levensverzekering dynamisch te maken
Om de financiële toekomst van uw kind voor te bereiden, kunt u vandaag een levensverzekering met gewaarborgde interestvoet (tak 21) afsluiten of een die verbonden is aan de schommeling van beleggingsfondsen (tak 23), bijvoorbeeld via een beveiligd digitaal platform.
Snel en eenvoudig. Via dit type platform …
- … kiest u als ouder de levensverzekering die geschikt is voor uw kind
- … kunnen naasten op elk ogenblik ook een bedrag naar keuze storten
- … krijgt uw kind een financieel duwtje in de rug
Voordelen voor de ouders
- Ze kunnen gemakkelijk de financiële toekomst van hun kind(eren) voorbereiden
- Ze genieten een potentieel hoger rendement in vergelijking met een klassieke spaarrekening
- Ze beheren de levensverzekering heel eenvoudig: geen paperassen of onnodige verplaatsingen
- Ze hebben een duidelijk overzicht van de stortingen
- Ze zijn er zeker van dat hun kind het geld niet vóór zijn 18e uitgeeft
Voordelen voor de naasten
- Ze voorkomen dat ze geld verspillen aan nutteloze cadeaus
- Ze hebben een duidelijk overzicht van hun stortingen
- Ze zijn er zeker van dat hun geld uiteindelijk het kind ten goede komt
- Ze kunnen tevreden zijn dat ze bijdragen aan de financiële toekomst van het kind
Voordeel voor de kinderen
- Zij kunnen rekenen op financiële steun vanaf hun 18e
_____________________________________________
Nadenken over uw uitvaart om uw geliefden te beschermen
30/7/2018
Het overlijden van een geliefde is altijd een zware klap. Daarbij komt nog dat de kosten voor de uitvaart hoog kunnen oplopen voor uw naasten.
Uitvaart kost algauw 5000 euro
Er zijn de basiskosten voor een begrafenis of crematie (d.w.z. afhandelen van de formaliteiten, overbrengen en kisten van de overledene), daarbij komen mogelijk nog een persoonlijke ceremonie, bloemen, koffietafel, … De keuze is enorm en de tarieven kunnen hoog oplopen.
Als u tijdens uw leven niets voorziet, zullen uw naasten noodgedwongen bepaalde keuzes maken –voornamelijk om financiële redenen – die misschien niet overeenstemmen met uw laatste wensen.
Om financiële probleem voor uw geliefden te vermijden, kunt u een uitvaartverzekering afsluiten.
Er bestaan twee soorten:
- In de meeste gevallen legt de verzekeringsnemer een bepaald kapitaalvast in een contract. Het gaat om het kapitaal dat de persoon wenst te voorzien om de kosten voor zijn uitvaart te dekken. De verzekeraar betaalt dit kapitaal dan uit aan de begunstigde die de verzekeringsnemer bij leven heeft aangeduid.
- Het kan ook gaan om een contract op basis van prestaties. Dan contacteert de onderschrijver een verzekeraar en een begrafenisondernemer naar keuze om het verloop van zijn uitvaart en de bijhorende bedragen vast te leggen. De wensen van de verzekeringsnemer staan vermeld in het contract.
In ruil stort de verzekeringsnemer een eenmalige premie of periodieke premies (jaarlijks of maandelijks) gedurende een periode bepaald bij de onderschrijving.
Wat is het verschil tussen een uitvaartverzekering en een overlijdensverzekering?
Deze twee soorten verzekeringen hebben niet helemaal hetzelfde doel. U kunt ze wel combineren.
- Met een uitvaartverzekering kunt u tijdens uw leven de kosten en eventueel het verloop van uw uitvaart regelen, ongeacht wanneer het overlijden zich voordoet.
- Met een overlijdensverzekering kunt u, voor een bepaalde periode of levenslang, financiële zekerheid garanderen voor de toekomst van uw naasten als u zou overlijden.
In de hoofden van veel mensen wordt een verzekering die een bedrag betaalt bij overlijden in de eerste plaats afgesloten om de kosten van de uitvaart te dekken*. Voor beide verzekeringen is de insteek dezelfde: uw naasten behoeden voor financiële problemen.
Op welke leeftijd sluit u een uitvaartverzekering af?
De meeste contracten worden afgesloten tussen 50 en 60 jaar. De maximumleeftijd bij veel verzekeraars is 80 jaar.
Houd er rekening mee dat hoe jonger u deze verzekering afsluit, hoe lager het bedrag van de periodieke premie zal zijn. U kunt er dus maar beter op tijd aan denken.
- Enquête Gfk, Reputatiemeting: op zoek naar ‘de ideale verzekeraar’, particulieren en zelfstandigen, 2017
_____________________________________________
Hoe ziet u uw pensioen tijdens de ‘opaboom’?
21/6/2018
De levensverwachting blijft stijgen in ons land en dat is een goede zaak. Maar … de babyboomers uit de naoorlogse periode versterken het fenomeen van de vergrijzing en bovendien daalt het geboortecijfer. Resultaat: vandaag zijn er twee generaties van gepensioneerden, de 65-plussers en de 80-plussers.
De vragen stapelen zich dan ook op. Zullen er voldoende middelen zijn om de pensioenen te betalen terwijl de leeftijdspiramide op zijn kop staat? Hoe staat het met de koopkracht van de senioren? De toegang tot rusthuizen en de gezondheidszorg? Kortom: hoeveel pensioen hebt u nodig om uw levensstandaard te kunnen behouden?
Hoe ziet de situatie er vandaag uit?
– De opaboom (het grote aantal pensioneringen tussen 2006 en 2025) stelt het evenwicht van de pensioenfinanciering opnieuw ter discussie. Volgens de prognoses van het Federaal Planbureau stijgt het aantal 85-plussers van 2,6 % in 2015 tot 6 % in 2060.
– De gegevens van de FOD Economie tonen aan dat de tarieven van de rusthuizen met 21,90 % gestegen zijn tussen 2010 en 2016. Vandaag geven mensen gemiddeld 1379 euro per maand uit, enkel al voor hun verblijf. Terwijl de helft van de Belgische mannen en 75 % van de vrouwen ouder dan 65 jaar een lager pensioen ontvangen.
– Bovendien zien we een algemene stijging van de gezondheidszorguitgaven. De behoeften aan aangepaste, vaak dure medische zorgen nemen toe. En het geneesmiddelenverbruik volgt dezelfde trend.
Hoe antwoordt de regering op die vaststellingen?
– In België ligt de wettelijke pensioenleeftijd op 65 jaar. Deze stijgt naar 66 jaar in 2025 en 67 jaar in 2030.
– In Wallonië voorziet het ‘Plan Papy Boom’ tegen 2020 677 extra plaatsen in rusthuizen. Daarvoor wordt een bedrag van 187 miljoen euro uitgetrokken.
– De stijgende kost van ouderenzorg opende het debat over een zorgverzekering.
Maar stijgt daardoor uw wettelijk pensioen?
Hoe bereidt u in alle rust uw pensioen voor zonder langer te moeten werken?
1. Anticipeer op het bedrag van uw wettelijk pensioen
Als u het bedrag van uw wettelijk pensioen kent, kent u ook het kapitaal dat u nodig hebt om uw levensstandaard te kunnen behouden. Maak de berekening via mypension.be.
2. Vul uw pensioen op een voordelige manier aan
Dankzij de tweede en derde pijler kunt u uw wettelijk pensioen op een fiscaal voordelige manier aanvullen.
3. Zet elke maand een klein bedrag opzij
Dat is wat men noemt, de ‘4e pijler’. Zelfs al levert uw eigen spaargeld geen enkel fiscaal voordeel op, u hebt het toch altijd achter de hand.
4. Word eigenaar
Als u een hypothecaire lening afsluit, geniet u een belastingvermindering. Als u een huis of appartement koopt, kunt u bovendien sparen aangezien uw vermogen geleidelijk aan stijgt wanneer u het kredietkapitaal terugbetaalt.
5. Blijf op de hoogte
Herbekijk regelmatig uw pensioenplanning. Zo bent u zeker dat de maatregelen die u genomen hebt, voldoende zijn om uw toekomstplannen te realiseren.
_____________________________________________
Waarom beleggen in maatschappelijk verantwoorde fondsen?
25/5/2018
Wilt u uw geld laten renderen door het te beleggen in een gediversifieerde portefeuille, kiest u zelf graag de risico’s die u bereid bent te nemen, mikt u op een mooi rendement, … maar niet ten koste van alles? Als u denkt aan beleggen, denkt u dan ook bijvoorbeeld aan ethiek, gezondheid of milieu? Bent u begaan met uitdagingen als de klimaatopwarming, waterschaarste of hongersnood? Dan zijn maatschappelijk verantwoorde beleggingen (MVB) ongetwijfeld iets voor u.
Wat is een ethische belegging?
Dit is een vorm van beleggen waarbij financiële fondsen worden geselecteerd die rekening houden met 3 dimensies (milieu, maatschappij en governance), en tegelijk minstens even rendabel kunnen zijn als traditionele beleggingen.
– De dimensie ‘milieu’: Enkel ondernemingen die hun natuurlijke hulpbronnen efficiënt beheren, hun uitstoot van broeikasgassen verminderen of een performanter recyclagesysteem gebruiken, worden geselecteerd.
– De dimensie ‘maatschappij’: Hoe gaat een onderneming om met het arbeidsrecht en de rechten van de mens? Corrupte organisaties of bedrijven die een beroep doen op kinderarbeid zijn automatisch uitgesloten.
– De dimensie ‘governance’: Hoe wordt een onderneming geleid en gecontroleerd? Transparantie, de onafhankelijkheid van de raad van bestuur en de naleving van de rechten van de aandeelhouders zijn hier belangrijke criteria.
Hoe worden ethische beleggingen geselecteerd?
De beheerders werken samen met verschillende bureaus zoals Sustainalytics of Vigeo die ratings toekennen op basis van de ESG-criteria (Environment, Social en Governance).
Maatschappelijk verantwoorde beleggingen brengen over het algemeen minstens evenveel op als traditionele beleggingen… maar bieden u persoonlijk net dat tikkeltje meer.
Ethische beleggingen vertrekken vanuit een globale visie. Mensen willen steeds vaker meer betekenis geven aan hun beleggingen. Zal de wereld hierdoor echt veranderen? Dat is moeilijk te zeggen op korte termijn. Maar één ding is zeker: als u belegt in duurzame ondernemingen, geeft u hen de middelen om activiteiten uit te bouwen die beantwoorden aan uw waarden. En dat is op zich toch een mooi vooruitzicht.
_____________________________________________
Langetermijnsparen, een goed idee om uw fiscale korf op te vullen in Brussel
13/4/2018
Nadat de gewesten sinds de zesde staatshervorming bevoegd werden voor de woonbonus, besloot het Brussels Hoofdstedelijk Gewest om deze af te schaffen voor hypothecaire leningen voor een enige en eigen woning. Toch hoeft dit niet per se slecht nieuws te zijn. U kunt uw fiscale korf vandaag immers opvullen door aan langetermijnsparen te doen.
Hoe zit het met de woonbonus vóór en na 1 januari 2017?
- Als u vóór 01/01/2017 een hypothecaire lening afsloot voor een enige en eigen woning (met een looptijd van minstens 10 jaar en bestemd voor de aankoop of renovatie van uw enige en eigen woning), blijft u de woonbonus genieten.
U kunt in dat geval maximaal 2400 euro aan interesten en kapitaalaflossingen in vermindering brengen (dit bedrag kan hoger uitvallen tijdens de eerste 10 jaar van de lening of als u minstens 3 kinderen ten laste hebt). Is er nadien nog ruimte vrij in uw fiscale korf, dan kunt u deze aanvullen via het federale langetermijnsparen. - Als u na 01/01/2017 een hypothecaire lening afsloot voor een enige en eigen woning, hebt u geen recht meer op de woonbonus. Uw hele fiscale korf is dus volledige beschikbaar om te genieten van het fiscale voordeel van het federale langetermijnsparen (voor een levensverzekering die niet gelinkt is aan een hypothecaire lening of wel gelinkt is aan een hypothecaire lening voor een niet-enige en niet-eigen woning).
Nieuw voordeel: als u een enige en eigen woning kocht, geniet u een vrijstelling van de registratierechten op de eerste schijf van 175 000 euro, wat overeenstemt met een abattement van 21 875 euro (€ 175 000 x 12,5 %).
Welk fiscaal voordeel biedt langetermijnsparen?
Het maximumbedrag dat u fiscaal in vermindering kan brengen van uw langetermijnsparen wordt berekend in functie van uw nettoberoepsinkomen. De wet voorziet in een maximum van 2310 euro (voor aanslagjaar 2019, inkomsten 2018) als uw netto belastbaar inkomen groter is dan of gelijk is aan 35 620 euro.
Dankzij langetermijnsparen geniet u een fiscaal voordeel van 30 % op de gestorte premies. Dat komt neer op een maximumbedrag van 693 euro per persoon.
Hoe geniet u de ‘gewone’ belastingvermindering via het federale langetermijnsparen?
– Door een individuele levensverzekering af te sluiten (niet gelinkt aan een hypothecaire lening).
– Door een levensverzekering af te sluiten, gelinkt aan een hypothecaire lening voor een niet-enige en niet-eigen woning.
– Door de kapitaalaflossingen in mindering te brengen van een hypothecaire lening die niet gelinkt is aan de enige woning.
Wat zijn de voorwaarden om recht te hebben op de belastingvermindering?
- U moet de levensverzekering afsluiten voor een minimumduur van 10 jaar (als er voorzien wordt in prestaties bij leven)
- U moet het contract hebben afgesloten vóór uw 65ste
- De verzekerde, een belastingbetaler, is de verzekeringsnemer
- Wie zijn de begunstigden?
- In het geval van een levensverzekering niet gelinkt aan een hypothecaire lening: de echtgeno(o)t(e) of wettelijk samenwonende, of de verwanten tot de 2de graad
- In het geval van een levensverzekering gelinkt aan een hypothecaire lening:
– Ten belope van het verzekerde kapitaal dat dient om het krediet te waarborgen of weder samen te stellen, ‘de personen die, na het overlijden van de verzekerde, de volle eigendom of het vruchtgebruik van het vastgoed verwerven’.
– Ten belope van het excedent, ‘de echtgeno(o)t(e) of wettelijk samenwonende of de verwanten tot de 2de graad’.
Voorbeeld: Koen is veertig, heeft geen kinderen en woont in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Hij verdient 40 000 euro per jaar en spaart niet in het kader van een levensverzekering. Hij heeft een lening afgesloten om een appartement te kopen in Brussel en betaalt 4000 euro aan interesten en kapitaalaflossingen.
- Als hij zijn hypothecaire lening afsloot in 2010, blijft hij in principe de (gewestelijke) woonbonus genieten met een fiscaal voordeel van 30 %. Haar fiscale korf is volledig opgevuld door de regionale woonbonus. Zij kan het voordeel van het federale langetermijnsparen dus niet genieten.
- Als hij zijn hypothecaire lening afsloot in 2018 (voor een niet-eigen en niet-enige woning), geniet hij voor het federale langetermijnsparen het maximale fiscale voordeel van 2310 euro.
_____________________________________________
Tak 23 of bankfonds: wat kiezen?
19/3/2018
We kunnen niet om de feiten heen: de huidige lagerenteomgeving zet een forse rem op het rendement van de traditionele spaarrekeningen. Meer en meer Belgen gaan dan ook op zoek naar alternatieven en kiezen uiteindelijk voor beleggingen, onder meer via een open tak 23-fonds of een bankfonds. Door de talloze producten die op de markt beschikbaar zijn, wordt kiezen echter niet makkelijk. Wat kiest u het best in functie van uw doelstellingen en uw situatie?
Taksen en fiscale voordelen
Beide types fondsen geven recht op een fiscaal voordeel met elk hun eigen voorwaarden. Wat tak 23 betreft, is er geen roerende voorheffing verschuldigd op de gerealiseerde meerwaarden. De verzekeringstaks die u betaalt bij de instap (2 %) is een bevrijdende taks, wat betekent dat u hem slechts één keer betaalt. Dat is het enige fiscale element gelinkt aan dit type fonds.
Bankfondsen zijn dan weer vrijgesteld van die taks. Anderzijds is er, naargelang het type fonds (kapitalisatie- of distributiefonds), een roerende voorheffing (op dit ogenblik 30 %) van toepassing op de gerealiseerde meerwaarden zodra het fonds minstens 10 % obligaties bevat. In dat geval is een open tak 23-fonds voordeliger. Dat is zo voor de meeste gemengde fondsen. Bestaat een fonds voor 100 % uit aandelen, kan het interessanter zijn te kiezen voor een bankfonds. In dat geval is er immers geen roerende voorheffing. Er is echter wel een taks op de beursverrichtingen van toepassing. In totaal bedraagt die taks 1,32 % van het afgekochte bedrag (tot maximaal 4000 euro).
Aanduiding van de begunstigde
Tak 23 biedt meer vrijheid wat betreft de aanduiding van de begunstigde bij overlijden. Als u kiest voor dit type product, kunt u uw begunstigde(n) aanduiden zoals u zelf wilt. Uw eigen kinderen, een broer of zus, een goede vriend… u hebt volledig carte blanche en kunt zelfs later nog van mening veranderen.
Omgekeerd, in het kader van een bankfonds wordt bij overlijden van de belegger de wettelijke erfopvolging automatisch aangeduid als begunstigde. Dit product is op dat vlak dus veel minder soepel.
Flexibiliteit van de contracten
De tak 23-contracten zijn samengesteld uit een fondsenportefeuille. U kunt gemakkelijk van het ene naar het andere fonds overstappen door overdrachten uit te voeren (vaak zonder kosten) aangezien u binnen hetzelfde verzekeringscontract blijft. Wat bankfondsen betreft, zijn overdrachten doorgaans delicater en worden er meestal kosten aangerekend. In beide gevallen zijn afkopen uiteraard mogelijk, maar ook met kosten.
Risiconiveau
Open tak 23-fondsen of bankfondsen, beide zijn onvermijdelijk gelinkt aan een bepaald risiconiveau. Dat is trouwens ook de reden waarom ze een potentieel hoger rendement kunnen bereiken in vergelijking met de tak 21-producten met gewaarborgd rendement.
Enkele tips voor u de stap waagt:
- Beleg enkel geld dat u zich kunt permitteren te verliezen zonder dat u uw huidige levensstandaard moet veranderen.
- Weet wat u inzet. Of u nu opteert voor een tak 23-product of een bankfonds, aan uw belegging is altijd een zeker risiconiveau verbonden.
- Evalueer het risiconiveau dat u bereid bent te nemen.
- Weet dat diversifiëring belangrijk is.
- Beleggen in dit type product houdt een langetermijnvisie in. Bereid u daarop voor.
- Bepaal uw langetermijndoelstellingen om de juiste keuze te kunnen maken.
_____________________________________________
Wat je moet weten over de schuldsaldoverzekering
Door AG Insurance
19/2/2018
Naar aanleiding van de aankoop of de verbouwing van een onroerend zal je bankier het ongetwijfeld hebben over een schuldsaldoverzekering. Het is zelfs mogelijk dat de bank eist dat je een dergelijke verzekering onderschrijft voor ze je een hypothecaire lening toekent. Het doel van deze verzekering blijft echter onduidelijk voor veel mensen. Daarom geven we je hierna een overzicht van alle factoren waarmee je rekening moet houden voor je een schuldsaldoverzekering afsluit.
Een schuldsaldoverzekering?
Concreet waarborgt deze verzekering de terugbetaling van het schuldsaldo van de hypothecaire lening in geval van een overlijden van de onderschrijver. Het degressieve karakter onderscheidt de schuldsaldoverzekering van de klassieke overlijdensverzekering met vast kapitaal. Het terug te betalen saldo neemt af met de maandelijkse aflossing van de lening en het verzekerde kapitaal neemt dus af met de tijd. Er wordt echter geen kapitaal uitbetaald op de einddatum van het contract bij leven van de verzekerde, zoals bij de overlijdensverzekering met vast kapitaal. Als je bank je vraagt om een schuldsaldoverzekering af te sluiten, wil ze zich uiteraard beschermen en verzekeren dat de lening wordt terugbetaald. Het goede nieuws is dat je dankzij de schuldsaldoverzekering je naasten kunt beschermen tegen de financiële last van een hypothecaire lening na je overlijden. Je gezin kan zijn levensstandaard behouden en de verzekering betaalt, volledig of gedeeltelijk, het schuldsaldo van je hypothecaire lening aan de bank terug.
Wat dekt de schuldsaldoverzekering?
De schuldsaldoverzekering wordt doorgaans gekoppeld aan hypothecaire leningen, maar kan ook onderschreven worden voor andere types leningen, bijvoorbeeld voor een autofinanciering, op voorwaarde dat deze een vooraf bepaald minimumbedrag bereikt.
Hoeveel kost deze verzekering?
Er komen heel wat parameters kijken bij de premieberekening, zoals je gezondheid, leeftijd en BMI (body mass index). Samengevat, de premie is doorgaans evenredig aan het overlijdensrisico van de onderschrijver en het geleende bedrag. Een ander belangrijk aandachtspunt zijn de uitsluitingen. Wees voorzichtig en lees eerst de algemene voorwaarden van het product voor je het onderschrijft.
Wat de premiestorting betreft, kan je meestal kiezen uit drie formules:
- Eenmalige premie: de premie wordt in één keer gestort, daarna moet je enkel nog je hypothecaire lening aflossen.
- Risicopremie: elk jaar word je ouder en het risico op overlijden vergroot, maar het kapitaal dat je moet terugbetalen, neemt gelijktijdig af. Je verzekeraar past het premiebedrag jaarlijks aan op basis van deze twee variabelen.
- Genivelleerde premie: je stort ieder jaar hetzelfde bedrag, zonder wijzigingen. In dat geval is de duur van de premiebetaling vaak korter dan de duur van de dekking. Een voorbeeld. Je betaalt 13 jaar een genivelleerde premie voor een schuldsaldoverzekering die het overlijdensrisico gedurende 20 jaar dekt.
Welke dekking kies je het best?
Als je gehuwd bent, kan je vrij kiezen welke verdeling je wenst. We bespreken hier drie mogelijkheden. Je kunt bijvoorbeeld opteren voor een 50/50-verdeling, wat betekent dat in geval van overlijden van één van beide echtgenoten, de andere nog slechts de helft van het saldo moet terugbetalen. Een tweede dekking, 75/25, is voornamelijk bestemd voor koppels waarvan één van beide partners halftijds werkt. Bij overlijden van de partner die voltijds werkt, moet de andere nog 25 % van het saldo van de lening afbetalen. Dit betekent echter ook dat als de halftijds werkende partner overlijdt, de overblijvende partner nog 75 % van de lening moet afbetalen. Een derde optie tot slot is de volledige dekking (100/100). Deze biedt de meeste zekerheid. De naam zegt het zelf, het volledige saldo van de lening wordt terugbetaald, ongeacht welke partner overlijdt.
Ook alleenstaanden hebben baat bij een schuldsaldoverzekering. De erfgenamen – ouders, broers of zussen – kunnen immers eventuele schulden erven. Bovendien kan de persoonlijke situatie veranderen in de toekomst. Wie weet komt hij of zij toch nog de ware tegen? Een schuldsaldoverzekering zorgt ervoor dat de naasten later niet voor onaangename verrassingen komen te staan.
Geeft de schuldsaldoverzekering recht op een fiscaal voordeel?
Ja, maar je moet wel de beperkingen op het vlak van fiscaliteit respecteren. De fiscale aftrek van je hypothecair krediet komt in aanmerking om je fiscale korf samen te stellen. Het is dus enkel interessant om je premie in te brengen als er nog plaats is in je fiscale korf. Anders vermijd je dit beter, aangezien de aftrek van verzekeringspremies een belasting meebrengt van het kapitaal in geval van uitbetaling van het overlijdenskapitaal. In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is het voor nieuwe contracten, onderschreven vanaf 1 januari 2017, trouwens niet meer mogelijk om de premie van de schuldsaldoverzekering af te trekken.
Is opzeggen mogelijk en zo ja, tegen welke voorwaarden?
Ja, maar vaak heeft de ontlener zich verbonden tegenover zijn kredietinstelling om zich te verzekeren tegen het overlijdensrisico. Als hij zijn verplichtingen niet naleeft, kunnen er sancties voorzien zijn in de voorwaarden van de lening.
Goed om te weten
- De meeste verzekeraars weigeren nog schuldsaldoverzekeringen na de leeftijd van 65 jaar.
- De schuldsaldoverzekering is wettelijk niet verplicht, maar heel wat financiële instellingen vragen er vaak een.
- Je bent wettelijk niet verplicht om je schuldsaldoverzekering en hypothecaire lening bij dezelfde financiële instelling te nemen.
_____________________________________________
Wat verandert er in 2018 aan de fiscaliteit van pensioensparen?
23/1/2018
U bent er ongetwijfeld van op de hoogte: het fiscaal plafond van 940 EUR per jaar in 2017 stijgt tot 960 EUR per jaar in 2018. Daarnaast werkt de Belgische regering aan een aanpassing van de fiscaliteit van pensioensparen in 2018. Maar hoe zit dit precies in elkaar?
Welke aanpassingen kunnen we verwachten?
Sinds 1 januari 2018 mogen Belgische belastingbetalers maximaal 960 EUR per jaar storten in hun pensioensparen. Ze genieten een fiscaal voordeel van 30 % op het gestorte bedrag. Als ze dit maximum storten, bedraagt het fiscaal voordeel 288 EUR.
Binnenkort kunnen belastingplichtigen kiezen: ofwel storten ze een bedrag lager dan of gelijk aan
960 EUR, ofwel een bedrag tussen 960 en 1230 EUR.
Er zijn twee mogelijkheden:
- U stort een premie lager dan of gelijk aan 960 EUR: er verandert niets en u moet niets doen.
U geniet een fiscaal voordeel van 30 % op de gestorte premie. - U stort een premie tussen 960 en 1230 EUR: u geniet een fiscaal voordeel van 25 % op de gestorte premie als u aan uw verzekeraar of bankier hebt laten weten dat u aan dit nieuwe fiscale regime wil deelnemen. Voor een premie van 1230 EUR bedraagt het fiscaal voordeel 307,50 EUR (25 % van 1230 EUR).
Is het interessant om meer dan 960 EUR in pensioensparen te storten?
Mensen die meer dan 960 EUR per jaar in pensioensparen willen storten, raden we af een bedrag tussen 960 en 1152 EUR te storten.
Waarom? Aangezien het fiscaal voordeel tot 960 EUR 30 % bedraagt en daarboven 25 %, levert een storting tussen 960 en 1152 EUR een kleiner fiscaal voordeel op dan een storting van 960 EUR.
Conclusie: als u bijvoorbeeld 1000 EUR/jaar voor uw pensioen wenst te storten, stort u het best 960 EUR in pensioensparen en 40 EUR in langetermijnsparen of buiten fiscaliteit.
Als u uw pensioensparen pas na uw 55e afsloot, raden we u ook af om meer dan 960 EUR per jaar te storten.
Aangezien de anticipatieve taks van 8 % op het totaal van de premies wordt toegepast, is het interessanter:
- om maximaal 960 EUR in pensioensparen te storten en het fiscaal voordeel van 30 % te genieten
- en het bijkomende bedrag te sparen in langetermijnsparen of zonder fiscaal voordeel
- in plaats van meer dan 960 EUR per jaar in pensioensparen te storten, want dan bedraagt het fiscaal voordeel slechts 25 %.
Conclusie: het is aan te raden om 960 EUR per jaar te sparen via pensioensparen en de rest in langetermijnsparen of buiten fiscaliteit.
Voor degenen die vóór hun 55e een contract afsloten, kan het fiscaal voordelig zijn om in te stappen in het nieuwe fiscaal regime, op voorwaarde dat ze meer dan 1152 EUR per jaar storten. Het bijkomende fiscaal voordeel blijft echter beperkt in vergelijking met de sterke premieverhoging die daarvoor nodig is.
Concreet
De mogelijkheid om een premie te storten tussen 960 en 1230 EUR gaat in de loop van 2018 en niet vanaf januari 2018.
Als u niet meer dan 960 EUR per jaar in pensioensparen wenst te storten, hoeft u niets te doen en is er ook geen enkele impact. U kunt maximaal 960 EUR per jaar blijven storten en een fiscaal voordeel genieten van 30 % op de gestorte premie. Als u per vergissing meer dan 960 EUR zou storten, wordt het surplus zoals nu automatisch terugbetaald. U loopt dus niet het risico dat u onder het fiscale stelsel van 25 % valt.
_____________________________________________
Hoe ziet de digitale evolutie binnen de verzekeringen eruit?
19/12/2017
Net zoals in heel wat andere sectoren zorgt de digitalisering voor een revolutie in de verzekeringswereld. Het is voor ondernemingen van cruciaal belang dat ze zich aanpassen aan de technologische en maatschappelijke evoluties. Charles Darwin wist het al: “Het zijn niet de sterkste of slimste die overleven, maar diegene die zich het beste aanpassen aan een veranderende omgeving.” Vandaag staat de digitalisering centraal in de strategie van verzekeraars. Dit om te beantwoorden aan de behoeften van hun klanten en om zich te kunnen meten met hun concullega’s.
Twee grote trends in de verzekeringssector
- ‘Connected’ verzekeringsproducten
Terwijl het aanbod zich vroeger traditioneel richtte op klassieke producten, merken we de laatste jaren een toename van nieuwe verzekeringsproducten en projecten gelinkt aan connected apparaten. Verzekeraars investeren in de technologieën van het ‘Internet of Things’ en willen de massa data die ze binnenkrijgen beter kunnen beheren en analyseren.
Deze gegevens zijn afkomstig van de contracten die klanten afsluiten, maar er zijn ook data van de bezochte websites, gedrag op sociale netwerken, connected apparaten enz. Voor verzekeraars is het verzamelen en verwerken van deze data een uitdaging op commercieel en marketingvlak, zowel om klanten aan te trekken en aan zich te binden als om risico’s te beoordelen en offertes te personaliseren.
Ze bouwen bijvoorbeeld partnerships uit met andere ondernemingen die gespecialiseerd zijn in de realisatie van apps op het vlak van e-health of smartwatches. Eens de klanten deze apparaten gebruiken, genereren ze gegevens over de lichaamsbeweging en het aantal stappen die mensen afleggen per dag. Op termijn zou dit kunnen leiden tot een nieuw tariferingsmodel, op basis van de levensstijl van elk individu. Ook op het vlak van levensverzekeringen zou deze nieuwe tarifering voor een evolutie kunnen zorgen. Het overlijdensrisico heeft immers invloed op de kostprijs van een verzekering.
Naar analogie met de gezondheidssector zien we ook hoe verzekeringscontracten ‘pay how you drive’ hun intrede doen op de markt. Een toestel in de wagen registreert het rijgedrag. Klanten die verantwoord rijden, betalen een lagere verzekeringspremie. Maar wat zal er gebeuren met de huidige autoverzekeringen als we allemaal in een zelfrijdende wagen rondrijden?
Tot slot belonen veel verzekeraars klanten die camerabewaking plaatsen, een geconnecteerd alarm dat ze van op afstand bedienen met een mobiele app of een systeem om hun energieverbruik te beperken. Deze praktijken zijn schering en inslag in de Verenigde Staten, maar in onze contreien vormen de betrouwbaarheid en de verwerking van persoonsgegevens een hinderpaal.
- Nieuwe spelers
De ‘uberisering’ van verzekeringen vormt een groot risico voor de traditionele spelers op de markt. InsurTechs (equivalent van FinTechs in de bankwereld) zijn heel aanwezig in de VS. Het zijn start-ups die technologie benutten om het productaanbod te verbeteren of te vereenvoudigen, en dit aan een interessantere prijs dan de klassieke spelers. Deze ondernemingen bieden oplossingen die volledig of gedeeltelijk zijn gedematerialiseerd, een online schadebeheer, een snelle online onderschrijving via elektronische handtekening enz. Ze maken gebruik van data analytics, automatisering en artificiële intelligentie om klanten die bijvoorbeeld hun verzekeringen willen beheren via hun smartphone, een praktische, gepersonaliseerde en innovatieve ervaring te bieden. Deze jonge ondernemingen bieden contracten op maat aan en verkleinen het klassieke netwerk van het agentschap, de agent en de makelaar.
Uitdaging voor verzekeraars
Een sterke relatie met de klanten uitbouwen wordt de grote uitdaging van verzekeringsmaatschappijen. Dit staat centraal in de digitale transformatie. Verzekeraars kunnen zich vandaag niet langer tevredenstellen met wachten op een verzekeringsaanvraag of de aangifte van een schadegeval om in contact te treden met hun klanten. Ze moeten het initiatief nemen:
– Hun klanten de mogelijkheid bieden om zelf hun verzekeringen te beheren.
– Interactie creëren via verschillende toestellen (pc, smartphone, tablet) en verschillende kanalen (website van de maatschappij, blog, FAQ, mobiele apps enz.) en luisteren naar de klanten en hun verwachtingen.
– Aanwezig zijn op sociale netwerken.
– Gepersonaliseerde offertes en nieuwe diensten aanbieden.
Enkele initiatieven op de Belgische markt
De grootste spelers op de Belgische verzekeringsmarkt zitten volop in deze ‘e-volution’:
– Op 22 november 2017 ontving AG Insurance voor zijn nieuwe spaarplatform voor kinderen een Trends Digital Pioneers Award. Dit is een beloning voor ondernemingen die een belangrijke digitale transformatie of een innoverend en vooruitstrevend digitaal project hebben verwezenlijkt.
– Tegen 2021 wil ING 800 miljoen euro investeren in zijn digitale transformatie.
- Elk jaar ontvangt AXA zijn developers op een ‘Software Summit’.
Tal van voorbeelden die de mooie vooruitzichten aantonen van de digitale toekomst van de Belgische verzekeraars.
_____________________________________________
Aanvullend pensioen en fiscaal voordeel: de ideale combinatie!
2/11/2017
We weten allemaal dat het wettelijk pensioen voor veel mensen niet zal volstaan om hun levensstandaard aan te houden. Het is dan ook belangrijk dat u een aanvullend pensioen opbouwt. Om mensen te motiveren om te sparen heeft de federale overheid twee belastingverminderingen uitgewerkt: pensioensparen en langetermijnsparen.
Wat zijn de verschillen tussen pensioensparen en langetermijnsparen?
Pensioensparen | Langetermijnsparen | |
Voor wie? | Elke belastingplichtige die een belastbaar inkomen heeft in België dat hoger ligt dan de som van de niet-belastbare inkomsten. | Om een fiscaal voordeel te genieten moet u bovendien beschikken over een zekere marge in uw fiscale korf (deze omvat de belastingvermindering voor kapitaalaflossingen, interesten en premies van de schuldsaldoverzekering van de hypothecaire lening voor de eigen woning). Naargelang het gewest waar u woont en de datum van het afsluiten van de hypothecaire lening, is het mogelijk dat u geen – of slechts een beperkt – fiscaal voordeel geniet via langetermijnsparen. |
Leeftijd bij de onderschrijving | Van 18 jaar tot 31/12 van het jaar van de 64e verjaardag | Vóór 65 jaar |
Maximale aftrekbare premies | Voor inkomstenjaar 2017: 940 euro | Voor inkomstenjaar 2017: 2260 euro |
Taks op de gestorte premies | Geen | 2 % |
Anticipatieve heffing op de 60e verjaardag van de verzekerde (of op de 10e verjaardag van het contract als het onderschreven werd vanaf 55 jaar) | 8 % | 10 % |
Fiscaal voordeel | Belastingvermindering van 30 % van de gestorte premies. Voor 2017 = tot 282 euro + gemeentebelasting | Belastingvermindering van 30 % van de gestorte premies + gemeentebelasting |
Belangrijke troef: het is mogelijk om pensioensparen en langetermijnsparen te combineren. Dit maximaliseert het voordeel en verhoogt het pensioenkapitaal.
Laatste belangrijke parameter: als u onderschrijft vóór uw 55e verjaardag, geniet u de anticipatieve en bevrijdende heffing op 60 jaar. De premies gestort na de inhouding van deze heffing zijn nog fiscaal aftrekbaar en de kapitalen die deze premies uitmaken, worden nadien niet meer belast. Een dubbel fiscaal voordeel dus!
_____________________________________________
Wat is IDD, Insurance Distribution Directive?
De Europese richtlijn betreffende verzekeringsdistributie (Insurance Distribution Directive – IDD), die op 2 februari 2016 verscheen in het Publicatieblad van de Europese Unie (richtlijn 2016/97), vormt een nieuwe fase in de harmonisering van de Europese verzekeringsmarkt. Met deze richtlijn willen de beleidsmakers de consumenten beter beschermen door zich te richten op de opleiding van de verzekeringsdistributeurs en de transparantie van de informatie.
De IDD richt zich zowel op de consumenten als op de verzekeringsprofessionals
De richtlijn legt regels vast betreffende de ontwikkeling van producten, de stimuleringssystemen die de belangen van de klanten en de geleverde diensten zouden kunnen schaden, alsook de relevantiecriteria voor beleggingsadvies. Ze legt de nadruk op de verplichtingen van de verzekeringsdistributeurs en op de informatie die wordt meegedeeld aan de consument opdat deze kennis kan nemen van alle gegevens i.v.m. zijn verzekeringscontract. De consument moet op die manier kennis kunnen nemen van de verschillende specificiteiten van het contract om dit te kunnen vergelijken met de markt.
Het gaat om een ambitieus project dat de verzekeringsdistributiepraktijk in heel Europa grondig herschikt. De Europese lidstaten moeten deze minimale harmoniseringsrichtlijn vóór 23 februari 2018 omzetten in hun nationaal recht.
De IDD vervangt dus de vorige richtlijn van 2002 (Insurance Mediation Directive) en ligt in de lijn van de – uitgestelde – invoering van MiFID II (richtlijn 2014/65/EC, niet van toepassing op verzekeraars) alsook van de PRIIPS-regelgeving die voorziet in essentiële informatiedocumenten (KID).
De hoofdpunten van de IDD zijn:
- De uitbreiding van de tekst naar alle verzekeringsdistributeurs;
- De opleiding van de professionals;
- De transparantie van de vergoedingen;
- De voorwaarden betreffende de kwaliteit van de aan klant verleende dienst;
- De adviesplicht;
- Het beheer van belangenconflicten;
- De verplichtingen inzake het toezicht op en de governancevereisten voor verzekeringsproducten (POG: product oversight and governance requirements);
- Het precontractuele informatiedocument om de klant te informeren over de belangrijkste kenmerken van niet-levensverzekeringen (PID: product information document).
België had hierop reeds geanticipeerd door de AssurMiFID-gedragsregels – strenger dan die uit de vorige richtlijnen – te integreren in haar nationaal recht. Andere landen waren eveneens een stap verder gegaan op dit vlak. Vandaag mogen alle spelers tevreden zijn dat alle Europese lidstaten gelijkaardige gemeenschappelijke regels hebben aangenomen op het vlak van verzekeringsdistributie, ongeacht het gebruikte commercialiseringskanaal, om ervoor te zorgen dat alle consumenten hetzelfde beschermingsniveau genieten.
De Europese Commissie en Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen zullen tot 2021 verslagen opstellen om de efficiëntie van de richtlijn te evalueren en opnieuw te analyseren.
_____________________________________________
Hoe gestructureerde producten zorgen voor een optimale diversificatie van uw beleggingen
29/8/2017
Misschien zijn sommige tak 21- en tak 23-beleggingsverzekeringen geen onbekende meer voor u. Maar hebt u al kennisgemaakt met gestructureerde tak 23-producten?
Eerst en vooral: wat zijn gestructureerde producten?
Een gestructureerd product – uitgegeven door een bank of een verzekeringsmaatschappij – is meestal samengesteld uit twee componenten: een die het kapitaal beschermt, een andere die het rendement van het product optimaliseert.
De overgrote meerderheid van gestructureerde producten maakt het mogelijk om:
- de rendement-risicoverhouding van uw portefeuille op korte of lange termijn te optimaliseren door de buitenkansen op de financiële markten te benutten zonder uw belegging in gevaar te brengen.
- op einddatum uw netto geïnvesteerde kapitaal en/of een gewaarborgd minimumrendement volledig of gedeeltelijk te beschermen.
- eventueel beleggingsoplossingen te genieten die op einddatum fiscaal voordelig zijn (onder bepaalde voorwaarden zijn de behaalde meerwaarden namelijk vrijgesteld van roerende voorheffing).
- uw vermogen op maat te diversifiëren door indirect te investeren in aandelen, obligaties of andere financiële activa.
- te profiteren van de expertise van specialisten die uw beleggingen dagelijks beheren aan de hand van een strategie die u van bij de start kent. U moet dus niet zelf instaan voor de opvolging.
- uw belegging te diversifiëren door u niet te beperken tot in euro uitgegeven producten. Bepaalde gestructureerde producten worden namelijk ook uitgegeven in Amerikaanse dollar of andere deviezen. Zo hoeft u al uw kapitaal niet in dezelfde munt te beleggen. De ideale oplossing dus nu de economische en politieke situatie in de eurozone niet echt stabiel is.
Samengevat: gestructureerde producten inbouwen, zorgt voor een dynamische beleggingsportefeuille in functie van uw behoeften.
_____________________________________________
Hebt u al gedacht aan een overlijdensverzekering om uw geliefden te beschermen?
26/7/2017
U en uw gezin hebben mooie plannen voor de toekomst: een huis kopen, uw kinderen laten studeren, een grotere wagen aanschaffen, met de hele bende op vakantie gaan, … Een overlijden kan echter heel uw leven omgooien. Niet alleen emotioneel is het een zware periode, dikwijls volgen ook financiële kopzorgen.
Stel u voor dat u of uw partner plots zou overlijden. Zou uw gezin dit op financieel vlak aankunnen?
Een woning of wagen verzekeren is voor veel mensen de normaalste zaak van de wereld. Als u een woonkrediet afsluit, beschouwt u een schuldsaldoverzekering op uw naam en op die van uw partner nuttig of zelfs verplicht. Zo kunt u beiden gerust zijn over de terugbetaling van de lening.
Dit betekent echter niet dat de overblijvende partner de situatie financieel aankan. Er zijn ook vaste kosten, terugkerende uitgaven, financiële verplichtingen van het gezin (crèche, huur van een kot, autofinanciering, …) en uiteraard ook niet-geplande uitgaven. Na een overlijden moet u – of uw partner – dit allemaal alleen betalen.
De overlijdensverzekering is de best mogelijke oplossing om uw gezin te beschermen
De overlijdensverzekering betaalt een kapitaal uit waarmee de overblijvende ouder na een overlijden de financiële behoeften van het gezin kan dekken. Op die manier kunnen uw geliefden hun levensstandaard aanhouden. Daarnaast kan de overlijdensverzekering ook bijdragen aan het betalen van de successierechten (ook degene die mogelijk verschuldigd zijn op niet-geregistreerde schenkingen).
De voordelen:
- Eenvoudig: uw gezinsleden zijn optimaal beschermd
- Betaalbaar: vaak minder duur dan een omniumverzekering voor een nieuwe wagen bijvoorbeeld
- Flexibel: u bepaalt zelf het bedrag (klein of groot), de duur en de begunstigde(n)
____________________________________________
Waarom een spaarverzekering voor uw kind interessant is
Door AG Insurance
Bij de geboorte van hun kind openen ouders vaak een spaarboekje. Toch biedt een spaarverzekering tal van voordelen.
Een vaak hoger rendement:
– De interestvoet per storting blijft gewaarborgd tijdens de hele duur van het contract (een spaarboekje brengt evenwel meteen minder op als de bijhorende interestvoet daalt). Een daling van de interestvoet geldt enkel voor de nieuwe stortingen. Voor de eerdere stortingen blijft de vorige interestvoet van toepassing.
– De premies worden op lange termijn geïnvesteerd.
– Het rendement kan elk jaar worden aangevuld met een winstdeling naargelang de resultaten van de verzekeraar en de marktomstandigheden.
Meer controle
Terwijl een spaarboekje wordt geopend op naam van het kind, dat op zijn/haar 18e verjaardag steeds al het geld ontvangt, staat de spaarverzekering in de meeste gevallen op naam van één van de ouders. U kunt dus in alle discretie sparen en meer controle behouden.
Bijkomende bescherming
Het is mogelijk om uw kind een bijkomend bedrag te bieden als u zou overlijden vóór het einde van het contract. U geniet dus tegelijk het voordeel van een spaarverzekering en van een overlijdensdekking.
Geen roerende voorheffing na 8 jaar
Na 8 jaar is het eindkapitaal van de spaarverzekering of het geld dat u opvraagt, vrijgesteld van roerende voorheffing. In geval van overlijden is er dus geen roerende voorheffing verschuldigd.
Kortom, een spaarverzekering voor een kind biedt tal van niet te verwaarlozen voordelen en is een interessant alternatief voor het traditionele spaarboekje dat nu niet veel meer opbrengt.
_________________________________________
De sociaal verantwoorde investering ook in verzekering !
22/5/2017
Duurzaamheid is hét woord van deze tijd. Meer en meer mensen kiezen bewuster voor duurzame kleding of voedsel, we proberen duurzamer om te springen met onze energie, er komen duurzamere vormen van transport, … Maar wat met uw beleggingen? Zijn die ook zo duurzaam?
De laatste jaren is beleggen niet zo simpel. Met de financiële crisis nog vers in het geheugen zit de schrik voor risico er nog steeds goed in. Heel wat mensen kiezen dan ook om een zeker niveau van bescherming in te bouwen in hun beleggingen. Want een goed gediversifieerde portefeuille kan op langere termijn nog steeds heel mooie resultaten opleveren. Maar waarom geen extra ethische dimensie in die portefeuille inbouwen door te kiezen voor maatschappelijk verantwoorde beleggingsfondsen? Deze beleggingsvorm biedt immers niet alleen het vooruitzicht op een potentieel hoger rendement, hij draagt ook bij aan het welzijn van onze planeet en maatschappij.
Wat is MVB?
Een maatschappelijk verantwoorde belegging of MVB (vaak gebruikt men de Engelse term Socially Responsible Investing of SRI) probeert de economische vooruitgang en de impact ervan op de maatschappij en het milieu met elkaar te verzoenen. Het is een beleggingsvorm waarbij de belegger mikt op een financieel interessante belegging met een positieve impact op duurzaamheid, klimaat, mensenrechten, … Dit kan op twee manieren. In de meest elementaire vorm sluit je onethische organisaties of bedrijven simpelweg uit je beleggingsfonds uit (exclusiebenadering). Dit zijn onder meer ondernemingen die controversiële wapens produceren, bedrijven die lak hebben aan de mensenrechten of organisaties die de minimumnormen inzake milieu niet al te nauw nemen. Maar een fonds kan ook investeren in bedrijven die het best presteren op vlak van duurzaamheid (best-in-classbenadering). Zij leveren een positieve bijdrage op sociaal, maatschappelijk of milieuvlak. Het fonds houdt hierbij rekening met drie niet-financiële criteria:
- Milieu
Wat zijn de gevolgen van de bedrijfsactiviteit op het milieu? Welke inspanningen levert het bedrijf om die te beperken? Enkel zij die blijk geven van een efficiënt beheer van natuurlijke resources, die de uitstoot van broeikasgassen verminderen of die een performanter recyclagesysteem gebruiken, verdienen een selectie. - Maatschappij
Hoe verhoudt de onderneming zich tot mensenrechten en het arbeidsrecht? Ondernemingen die een beroep doen op kinderarbeid of die gekend zijn omwille van corruptie komen er alvast niet in. - Governance (goed bestuur)
Hoe wordt de onderneming geleid en gecontroleerd? Transparantie, onafhankelijkheid van de raad van bestuur en respect voor de rechten van alle stakeholders zijn een pluspunt voor de selectie.
Brengt zo’n MVB-fonds ook iets op?
Zo’n maatschappelijk verantwoorde aanpak moet wel inboeten aan rendement? Dat idee is echter een grote misvatting. De laatste jaren zijn de prestaties van de MVB-fondsen dikwijls minstens even goed als die van andere beleggingen. In heel wat gevallen zijn ze zelfs beter. Hiervoor zijn twee verklaringen. Ten eerste zijn risicovolle activaklassen zoals groeilandobligaties of hedgefondsen niet of veel minder vertegenwoordigd in een SRI-portefeuille. Daarnaast zijn bedrijven met een duurzaam langetermijnbeleid minder gevoelig voor economische schommelingen. Vooral duurzame aandelenfondsen rond thema’s zoals water of hernieuwbare energie deden het de voorbije jaren zeer goed. Bovendien wordt deze thematiek alleen maar sterker, wat positief kan zijn voor de vooruitzichten.
Net zoals bij elk ander beleggingsproduct vormen rendementen uit het verleden uiteraard geen garantie voor de toekomst. Ook een MVB-fonds blijft immers een belegging op de financiële markten en kan dus stijgen of dalen.
Hoe belegt u in een MVB-fonds?
U kunt rechtstreeks in een bancair beleggingsfonds beleggen, maar u kunt dit ook doen via een financiële verzekering. Dit kan via een open tak 23-verzekering, met of zonder ingebouwd beschermingsmechanisme. Maar u kunt ook kiezen voor een MVB-fonds via een beleggingsverzekering in combinatie met kapitaalbescherming op de eindvervaldag. Het rendement is uiteraard niet gegarandeerd en afhankelijk van de prestatie van de onderliggende fondsen.
De conclusie is simpel: maatschappelijk verantwoorde beleggingen zijn uitgegroeid tot een volwaardig alternatief voor traditionele beleggingen. Ze worden ook steeds populairder bij zowel particuliere als institutionele beleggers. De tijd dat enkel een nichepubliek hierin geïnteresseerd is, ligt lang achter ons. Logisch, want u bewijst er de hele maatschappij een dienst mee.
__________________________________
De Franse presidentsverkiezingen, waar gaan we naartoe?
11/4/2017
De Nederlandse premier Rutte vergeleek de Nederlandse verkiezingen, waarbij extreemrechts slechts beperkt vooruitging, als een gewonnen kwartfinale voor Europa. De halve finale zouden dan de Franse verkiezingen in de lente worden en de finale wordt dan in de herfst gespeeld met de Duitse kanseliersverkiezingen. Die vergelijking loopt mank. In Duitsland zijn de twee koplopers, Merkel en Schulz, beiden pro-Europees en blijft het anti-Europese AfD in de opiniepeilingen steken op ongeveer 10 %. De echte uitdaging voor Europa zijn de Franse presidentsverkiezingen, waar de extreemrechtse en anti-Europese Marine Le Pen aan de leiding ligt, nek-aan-nek met de centrumlinkse kandidaat Emmanuel Macron. Het ziet ernaar uit dat deze twee de winnaars worden van de eerste ronde op 23 april en het tegen elkaar zullen opnemen in de tweede ronde op 7 mei.
Het programma van Le Pen maakt de financiële markten zenuwachtig. Het bevat immers niet alleen anti-immigratiestandpunten maar ook een uitgesproken linkse economische politiek en een fervente anti-Europese houding. Op economisch vlak wil Le Pen de pensioenleeftijd naar 60 terugbrengen, de 35-urige werkweek behouden en internationale handelsverdragen opzeggen. Wat Europa betreft, wil ze een referendum organiseren over het Franse lidmaatschap van de Europese Unie en over de euro (ook al wordt dit niet gemakkelijk, want in principe moet de organisatie van een dergelijk referendum goedgekeurd worden door Kamer en Senaat, en zeker in de Senaat is het bijna onmogelijk om hiervoor een meerderheid te vinden). Het is dan ook niet verwonderlijk dat de goede score van Le Pen in de peilingen de financiële markten zenuwachtig maakt: de afgelopen 6 maanden is het renteverschil tussen Frankrijk en Duitsland opgelopen van ongeveer 0,25 % naar 0,65 %.
Toch lijkt de zenuwachtigheid van de financiële markten ons wat overdreven. Ook al zal Le Pen hoogstwaarschijnlijk doorstoten naar de tweede ronde, de kans dat ze die tweede ronde wint, blijft beperkt. Peilingen geven in de te verwachten tweestrijd tussen Macron en Le Pen ongeveer 60 % van de stemmen aan Macron en slechts 40 % aan Le Pen. We weten dat de opiniepeilers de bal missloegen voor de brexit en de Amerikaanse presidentsverkiezingen, maar daar lagen de verwachtingen voor beide kampen rond de 50 % en bleef de uiteindelijke uitslag binnen de foutenmarge. In Frankrijk wijzen de peilingen op een afgetekende en relatief constante voorsprong voor Macron en lijken de voorspellingen betrouwbaarder. Volgens ons is er weinig kans dat Marine Le Pen de verkiezingen wint, ook al twijfelen vele Fransen nog tussen de verschillende kandidaten. We achten de kans dat Le Pen president wordt op 20 %. Als we gelijk krijgen, zullen de Europese aandelen- en obligatiemarkten op 8 mei een zucht van verlichting slaken. En eerlijk gezegd, wijzelf ook…
__________________________________
Denk aan de bescherming van uw partner!
28/3/2017
Heeft Hebt u er al bij stilgestaan of uw partner wel goed beschermd is als u iets zou overkomen? Hierna vindt u enkele oplossingen die hem of haar optimaal beschermen en ervoor zorgen dat hij of zij niets tekort komt mocht u er niet meer zijn.
Uw partner financieel beschermen
Er zijn drie types van samenwoning mogelijk: feitelijk samenwonen, wettelijk samenwonen en het huwelijk. U woont feitelijk samen? Dan is het erfrecht niet van toepassing als de partner komt te sterven. Anders gezegd, de wet voorziet niet of nauwelijks in een bescherming van de overblijvende partner. In dat geval is het dus nog belangrijker dat u alles tijdig regelt om te vermijden dat uw partner met lege handen achterblijft als u zou overlijden.
Voor gehuwde koppels en wettelijk samenwonenden is het erfrecht van toepassing, maar niet op dezelfde manier. Bij overlijden van de echtgeno(o)t(e), geniet de overlevende echtgenoot in de meeste gevallen het vruchtgebruik van alle (roerende en onroerende) goederen terwijl de wettelijk samenwonende meestal enkel het vruchtgebruik van de gezinswoning geniet. Om hem of haar meer te geven dan wat de wet voorziet, moet u zelf de nodige maatregelen nemen.
Of u nu gehuwd bent of samenwoont (wettelijk of feitelijk), hierna vindt u enkele algemene principes, die nuttig kunnen zijn om een gepaste oplossing te vinden:
- Huwelijkscontract
Gehuwde koppels kunnen gebruik maken van een huwelijkscontract om hun vermogen te verdelen zoals zij dit willen bij het overlijden van één van de echtgenoten. Als er een huwelijkscontract is, zal dit een deel van de successie bepalen. Het huwelijkscontract gaat voor op het erfrecht.
- Testament
Met een testament kunt u een erfenis nalaten aan uw feitelijk samenwonende partner.
Als u gehuwd bent of wettelijk samenwoont, kunt u onder bepaalde voorwaarden uw partner meer nalaten dan wat het erfrecht voorziet.
Het testament is dus een persoonlijk document dat u dan ook niet kunt opstellen en ondertekenen voor beide partners. Elk stelt zijn eigen testament op (dit kan de weerspiegeling zijn van het testament van de partner, om dezelfde voordelen te genieten), ofwel onderhands, ofwel bij de notaris.
- Schenking
U kunt ook een schenking doen aan uw echtgenoot of partner. De onroerende schenking moet gebeuren voor een notaris en er zijn schenkingsrechten verschuldigd. In geval van een roerende schenking (cash maar ook voorwerpen zoals een auto of een waardevol juweel bijvoorbeeld), kiest u zelf of u dit wil laten registreren of niet. Als u beslist om uw roerende schenking te laten registreren, zijn schenkingsrechten verschuldigd.
Als u uw schenking niet laat registreren, hoeft u geen schenkingsrechten te betalen. Maar als u overlijdt binnen de drie jaar die volgen op de schenking, of als u niet kunt bewijzen dat de schenking al langer dan drie jaar geleden gebeurde, moet uw begiftigde successierechten betalen op het geschonken bedrag.
Successierechten verschillen naargelang u gehuwd bent, wettelijk of feitelijk samenwoont.
- Overlijdensverzekering
Overlijdensverzekeringen beschermen uw naasten tegen de financiële gevolgen van uw overlijden. U biedt op die manier aan uw partner (en dus onrechtstreeks aan uw gezamenlijke kinderen) een bijkomende bescherming. Als u zou overlijden, kan uw partner met het kapitaal van uw overlijdensverzekering zijn/haar levensstandaard behouden of andere onvoorziene kosten betalen.
Er bestaan heel wat oplossingen om uw wederhelft te beschermen. Dit hangt vooral af van uw persoonlijke behoeften. Aarzel dus niet om advies te vragen. Het is tenslotte toch maar normaal dat u diegenen die u graag ziet, zo goed mogelijk wilt beschermen.
__________________________________
Tak 21 of tak 23? Wat zijn de verschillen en voor welke beleggers?
16/2/2017
Aan het begin van het jaar maken we traditiegetrouw goede voornemens. Hebt u zich voorgenomen om uw geld beter te laten renderen? Mocht dat nog niet het geval zijn: het is nooit te laat om dat te doen.
Waarom zou u niet beleggen in een levensverzekering? Dit is immers een uitstekende keuze als u een potentieel aantrekkelijk rendement wenst te genieten en gebruik wilt maken van de voordelen van de levensverzekeringsstructuur. Maar welk type verzekering moet u dan kiezen? Dat hangt vooral af van uw beleggersprofiel:
- Het defensieve profiel: de defensieve belegger wil vooral veiligheid. Hierdoor ligt het niveau van zijn rendement lager. Hij kan slechts een beperkt deel van zijn portefeuille beleggen in risicovollere oplossingen.
- Het neutrale profiel: de neutrale belegger zoekt een goed evenwicht tussen rendement en risico. Hij is bereid de helft van zijn portefeuille te beleggen in risicovollere oplossingen. Hij heeft vaak een langere beleggingshorizon omdat hij weet dat beleggingen op langere termijn een hoger gemiddeld rendement opleveren.
- Het dynamische profiel: de dynamische belegger gaat bewust op zoek naar rendement en belegt voornamelijk in risicovollere oplossingen. Hij aanvaardt dat de waarde van zijn portefeuille intussen kan afnemen door negatieve evoluties op de financiële markten.
Welke oplossing voor welk profiel?
Als u eerder een defensieve belegger bent (u wilt zo weinig mogelijk risico nemen), dan kunt u opteren voor de tak 21-spaarverzekeringen. Dit type verzekering biedt de terugbetaling van uw kapitaal op einddatum en een gewaarborgde rentevoet die kan worden aangevuld met eventuele winstdelingen. Op die manier geniet u een gewaarborgd rendement en 100 % veiligheid. Het Garantiefonds beschermt u trouwens tot 100 000 euro (per verzekeringsnemer en per verzekeringsmaatschappij), zelfs als de verzekeringsmaatschappij failliet gaat.
Wenst u een hoger rendement, maar behoudt u ook graag een zekere bescherming (u hebt dan een neutraal beleggersprofiel), dan kunt u kiezen voor een gestructureerd fonds via de tak 23-beleggingsverzekeringen. Dit type product wordt gekenmerkt door een beperkte onderschrijvingsperiode en een vaste einddatum. De nettopremie is geheel of gedeeltelijk beschermd op einddatum. De gerealiseerde meerwaarde hangt af van de structuur en de evolutie van de onderliggende waarden.
Verkiest u een meer dynamische portefeuille, dan zijn de open fondsen uit tak 23 zeker iets voor u. Binnen deze beleggingstak kunt ook nog verschillende keuzes maken. Sommige van deze beleggingsverzekeringen bieden een zekere controle via beschermingsmechanismen. Die dienen om de behaalde winsten te beschermen of de verliezen te beperken door het kapitaal over te dragen naar een meer defensief fonds, zodra een bepaald verliesniveau is bereikt.
Via tak 23-beleggingsverzekeringen kunt u kiezen uit een gediversifieerd aanbod aan fondsen. Als u wenst, kunt u dus opteren voor een fonds dat minder blootgesteld is aan aandelen en meer obligaties bevat.
U mag echter niet vergeten dat dit type verzekeringen meer risico’s inhoudt omdat het wordt beïnvloed door de schommelingen van de financiële markten.
Wat hebben deze beleggingsoplossingen gemeen?
- U bent geen roerende voorheffing verschuldigd op de verzekeringen uit tak 21 en 23 (behalve bij een afkoop van het contract tijdens de eerste 8 jaar als de verzekering een gewaarborgd rendement biedt).
- De meeste oplossingen bieden u de mogelijkheid, mits de betaling van eventuele kosten, om gedeeltelijke of volledige afkopen uit te voeren, op bepaalde momenten of periodiek.
- De overheid heft een taks van 2 % op de premies die u belegt in dit soort beleggingsoplossingen. Toch blijven spaar- en beleggingsverzekeringen in principe fiscaal voordeliger dan andere gelijkaardige beleggingsproducten die onderworpen zijn aan de roerende voorheffing.
- Dankzij de verzekeringsstructuur van dit type belegging, kunt u eventueel een bedrag overdragen aan een derde zonder een beroep te moeten doen op het testament (dankzij de begunstigingsclausule van de levensverzekering). In die optiek kunt u een levensverzekering gebruiken als instrument voor vermogensoverdracht. U moet eventueel wel successierechten betalen op het gestorte bedrag.
- Spaar- en beleggingsverzekeringen omvatten een overlijdensdekking (onderworpen aan voorwaarden in bepaalde tak 23-verzekeringen).
Kortom, er bestaat een volledig gamma aan tak 21-spaarverzekeringen en tak 23-beleggingsverzekeringen voor alle beleggersprofielen. Aarzel dus niet om contact op te nemen met uw verzekeringsadviseur om samen op zoek te gaan naar de juiste oplossing.
_____________________________________________________________
Pensioen en gezondheidszorgen : meer communiceren rond deze extralegale voordelen
19/1/2017
Extralegale verzekeringsvoordelen, zoals een groeps- of hospitalisatieverzekering, zijn steeds meer ingeburgerd op de Belgische arbeidsmarkt. Werkgevers zien echter nog heel wat kansen om de kennis en populariteit van extralegale voordelen bij de werknemers op te krikken dankzij een betere communicatie. Daarnaast willen ze deze voordelen in de toekomst ook flexibeler kunnen invullen. In vergelijking met hun werknemers, onderschatten werkgevers wel het belang van de digitalisering van de communicatie. Dit zijn enkele van de belangrijkste conclusies van een studie van Vlerick Business School in samenwerking met AG Insurance bij meer dan 100 Belgische werkgevers en meer dan 1200 werknemers.
Potentieel groeps- en hospitalisatieverzekering versterken door meer en betere communicatie
Nog nooit konden loontrekkenden rekenen op zo’n uitgebreid aanbod extralegale voordelen. Werkgevers geven niettemin aan dat hun werknemers de waarde daarvan niet altijd juist (kunnen) inschatten. Redenen voor die onderwaardering zijn onder meer ontoereikende communicatiemiddelen binnen het bedrijf en een gebrek aan kennis bij het personeel. Bij pakweg een bedrijfswagen of een smartphone is het voordeel heel ‘tastbaar’ en meteen merkbaar. Bij groeps- of hospitalisatieverzekeringen ligt dat anders. Dit wordt ook bevestigd door de werknemers: 1 op de 4 ondervraagde werknemers kan van 5 opgesomde aanvullende voordelen niet met zekerheid zeggen of hij deze heeft of niet, en liefst de helft weet niet wat zijn hospitalisatieverzekering allemaal terugbetaalt.
Voor veel werkgevers ligt de sleutel dus in meer en betere communicatie over dit type voordelen. Bijna drie kwart (73 %) van de Belgische werkgevers ziet het strategische belang van het aanvullend pensioen en gezondheidszorg in de toekomst nog stijgen, onder meer om talent aan te trekken én te behouden. Bijna negen op de tien (86 %) meent dat ook het personeel zelf meer en meer belang zal gaan hechten aan deze twee extralegale voordelen.
Belgische werkgevers beschouwen het overigens als hún verantwoordelijkheid om extralegale voordelen bevattelijk te maken voor het eigen personeel, ondanks dat meer dan de helft (56 %) aangeeft dat dit veel inspanningen vraagt. Meer dan zes op de tien bedrijven (63 %) zetten hiervoor eigen communicatiemiddelen in, doorgaans via de klassieke kanalen (e-mail, telefoon, mondeling). Bedrijven lijken zich niet helemaal bewust te zijn van het toenemend belang van digitale communicatie, want slechts één op de twee (46 %) wil hier actief in mee stappen. Daarmee onderschatten ze het belang van digitale communicatie, want 93 % van de werknemers is vragende partij voor één centraal online punt waar ze hun aanvullende voordelen kunnen consulteren.
Uit de studie blijkt nog dat werkgevers onvoldoende inspelen op belangrijke levensmomenten, zoals het huwelijk, om de waarde van extralegale voordelen te onderstrepen ten aanzien van het personeel. Ook bij een salarisverhoging of promotie communiceert slechts een minderheid (8,7 %) over de impact op het pensioen- of hospitalisatieplan, zoals bijvoorbeeld een hogere werkgeversbijdrage.
Flexibel pakket
Naast communicatie biedt ook de flexibele invulling van het pakket aanvullend pensioen en gezondheidszorgen opportuniteiten voor de Belgische werkgevers. De zogenaamde cafetariaplannen zullen in populariteit toenemen, weet Xavier Baeten, professor aan Vlerick Business School: “Vandaag bieden slechts twee op de tien werkgevers keuzemogelijkheden aan binnen het pakket aanvullend pensioen en gezondheidszorgen. Bijna zeven op de tien (68%) geven aan dit in de toekomst te willen doen. Werkgevers willen als ‘caring employer’ het personeel verder betrekken bij de invulling van het verloningspakket, en hen toelaten keuzes te maken die het best aansluiten bij hun specifieke behoeften.”
Deze resultaten liggen ook in lijn met de verwachtingen van de werknemers: 3 op de 4 zou graag zijn aanvullende voordelen zelf kunnen kiezen.
Werknemer heeft een goed idee over het wettelijk pensioen, maar overschat zijn aanvullend pensioen
De betaalbaarheid van de pensioenen is en blijft een hot topic deze dagen. Daarom keek de studie tot slot ook naar het verwachtingspatroon van de werknemer over zijn wettelijk en aanvullend pensioen. Misschien eerder onverwacht, maar het bedrag dat de werknemer later verwacht te krijgen, komt redelijk dicht in de buurt van het wettelijk pensioen dat hij uiteindelijk zal ontvangen. Dat is echter niet het geval voor de aanvullende pensioenen. Werknemers overschatten systematisch de jaarlijkse inbreng van de werkgever om het aanvullend pensioenkapitaal op te bouwen, wat aan het einde van de rit ook tot een onrealistisch verwachtingspatroon kan leiden wat betreft het aanvullend pensioen. Op basis van de studie is meer en duidelijkere communicatie rond dit thema dan ook aangewezen.
__________________________________
Is de rente voorbij het dieptepunt?
Door Wim Vermeir, AG Insurance
14/12/2016
De voorbije weken hebben rentevoeten wereldwijd hogere regionen opgezocht. De stijgende trend is in september ingezet, maar versnelde na de verkiezingsoverwinning van Trump. Voor deze stijging zijn er verschillende argumenten:
- Inflatie
De inflatie heeft begin van dit jaar een dieptepunt gekend (-0,2% in de eurozone) en is sindsdien gestegen tot 0,6%. We zien dat inflatie in belangrijke mate is gedreven door olieprijzen. De daling van de olieprijs tussen mid-2014 en begin 2016 heeft geresulteerd in een zeer negatieve druk op inflatiecijfers. Sedertdien is de olieprijs terug hersteld waardoor ook de inflatie de komende maanden verder zou moeten oplopen.
Gezien nominale rentevoeten de som zijn van reële rente en inflatie, zou een hoger inflatiecijfer moeten resulteren in hogere rentevoeten.
- Donald J. Trump
De rentestijging is vooral zichtbaar sinds de verkiezingsoverwinning van Donald Trump. Trump heeft beloofd een fiscaal expansief beleid te voeren: grotere tekorten, meer schulden en hiermee openbare werken en belastingverminderingen voor bedrijven en particulieren financieren. Doordat de Amerikaanse economie het vandaag al relatief goed doet en de werkloosheid laag is, kunnen stimuleringsmaatregelen snel leiden tot een hogere inflatie, wat dan weer zou moeten leiden tot hogere rentevoeten. Ook stijgt de schuldgraad door diverse geplande beleidsmaatregelen, wat dan weer zou moeten resulteren in een hogere risicopremie – en dus hogere rente
- Centrale banken
Centrale banken hebben de voorbije jaren een zeer expansief monetair beleid gevoerd. De gezamenlijke balansomvang van de vier belangrijkste centrale banken is gestegen tot 14 000 miljard USD. Er is als het ware geld gecreëerd. Een groot deel van deze liquiditeiten zijn naar de obligatiemarkt gevloeid door de diverse aankoopprogramma’s van de banken. Zo koopt de ECB in 2016 maandelijks voor 80 miljard euro aan obligaties. Doordat de vraag naar obligaties overweldigend groot was en het aanbod relatief stabiel is gebleven, zijn de rentevoeten in vrije val gegaan.
Vandaag zien we echter dat er een einde dreigt te komen aan het zeer expansief monetair beleid. Er rijzen immers meer en meer vragen omtrent de effectieve van deze maatregelen en de negatieve effecten op de financiële sector. Vooral de banksector blijkt moeilijk om te kunnen gaan met negatieve rentes.
De Amerikaanse centrale bank, de Fed, is al een tijd geleden gestopt met deze operaties en kan in 2017 de rente voorzichtig verhogen. De Bank of Japan heeft de voorbije maanden maatregelen genomen om het aankoopprogramma potentieel af te zwakken.
- De houding van de ECB
Voor de Eurozone is uiteraard de mening van de ECB voorzitter Mario Draghi cruciaal. Op 8 december hield hij zijn eindejaarsconferentie waarin hij vooruitkeek naar 2017. Hij startte met te zeggen dat het risisico op deflatie afgenomen was. Daarom was het ook logisch om het aantal obligaties dat de ECB maandelijks koopt, af te bouwen. De interventie van de ECB vermindert dus, wat de neerwaartse druk op de rente doet afnemen. Anderzijds houdt Draghi nog een slag om de arm : als blijkt dat het risico op deflatie opnieuw toeneemt of als de financiële markten opnieuw onrustig worden , houdt hij de mogelijkheid open opnieuw massaal obligaties op te kopen om de markten te kalmeren.
- Conclusie
Al deze elementen bij elkaar genomen, lijkt het erop dat de globale rentevoeten een dieptepunt hebben gekend en dat de rente de komende jaren geleidelijk zou kunnen stijgen. We verwachten dat de rentestijging op korte termijn beperkt blijft: de groei- en inflatieverwachtingen zijn wel wat hersteld maar blijven op vrij lage niveaus en we verwachten dat de Centrale Banken hun interventies wel gaan terugschroeven maar anderzijds ook niet plots gaan volledig afbouwen. Toch lijkt de quasi continue rentedaling van de afgelopen 25 jaar voorbij. Een diversificatie naar andere activaklassen dan obligaties lijkt dan ook een verstandige keuze.
_________________________
Waarom zou ik kiezen voor een tak 23-beleggingsverzekering?
8/11/2016
Het zijn vandaag de dag geen al te leuke tijden voor mensen met een beetje spaargeld. De spaarrekening brengt nauwelijks tot niets op en kasbons of andere staatsobligaties liggen stof te vergaren wegens nauwelijks interessant. Zijn er dan geen alternatieven?
Toch wel. Beleggingsverzekeringen kunnen een mooie aanvulling vormen in uw portefeuille. Laat uw beleggersprofiel het toe en wilt u op zoek gaan naar een potentieel hoger rendement, dan is een tak 23-beleggingsverzekering misschien wel iets voor u. Met dit soort beleggingsverzekering bent u nooit zeker van een gegarandeerd rendement, maar door de koppeling aan beleggingsfondsen kunt u op langere termijn (beleggingshorizon van 10 jaar of meer) uitkijken naar een potentiële meerwaarde. Kies ik dan niet beter meteen voor een beleggingsfonds, hoor ik u denken? We zetten even enkele voor- en nadelen van tak 23 op een rijtje.
Net zoals bij alle andere beleggingsverzekeringen is er voor tak 23 een eenmalige verzekeringstaks te betalen van 2 %. Die is er bij beleggingsfondsen niet. Maar sinds januari 2015 moet u bij bancaire beleggingsfondsen een uitstaptaks van 1,32 % betalen, wat het verschil tussen beide terugbrengt tot 0,68 %. Bij een tak 23-verzekering betaalt u deze taks op uw startkapitaal, terwijl bij een beleggingsfonds u deze taks betaalt bij de verkoop. Kiest u dus voor een fonds dat de intresten kapitaliseert (en dus geen dividend uitkeert), dan betaalt u deze taks ook op uw (eventuele) winst. En wie zegt ons dat deze taksen in de toekomst niet nog zullen stijgen? Kiest u nu voor een tak 23-verzekering, dan bent u in elk geval ook nu al van deze taks verlost. Aan beide producten zijn ook instap- en beheerskosten verbonden die in de meeste gevallen ongeveer gelijk zijn.
Een tak 23-verzekering is – het woord zegt het zelf- een verzekering. Dit betekent dat u in het contract een begunstigde bij leven (meestal is dit uiteraard uzelf), maar ook bij overlijden moet aanduiden. Deze begunstigde bij overlijden kan om het even wie zijn. Via een tak 23-beleggingsverzekering kunt u dus perfect een deel van uw spaartegoeden schenken aan bijvoorbeeld een dierbare, een naaste of zelfs een goed doel. Dit is met een beleggingsfonds niet het geval. Uiteraard moet u hierbij de wettelijke erfenisregels steeds respecteren.
Op een tak 23-beleggingsverzekering betaalt u geen roerende voorheffing van 27 % – binnenkort zelfs 30 % – op het moment dat u uw kapitaal volledig of gedeeltelijk opvraagt. Bij bancaire fondsen is dit wel het geval als ze meer dan 25 % investeren in obligaties of liquiditeiten.
U belegt liever uw geld in kleine bedragen gespreid over de tijd? Geen probleem, net als bij bancaire fondsen, kun u ook met tak 23 verzekeringen stapsgewijs uw beleggingsportefeuille opbouwen.
U hebt binnen tak 23-beleggingsverzekeringen niet alleen een ruime waaier aan beleggingsfondsen (in functie van uw beleggingsprofiel), er bestaan ook verschillende soorten. Zo kunt u kiezen voor een tak 23-belegging met ingebouwde beschermingsmechanismen. In uw contract zit dan een winstbeschermer die uw opgebouwde winst veiligstelt en een verliesbeperker die grote terugvallen op de beurs opvangt. Uiteraard knabbelen deze beschermingsfactoren aan uw mogelijke winst. Maar u kunt evengoed kiezen voor een tak 23-verzekering zonder enige bescherming, als u wil mikken op een echt potentieel hoger rendement. En er is ook een gulden middenweg, waarbij uw netto-inleg gegarandeerd is tot op de eindvervaldag van uw contract.
Maar hoe zit het met de risico’s? Net zoals bij het merendeel van de andere beleggingsvormen, zijn die er ook voor tak 23. Om te beginnen is er natuurlijk het marktrisico. De eenheidswaarden zijn afhankelijk van de evolutie van de onderliggende activa en de marktvolatiliteit. Hierdoor kan de waarde van uw fonds schommelen. Er zijn ook risico’s gelinkt aan het beheer van fondsen.
Alles op een rijtje gezet verdient een tak 23-beleggingsverzekering zeker zijn plaats in een gediversifieerde portefeuille.
_________________________
De impact van de presidentsverkiezingen op de financiële markten
Door Wim Vermeir, AG Insurance
13/10/2016
Een nek-aan-nek race
Op 14 november zullen de Amerikanen beslissen wie de komende vier jaar het presidentieel ambt mag bekleden. Begin dit jaar leek Clinton op een gemakkelijke overwinning af te stevenen, maar Trump heeft de tweede jaarhelft een duidelijke inhaalbeweging gemaakt waardoor de kloof kleiner is geworden. Het eerste televisiedebat tussen beide kandidaten heeft de strijd nog niet beslist, alhoewel Clinton door de media tot overwinnaar werd uitgeroepen.
De programma’s van beide kandidaten lopen sterk uiteen. Enkel over significante investeringen in de verouderde infrastructuur bestaat er overeenstemming. Er zijn echter vele meningsverschillen, waarbij Trump vaak extreme standpunten verdedigt:
Clinton | Trump | |
Immigratie | Illegale immigranten moeten op termijn de nationaliteit kunnen verwerven | Uitwijzen van illegale immigranten. Bouw van een muur op de grens met Mexico |
Handel | Respecteren van handelsakkoorden | Opblazen van akkoorden, meer protectionisme waarbij vooral China wordt geviseerd |
Belastingen | Hogere belastingvoeten voor de rijken, verlagingen voor de middenklasse | Sterke verlaging van belastingvoeten voor bedrijven en de rijken |
Banksector | Meer regulering | Minder regulering |
Federal reserve | Voorstander van Yellen en het huidige rentebeleid | Sterke tegenstander van Yellen en beleid van lage rentevoeten |
Gezondheidszorg | Uitbreiden van Obamacare | Terugschroeven van Obamacare |
Economische impact
Een overwinning van Clinton zal naar alle waarschijnlijkheid een beperkte impact hebben op de markten aangezien het huidig beleid in grote mate zal worden verdergezet.
Een overwinning van Trump zal op korte termijn ongetwijfeld leiden tot hoge volatiliteit op de financiële markten. Wanneer alle verkiezingsbeloften zouden worden uitgevoerd zou er een grote impact op de globale economie kunnen zijn. In het verleden hebben handelsoorlogen en protectionisme steeds geleid tot een vertraging van de globale groei, vooral doordat bedrijven hun investeringsbudgetten sterk terugschroeven in onzekere tijden. Tal van importheffingen kunnen leiden tot een hogere inflatie die vervolgens kunnen wegen op het consumentenvertrouwen en resulteren in lagere kleinhandelsverkopen.
Waarschijnlijk zal het echter niet zo’n vaart zal lopen. De meeste voorstellen moeten sowieso worden goedgekeurd door de senaat, waar de Republikeinen weliswaar de meerderheid hebben en naar alle verwachting zullen behouden, maar waar vele partijgenoten niet akkoord gaan met de extreme standpunten van Trump. Daardoor kunnen we verwachten dat de beslissingen van een president Trump een stuk gematigder zijn dan de ideeën van de kandidaat Trump.
Verschil van sector tot sector
Wat we wel zien is dat sommige sectoren traditioneel meer profiteren dan andere. Zo zou een overwinning van Trump voordelig moeten zijn voor:
- Technologie: repatriatie van buitenlandse cashposities zou voordeliger worden. Technologiebedrijven hebben vandaag veel cash in het buitenland die onder de voorstellen van Trump tegen een heffing van 10% terug naar de VS zou kunnen worden versluisd.
- Grondstoffen: invoerrechten op Chinese producten zouden de Amerikaanse spelers moeten bevoordelen. Vooral de staalsector en de chemie zouden moeten profiteren van betere prijzen.
- Defensie: verdere verhoging van defensie budgetten en vernieuwing van het nucleair arsenaal
- Pharma: terugschroeven van Obamacare geeft terug meer macht aan de pharma-industrie, die de voorbije jaren onder druk stond door kritiek op de prijszettingspolitiek
- Banken: minder regulering zou de winstgevendheid van de banksector een duwtje in de rug moeten geven
Een overwinning van Clinton zou dan weer positief moeten zijn voor
- Duurzame energie: Clinton is een duidelijk voorstander van subsidies voor duurzame energie
- Pharmaceutische diensten: onder Obamacare profiteren dienstverleners ten koste van de pharmabedrijven
Impact op de financiële markten
Op de aandelenmarkten zou een overwinning van Trump kunnen leiden tot een initiële correctie gezien de onzekerheid over de impact van zijn omstreden voorstellen. Amerikaanse aandelen zijn vandaag eerder duur en onzekerheid kan dan ook leiden tot winstname. We denken wel dat dergelijke correctie maar tijdelijk zal zijn en dat de juiste sectoren kiezen cruciaal zal zijn.
Rentevoeten zouden initieel lager kunnen gaan onder Trump, gezien de vrees voor een groeivertraging. Op langere termijn is er mogelijk meer opwaartse druk op de rente met Trump als president, die in het verleden al vaker heeft uitgehaald naar de lage rentepolitiek van de Fed en het liefst Yellen ziet vertrekken als voorzitter van de Amerikaanse Centrale bank. Een hogere inflatie kan verder bijdragen tot een stijging van de rente. Ook zou de dollar kunnen versterken onder Trump door de repatriatie van liquiditeiten en een centrale bank die zich minder soepel zal opstellen
We gaan er dus vanuit dat een eventuele verkiezing van Trump als president slechts een beperkte invloed zal hebben op de economische groei en de winsten van bedrijven en dus op de fundamentele “drivers” van de rente en de aandelenbeurzen. Anderzijds blijft het gedrag van Trump zeer onvoorspelbaar en is hij een zogenaamde “unknown unknown”, dit is een factor waarvan het risicomoeilijk in te schatten is. Een verkiezing van Trump zal zeker bij aanvang leiden tot hogere onzekerheid en marktvolatiliteit. Dan blijft een verkiezing van Clinton de veiligere optie.
_________________________
Bent u bezig met de voorbereiding van uw pensioen?
28/9/2016
Het hoeft geen betoog dat het erg belangrijk is om zelf uw pensioen voor te bereiden. Als u uw levensstandaard wil behouden, volstaat het wettelijk pensioen immers dikwijls niet. Momenteel bedraagt dit in ons land gemiddeld 1119 euro. Een aanvullend pensioen is dan ook een must. We raden u aan om zo snel mogelijk te starten met de opbouw ervan.
Hoe vroeger u begint te sparen, hoe groter het bedrag van uw aanvullend pensioen. En dankzij pensioensparen profiteert u van het zogenoemde sneeuwbaleffect. Als u start op 25 jaar, kan het opgebouwde kapitaal op 65 jaar maar liefst 30 % hoger liggen dan dat van iemand die is begonnen op 30 jaar!
Er bestaan twee manieren om te sparen voor uw pensioen: via een pensioenspaarrekening of via een pensioenspaarverzekering. Deze laatste wordt meestal afgesloten in tak 21 met een gegarandeerd rendement. Bepaalde verzekeringen bieden u echter de mogelijkheid om ook (een deel) te beleggen in tak 23, dat wil zeggen gekoppeld aan de resultaten van de beurs. Het potentieel rendement is hoger, maar het risico is dan ook groter.
Dit artikel gaat enkel over pensioenspaarverzekeringen belegd in tak 21, die u dus een gewaarborgd rendement bieden, in tegenstelling tot het deel in tak 23. Dit gewaarborgd rendement kan worden aangevuld met eventuele winstdelingen. De interestvoet die geldt voor elke nettostorting (zonder taksen en instapkosten) is gewaarborgd gedurende de volledige looptijd van het contract. U kunt dus gerust zijn, het gaat om een veilige belegging* … En bovendien geniet u fiscaal voordeel! U spaart voor uw pensioen en u recupereert 30 % van het gestorte bedrag via uw belastingen. In 2016 kunt u tot 940 euro storten. Als u dit jaar het maximumbedrag stort, geniet u dus een belastingvermindering van 282 euro.
In ruil voor dit fiscaal voordeel wordt op uw 60ste verjaardag (of op de 10de verjaardag van het contract als het werd onderschreven na 55 jaar) een anticipatieve taks geheven van 8 % op het opgebouwde pensioenkapitaal. Door deze anticipatieve heffing betaalt u geen belastingen meer op de stortingen die u doet na uw 60 jaar (of de 10de verjaardag van het contract) tot het jaar waarin u 64 wordt.
U denkt misschien dat het dit jaar al te laat is om nog te beginnen met pensioensparen en een fiscaal voordeel te genieten voor 2016? Dat is niet zo! Het is absoluut mogelijk om nu te starten en het maximale aftrekbare bedrag te storten, in één keer of in meerdere keren. Het belangrijkste is dat u de storting(en) uitvoert zodat ze worden ontvangen vóór 31 december.
Hetzelfde geldt als u al aan pensioensparen doet en u dit jaar het maximale aftrekbare bedrag nog niet hebt bereikt. Het is nog niet te laat. U hebt nog meer dan drie maanden de tijd om uw stortingen aan te vullen en zo het maximale fiscaal voordeel te genieten.
Flexibiliteit is een andere eigenschap van pensioensparen. U kiest zelf hoeveel u spaart. Het maximale aftrekbare bedrag, of kleinere sommen. U bepaalt ook zelf wanneer u spaart: maandelijks, driemaandelijks, zesmaandelijks of jaarlijks. Ook aanvullende stortingen zijn mogelijk of, omgekeerd, de stortingen tijdelijk stopzetten mocht dat nodig zijn. En alle keuzes die u maakt op het ogenblik van de onderschrijving, kunt u nadien wijzigen. Niemand weet immers wat de toekomst brengt. En dat is meteen ook de reden waarom een aanvulling op het wettelijk pensioen helemaal geen overbodige luxe is …
*Deze belegging is beschermd door het Garantiefonds. Dit komt tussen als de verzekeringsmaatschappij in gebreke blijft. De bescherming geldt tot een maximumbedrag van 100.000 euro per verzekeringsnemer en per verzekeringsmaatschappij. Voor hogere bedragen zijn enkel de eerste 100.000 euro gegarandeerd. De spaarder loopt dus het risico om het gedeelte daarboven geheel of gedeeltelijk te verliezen.
__________________________________
Studeren kost geld
18/8/2016
De studies van de kinderen kosten ouders handenvol geld.
Zeker als zoon- of dochterlief hogere studies doet, kan dit zeer zwaar doorwegen op het gezinsbudget.
Gelukkig bestaan er een aantal slimme spaarformules waarmee jonge ouders zich goed kunnen voorbereiden op deze toekomstige uitgavepost. Maar ook tijdens de hogere studies zelf, kunnen ouders ervoor zorgen dat er financiële slagkracht is om deze kosten het hoofd te bieden. Wat er ook gebeurt.
De maand september is een dure maand voor ouders met schoolgaande kinderen.
Een nieuwe boekentas, nieuwe kledij, schoolboeken, schriften, kaftpapier, fardes, schoolmateriaal, een tablet of nieuwe smartphone, voorafbetalingen van schooluitstappen, … De rekening voor ouders kan aardig oplopen. Volgens de Gezinsbond1 kost een leerling in het eerste leerjaar van het lagere onderwijs gemiddeld 409,65 euro per jaar. In het zesde leerjaar loopt dat al op tot gemiddeld 507,38 euro.
De studiekosten in de eerste graad van het secundair onderwijs bedragen gemiddeld 1049,24 euro. In de derde graad van het aso is dat 1317,66 euro per jaar. Volgt zoon- of dochterlief een kso-richting, dan mogen ouders zelfs een jaarbudget van 1629,94 euro uittrekken.
Vanaf het moment dat kindlief aan een hogeschool of een universiteit studeert, lopen de studiekosten pas echt hoog op: inschrijvingsgelden, boeken, cursussen, fotokopies, verplaatsingskosten of de huur van een studentenkot, studiemateriaal, een laptop en internetkosten, studiereizen of stages in het buitenland, sport cultuur en andere vrijetijdsactiviteiten, … Noem maar op.
Hoeveel hogere studies precies kosten, hangt af van heel wat factoren. Woont zoon- of dochterlief nog thuis of verblijft hij of zij op kot? Gaat het om een hogeschoolopleiding of universiteitsstudies? Is het een bachelor- of masteropleiding? Heeft zoon of dochter recht op een studiebeurs of niet?
Het zijn stuk voor stuk doorslaggevende factoren die het totale kostenplaatje bepalen.
De Gezinsbond raamt de kosten voor niet-beursstudenten als volgt:
Thuiswonende studenten | Hogeschool (bachelor)
Hogeschool (master) Universiteit |
2725,51
3291,08 2376,45 |
Kotstudenten | Hogeschool (bachelor)
Hogeschool (master) Universiteit |
6828,99
7394,56 6479,90 |
En hoe zit het met beursstudenten? Voor hen liggen deze kosten gemiddeld iets lager. Maar ook dan blijft een studerende jongere zeer zwaar doorwegen op het gezinsbudget.
Een oplossing voor vooruitziende ouders
Jonge ouders die zich goed willen voorbereiden op deze zware uitgavepost en op die manier de toekomstige studies van hun kinderen willen veiligstellen, hebben gelukkig tal van mogelijkheden om dit te doen. Een van de meest in het oog springende oplossing is een spaarverzekering ten voordele van het betrokken kind. Ouders, grootouders, peter of meter, … van het kind kunnen via deze formule geleidelijk aan een kapitaal opbouwen. Helemaal op hun eigen ritme. Dit kapitaal komt dan vrij op het moment dat de hogere studies aanvangen. De nemer van deze spaarverzekering kan het betrokken kind aanduiden als begunstigde, maar net zo goed zichzelf of een andere vertrouwenspersoon. In dat geval is persoon die spaart voor het kind, zeker dat het kapitaal goed terechtkomt en verstandig besteed wordt.
Indekken van de studiekosten tegen onvoorziene omstandigheden
Het overlijden van een kostwinner tijdens de hogere studies van de kinderen kan zeer zware financiële gevolgen hebben en zelfs de voortzetting van deze studies in gevaar brengen. Maar ook een periode van arbeidsongeschiktheid kan het gezinsbudget fors aantasten, met alle gevolgen van dien. Daarom is het goed om zich tijdens deze periode – die per kind gemiddeld vijf jaar duurt – goed te verzekeren tegen overlijden en tegen de financiële gevolgen van arbeidsongeschiktheid.
Welk bedrag kan men het best verzekeren tegen overlijden?
Stel dat zoon of dochter gedurende vijf jaar aan de universiteit wil studeren als kotstudent, dan kan de belangrijkste kostwinner zich verzekeren voor een bedrag dat gelijk is aan vijfmaal de gemiddelde studiekosten (5 x 6479,90 euro is afgerond 32500 euro). Uiteraard kunnen beide ouders een contract afsluiten en zich allebei indekken. Het verzekerde bedrag kan gedurende de hele periode van vijf jaar gelijk blijven (een verzekering met een vast overlijdenskapitaal) of geleidelijk aan dalen (een verzekering met een afnemend overlijdenskapitaal). In het eerste geval wordt er bij het overlijden van de verzekerde een vast bedrag uitbetaald, in het tweede geval hangt het bedrag af van het moment van het overlijden. In de aanvangsfase van de studies wordt een groter bedrag uitgekeerd dan in de laatste fase.
Het verzekerde bedrag wordt uitbetaald aan het begunstigde kind na het overlijden van de verzekerde, zodat er zeker voldoende financiële middelen beschikbaar blijven om de aangevatte studies af te ronden.
Als optie kan de verzekerde ouder ook meestal een verzekering tegen arbeidsongeschiktheid afsluiten. In dat geval wordt er een rente uitbetaald als zijn of haar inkomen terugvalt op een veel lager niveau door arbeidsongeschiktheid.
Conclusie:
Studeren en een diploma vormen een belangrijke sleutel om het te maken in het leven. Daarom willen alle ouders hun kinderen maximaal de kans geven om te studeren. Studeren is echter een zware uitgavepost. Een goede voorbereiding en een optimale bescherming tijdens deze studies zijn van essentieel belang. Denk eraan vóór het te laat is!
1 cijfers van de studiedienst van de Gezinsbond (01-07-2016)
_____________________________________________
Pensioensparen via een verzekering of via een bancair fonds?
14/7/2016
Pensioensparen is een fiscaalvriendelijke manier om een aanvullend pensioenkapitaal op te bouwen. In 2016 kunt u op deze manier maximaal 940 euro aan de kant zetten als voorbereiding op uw pensioen. U geniet een fiscaal voordeel ten belope van 30 % van het gestorte bedrag via uw belastingaangifte.
Maar wat is voor u de meest geschikte oplossing voor pensioensparen? Een verzekering of een bancair fonds?
Voor uw fiscaal voordeel maakt het niet uit in welke formule u stort. In beide formules maakt u aanspraak op 30 % belastingvoordeel.
U kunt bovendien beide formules combineren, op voorwaarde dat u in één kalenderjaar niet én in een pensioenspaarverzekering én in een pensioenspaarfonds spaart.
Het grootste verschil tussen beide situeert zich op het vlak van zekerheid.
Een pensioenverzekering biedt u een gewaarborgd rendement. Voor elke storting die u doet, weet u van bij de start precies welk eindkapitaal er minimaal tegenover staat. Dit eindkapitaal kan nog aangevuld worden door jaarlijkse winstdelingen, in functie van de resultaten van de verzekeraar.
Kiest u echter voor een fonds, dan hebt u geen enkele kapitaalgarantie. Het rendement hangt louter en alleen af van de evolutie van de financiële markten. Goede jaren met mooie rendementen kunnen afgelost worden door jaren met uitgesproken negatieve resultaten. Daar staat tegenover dat u op lange termijn kans maakt op een hoger rendement.
Welke keuze u maakt, hangt dus in de eerste plaats af van uw beleggerssentiment. Gaat u voluit voor veiligheid, dan is een pensioenspaarverzekering de beste keuze voor u. Mikt u op een potentieel hoger rendement en bent u bereid om daarbij een zeker risico te nemen, dan is een fonds het overwegen waard.
Ook uw leeftijd kan een belangrijke rol spelen bij deze keuze. Hoe jonger u bent, hoe langer uw beleggingshorizon en hoe groter de mogelijkheid dat u via een fonds kunt uitkijken naar een interessant rendement. Iemand die de pensioenleeftijd nadert, doet er dan weer beter aan om voor een verzekering te kiezen. Zo vermijdt hij dat hij net vóór hij met pensioen gaat, eventueel een deel van zijn pensioenkapitaal in rook ziet opgaan door dalende financiële markten.
Maar er zijn ook nog een aantal andere verschillen tussen beide pensioenspaarformules:
- Op uw 60ste verjaardag (of op de tiende verjaardag van het contract als u gestart bent met pensioensparen na uw 55ste) betaalt u 8 % taks op het gespaarde kapitaal. Voor een pensioenspaarverzekering wordt deze 8 % berekend op het gewaarborgde kapitaal, niet op de winstdelingen. Hebt u voor een pensioenspaarfonds gekozen, dan betaalt u 8 % taks op uw kapitaal, gekapitaliseerd tegen een fictief rendement van 4,75 %. Zelfs als uw werkelijke rendement lager ligt dan 4,75 %.
- Bij een pensioenspaarverzekering kunt u een aantal aanvullende waarborgen inbouwen. Een overlijdensverzekering of een bescherming tegen invaliditeit behoort tot de mogelijkheden. Bij een pensioenspaarfonds zijn er geen aanvullende waarborgen mogelijk.
- Op het moment dat u start met een pensioenspaarverzekering, duidt u een begunstigde bij overlijden aan. Deze persoon ontvangt het opgebouwde pensioenkapitaal als u vóór de einddatum zou overlijden. Dit kan uw echtgenoot of echtgenote zijn, uw wettelijk samenwonende partner of een familielid tot de tweede graad. Binnen deze grenzen kunt u de begunstigde bij overlijden op elk moment wijzigen, als u dat wenst.
Een pensioenspaarfonds daarentegen komt na uw overlijden in uw nalatenschap terecht en wordt verdeeld volgens de geldende regeling, samen met de rest van uw vermogen.
Samengevat:
Welke keuze u maakt, hangt in principe samen met uw bereidheid om risico te lopen, met uw leeftijd en met het belang dat u hecht aan eventuele aanvullende waarborgen of aan een regeling voor het gespaarde kapitaal na uw overlijden.
______________________________
Vertrek met een gerust hart op vakantie!
20/6/2016
U bent op zoek naar een interessante belegging met een aantrekkelijk rendementspotentieel. U weet ook dat een belegging met een potentieel hoger rendement een zeker risico inhoudt en dus regelmatig opgevolgd moet worden. Geen adempauze tijdens uw vakantie dan? Toch wel! Met een tak 23-beleggingsverzekering met beschermingsmechanismen kunt u op beide oren slapen.
Dankzij deze beleggingsverzekering kunt u in alle rust van uw vakantie genieten. Deze verzekering wordt beheerd door specialisten en kan bijvoorbeeld twee beschermingsmechanismen bevatten die automatisch in werking treden bij schommelingen op de financiële markten, volgens vooraf bepaalde parameters.
Welke voordelen biedt dit type beleggingsverzekeringen?
Naast de voordelen die bepaalde ingebouwde beschermingsmechanismen bieden en die we hierna meer in detail bespreken, zijn tak 23-beleggingsverzekeringen heel flexibel:
- U kunt een eenmalige premie storten of geleidelijk aan sparen en dat al vanaf een relatief klein bedrag (2500 euro als eenmalige premie of vanaf 360 euro per jaar).
- U kiest zelf het fonds waarin u wenst te beleggen uit een ruime waaier van fondsen, beheerd door zorgvuldig gekozen fondsenbeheerders. Alle beleggersprofielen vinden zeker iets op hun maat.
- U kunt ook een uitgebreide overlijdensdekking genieten.
- Als noch de duur, het bedrag of het rendement gewaarborgd is, betaalt u geen roerende voorheffing, zowel bij eventuele afkopen, als in geval van storting van het overlijdenskapitaal.
Hoe werken de twee beschermingsmechanismen?
- De Winstbeschermer
Vanaf een bepaald niveau (10 %, 20 % of 30 % naargelang de gekozen beleggingsverzekering), worden de opgebouwde meerwaarden overgedragen naar een defensiever fonds. Op die manier zijn de verworven meerwaarden beschermd.
- De Verliesbeperker
In geval van daling tot een bepaald niveau (- 5 %, – 10 %, – 20 % of – 30 % naargelang de gekozen beleggingsverzekering) wordt de totaliteit van uw belegging overgedragen naar een defensiever fonds.
U beslist ook wat er gebeurt met de overgedragen reserve als het beschermingsmechanisme in werking is getreden. Naargelang de gekozen beleggingsverzekering kunt u ervoor kiezen om op uw eigen ritme te herbeleggen, of u kunt opteren voor een automatische herbelegging. In dit laatste geval worden de overgedragen eenheden automatisch maandelijks herbelegd in het gekozen basisfonds.
U kunt ook opteren voor een dynamische aanpassing van de Verliesbeperker. Zo wordt het beschermingsmechanisme aangepast aan de positieve evolutie van de belegging, zodra het belegde kapitaal met een bepaald, vooraf in het contract voorziene percentage, stijgt.
Als u niet kiest voor deze dynamische aanpassing, treedt het beschermingsmechanisme Verliesbeperker pas in werking als het in het contract voorziene startniveau wordt bereikt, zelfs als de eenheidswaarde ondertussen is gestegen. U beslist dan zelf wanneer u een hoger beschermingsniveau wenst in te voeren.
Afhankelijk van de gekozen beleggingsverzekering zijn deze beschermingsmechanismen automatisch of optioneel.
Op lange termijn kunnen ze het rendement van uw belegging verbeteren. Zo kunt u het hele jaar door op beide oren slapen. Ook tijdens uw vakantie, zodat u volop kunt genieten zonder zorgen over de opvolging van uw belegging.
_________________________
Bent u klaar voor een optimale belastingaangifte?
Door AG Insurance
25/5/2016
Er is geen ontkomen aan. De komende weken moet elke belastingplichtige Belg zijn belastingaangifte invullen. Een vervelende jaarlijkse klus die er de laatste jaren niet eenvoudiger op geworden is.
Kiest u voor een papieren aangifte, dan hebt u de tijd tot 30 juni om de klus te klaren. Belastingplichtigen die hun aangifte elektronisch indienen via Tax-on-web, krijgen twee weken langer respijt. Voor hen is de ultieme deadline 13 juli.
Tax-on-web biedt nog heel wat andere voordelen. Zo begeleidt de site u bij de berekening van het bedrag dat u moet aangeven voor uw hypothecaire lening, de vergoeding die u kreeg voor uw verplaatsingskosten naar het werk, de uitgaven die u deed voor kinderopvang, investeringen voor energiebesparing, … En het programma maakt op het einde een simulatie van de belastingafrekening die u mag verwachten. Zo weet u meteen wat u zult moeten bijbetalen of welk bedrag u zal terugkrijgen. Op voorwaarde dat de fiscus de aangifte aanvaardt zoals u ze hebt ingediend natuurlijk.
Steeds meer belastingplichtigen krijgen een door de belastingadministratie vooraf ingevulde aangifte in de brievenbus. Zij kunnen een zogenoemde vereenvoudigde aangifte doen. Alle gegevens waarover FOD Financiën beschikt, zijn reeds opgenomen in deze aangifte. Enkel als zij niet akkoord gaan met dit voorstel, moeten zij dit melden. Dat kan schriftelijk of via Tax-on-web.
De jaarlijkse belastingaangifte is een ideaal moment om na te kijken of je alle mogelijke aftrekposten wel optimaal benut. Heel wat levensverzekeringen geven immers recht op een fiscaal voordeel. En het zou zonde zijn als dit aan uw neus voorbijging.
Als u in de loop van 2015 een bedrag gespaard hebt in uw pensioenspaarverzekering, dan zult u merken dat dit al vooraf ingevuld staat in de elektronische aangifte. In 2015 kon u maximaal 940 euro storten. Als de wettelijke voorwaarden vervuld zijn, krijgt u een fiscaal attest waarin het bedrag dat u in 2015 gespaard hebt, vermeld staat. In functie van uw persoonlijke situatie geeft, pensioensparen geeft recht op een belastingvermindering van 30 % (plus gemeentetaksen). Doet u nog niet aan pensioensparen? U kunt aan pensioensparen doen tot het jaar waarin u 64 wordt. Op uw 60ste verjaardag (of op de tiende verjaardag van uw contract als u gestart bent na uw 55ste) wordt er een anticipatieve taks van 8 % ingehouden. Stortingen die u nadien doet, zijn volledig vrijgesteld van belastingen.
In 2015 was het maximale bedrag dat u fiscaal in mindering kunt brengen in het kader van het langetermijnsparen 2260 euro. Ook dit levert een fiscaal voordeel van 30 % op (plus gemeentetaksen). Voor langetermijnsparen bedraagt de anticipatieve taks die ingehouden wordt op uw 60ste (of op de tiende verjaardag van uw contract afgesloten na de leeftijd van 55 jaar) 10 %.
Het maximale bedrag dat u kunt storten in langetermijnsparen hangt samen met uw persoonlijke situatie en inkomen. Op de site van AG Insurance vindt u een handige tool om het maximale bedrag dat voor u van toepassing is, te berekenen.
Langetermijnsparen is vooral iets voor u als u nog geen hypothecaire lening hebt of als u uw hypothecaire lening volledig terugbetaald hebt. Kapitaaldelgingen en intresten van een woonlening en de premie die u betaalt voor uw schuldsaldoverzekering worden immers in dezelfde fiscale korf afgetrokken. In de praktijk komt dat erop neer dat u meestal geen fiscale ruimte meer hebt om aan langetermijnsparen te doen zolang uw hypothecair krediet nog loopt.
Heel wat schuldsaldoverzekeringen worden momenteel buiten fiscaliteit afgesloten. Kapitaaldelgingen en intresten van een hypothecaire lening vullen de fiscale korf in de meeste gevallen volledig op, zodat het geen zin meer heeft om ook de premies van schuldsaldoverzekeringen fiscaal in mindering te brengen.
Kiest u toch voor een fiscaal aftrekbare schuldsaldoverzekering en hebt u deze verzekering afgesloten in 2015, dan ontving u recent een basisattest. Hierin verklaart de verzekeringsmaatschappij dat uw contract aan alle wettelijke voorwaarden voldoet. Voeg dit basisattest zeker bij uw papieren aangifte of scan het in en voeg het toe aan uw elektronische aangifte.
Elk jaar dat u een premie stort, krijgt u een betalingsattest. Het hierop vermelde bedrag mag u op in belastingaangifte opnemen en kan recht geven op fiscaal voordeel.
Een correcte en optimale belastingaangifte indienen, is geen eenvoudig karwei. Hebt u vragen over uw belastingaangifte en uw verzekeringen, dan kan uw vertrouwde adviseur in uw bankkantoor of uw makelaar u zeker helpen.
Ook de belastingadministratie zelf kan u bijstaan. Dit laatste kan via volgende kanalen:
- in de kantoren van de FOD Financiën (tot 30 juni van 9 tot 12 uur en tijdens de maand juni tot 15 uur)
• via gemeentelijke zitdagen
• op zaterdag, in verschillende winkelcentra
• per telefoon (contact center 02 572 57 57)
• op de website van de FOD Financiën
_________________________
De individuele levensverzekering voor kinderen
13/4/2016
Ouders, grootouders, … kunnen bepaalde spaarverzekeringen met gewaarborgd rendement afsluiten voor een kind of kleinkind om voor hen een startkapitaal op te bouwen voor later, zodat ze een goede start in het leven kunnen nemen.
Wat?
De spaarverzekering met gewaarborgd rendement voor kinderen is een individuele tak 21-levensverzekering die zekerheid en rendement combineert. Naast de kapitaalsgarantie wordt op elke geïnvesteerde nettopremie een interestvoet toegepast die gewaarborgd blijft tijdens de volledige looptijd van het contract. U bent zeker dat u de op dat ogenblik geldende interestvoet geniet voor elke storting die u uitvoert. Dat rendement kan nog verhogen dankzij de eventuele jaarlijkse winstdelingen, die afhangen van de economische conjunctuur en de financiële resultaten van de verzekeringsmaatschappij.
Een tak 21-spaarverzekering is een soepele verzekering. U beslist wanneer en hoeveel u spaart. Zo kunt u bijvoorbeeld elke maand een vast bedrag sparen of de eerste keer een groter bedrag storten om daarna gerichte stortingen uit te voeren, afhankelijk van uw financiële mogelijkheden.
Vaak kunt u zelfs opteren voor een bijkomende overlijdensdekking, zodat uw (klein)kind een aanvullend bedrag ontvangt, boven op het gespaarde geld, als u zou overlijden vóór het einde van het contract.
Bovendien houdt u de controle over het spaargeld. Zo kunt u ervoor kiezen dat het kapitaal op de einddatum rechtstreeks aan het kind wordt uitbetaald, door het aan te duiden als begunstigde van de verzekering. Maar u kunt ook uzelf aanduiden als begunstigde zodat u het kapitaal later persoonlijk aan uw (klein)kind kunt overhandigen op een moment dat u zelf verkiest, na de vervaldag van het contract. U wil immers dat uw (klein)kind bewust omgaat met het ontvangen geld en wijsheid komt vaak pas met de jaren.
Bij het afsluiten van de levensverzekering bepaalt u trouwens de looptijd: het contract kan bijvoorbeeld aflopen als het kind 18, 21 of 24 jaar is.
Als verzekeringsnemer kunt u uw keuzes op elk moment wijzigen in de loop van het contract, want u weet nooit wat de toekomst brengt. Misschien bent u op een dag wel genoodzaakt om een volledige of gedeeltelijke afkoop te vragen? Geen probleem met de tak 21-spaarverzekering. Er kunnen echter wel afkoopkosten worden aangerekend en een eventuele financiële correctie is mogelijk. In geval van afkoop tijdens de eerste 8 jaar is bovendien roerende voorheffing verschuldigd. Wat niet het geval is op de vervaldatum van het contract, aangezien tak 21-verzekeringen een minimumduur van 8 jaar hebben. Merk ook op dat de stortingen op dit ogenblik onderworpen zijn aan een verzekeringstaks van 2 %.
Klanten die iets meer risico willen nemen, kunnen eventueel opteren voor een combinatie van tak 21- en tak 23-levensverzekeringsproducten voor kinderen. U kiest dan zelf het deel dat u veilig belegt in tak 21, en het deel dat u investeert in tak 23-beleggingsfondsen, iets risicovoller maar met een potentieel hoger rendement.
Om uw oogappel een financieel duwtje in de rug te geven, bestaan er dus verschillende alternatieven. Voor ieder een spaaroplossing op maat …
_________________________
Wat gebeurt er met uw gezin / bedrijf als u er plots niet meer zou zijn?
22/3/2016
Niemand staat graag stil bij de eindigheid van zijn leven. Doch is de zekerheid dat u er vroeg of laat niet meer zult zijn, een belangrijk element bij elke beslissing die u neemt op financieel vlak. U doet er dus goed aan om hiermee rekening te houden.
Uw wagen en uw woning zijn goed verzekerd. Dat spreekt voor zich. Maar hoe zit het met de mensen uit uw directe omgeving? Zijn zij even goed beschermd? Kunnen uw nabestaanden de touwtjes aan elkaar blijven knopen als uw inkomen plots wegvalt? Welke gevolgen heeft uw overlijden voor het gezinsbudget? Blijven er voldoende middelen over om de studies van de kinderen te betalen? Om de geplande verbouwingen aan de gezinswoning uit te voeren? Kortom: komt de financiële slagkracht van het gezin niet in gevaar als de overlevende partner op één inkomen terugvalt?
Het zijn belangrijke vragen die we al te vaak uit de weg gaan. Tot het te laat is.
Een overlijdensverzekering op maat is een mogelijke oplossing om de protection gap – het verschil tussen de financiële behoeften en het beschikbare inkomen na een overlijden – waar heel wat gezinnen mee kampen, te overbruggen.
Bedrijfsleiders vormen uiteraard geen uitzondering op dit vlak. Ook zij hebben vaak een gezin met kinderen. Maar zij moeten zich – boven op de zorgen over de financiële toekomst van partner en kinderen – ook bezinnen over de toekomst van hun bedrijf.
Zij hebben dit bedrijf dag na dag vaak met bloed, zweet en tranen uitgebouwd tot wat het nu is.
En precies daarom verdient het een optimale bescherming.
Hieronder een paar voorbeelden van een protection gap die de toekomst van de onderneming kan bedreigen.
Het overlijden van de spilfiguur van een onderneming kan zeer zware gevolgen hebben voor de toekomst ervan, meer zelfs: het kan het voortbestaan van de onderneming in gevaar brengen. Door het overlijden verdwijnt immers heel wat knowhow uit de onderneming, met alle gevolgen van dien. Tijdelijk een (dure) externe consultant onder de arm nemen kan soelaas bieden. Maar heeft de onderneming wel de nodige financiële middelen om dit te bekostigen?
En wat gebeurt er met de aandeelhouderstructuur van de onderneming als de bedrijfsleider overlijdt? In principe komen de aandelen van de overleden vennoot dan in diens nalatenschap terecht. Hierdoor bestaat het risico dat erfgenamen die niet meteen over de nodige operationele capaciteiten beschikken om een onderneming te leiden, mee aan het roer komen te zitten. Met mogelijk negatieve gevolgen voor het goede beheer van het bedrijf.
Ondernemen vergt heel wat investeringen. Vaak worden die gefinancierd door investeringskredieten bij een financiële instelling. Het spreekt voor zich dat die kredieten moeten worden terugbetaald door de onderneming, ook als de bedrijfsleider langere tijd afwezig is of overlijdt.
In alle voorbeelden biedt een goede overlijdensdekking soelaas. Deze verzekering betaalt dan een kapitaal uit dat kan worden gebruikt om een consultant onder de arm te nemen, om de aandelen van de overleden vennoot in te kopen of om de investeringskredieten terug te betalen.
Conclusie: zowel voor particulieren als voor bedrijfsleiders geldt: denk eraan vóór het te laat is. Een optimale financiële bescherming van uw dierbaren of van uw bedrijf tegen overlijden, is een must. Ga het gesprek hierover niet uit de weg.
_________________________
Vastgoedproject?
25/2/16
Eind februari opent traditiegetrouw de jaarlijkse beurs voor interieur, renovatie en bouw. Wie weet hebt u zelf (ver)bouwplannen en plant u een bezoekje?
De aankoop van onroerend goed gaat dikwijls gepaard met het afsluiten van een schuldsaldoverzekering. Dit is niet zomaar een ‘noodzakelijk kwaad’ dat enkel belangrijk is bij het afsluiten van het hypothecair krediet. De eerste functie ervan is uw naasten beschermen tegen de financiële gevolgen van een onverwacht overlijden. In dat geval dekt de schuldsaldoverzekering het openstaande saldo van de woonlening. Uw naasten hoeven dit dan niet terug te betalen en kunnen op die manier hun levensstandaard behouden.
Meestal kunt u zelf het dekkingspercentage van uw schuldsaldoverzekering kiezen. Als u opteert voor een 100 % dekking, kunt u er zeker van zijn dat de lening volledig wordt terugbetaald als u zou overlijden. Als u kiest voor een dekking van 50 % moet uw echtgeno(o)t(e) de helft van het woonkrediet blijven afbetalen.
Daarnaast kunt u ook het type betaling specifiëren (eenmalige premie of premie gespreid in de tijd enz.). Bovendien zijn de premies van de schuldsaldoverzekering onder bepaalde voorwaarden fiscaal aftrekbaar.
Een optionele waarborg van de schuldsaldoverzekering kan u in sommige gevallen beschermen tegen het risico op invaliditeit. Ook dit kan immers zware financiële gevolgen hebben voor uw naasten. Arbeidsongeschiktheid wegens invaliditeit kan zwaar doorwegen op de financiën van het gezin. Dankzij deze dekking ontvangt u een rente die uw huishoudbudget aanvult.
Bovendien is het voor mensen die nog geen onroerend goed bezitten mogelijk om de schuldsaldoverzekering voor te financieren via een spaarverzekering. U geniet een onmiddellijk fiscaal voordeel op de premies gestort in het kader van langetermijnsparen (fiscaal voordeel van 30 % + gemeentebelasting). Ook de eindtaxatie is voordelig*. Het rendement is gewaarborgd dus hierover hoeft u zich geen zorgen te maken. Hoe jonger u begint te sparen, hoe groter uiteraard het kapitaal dat u opbouwt voor uw eventuele vastgoedproject. Op het moment dat u beslist om een appartement of huis te kopen, kunt u uw spaarverzekering volledig of gedeeltelijk gebruiken om de hypothecaire lening te dekken in geval van overlijden. U kunt uw spaarverzekering met andere woorden omzetten in een schuldsaldoverzekering. Dit is erg interessant aangezien u de premies al hebt afgetrokken in het kader van langetermijnsparen.
En wat gebeurt er als u deze spaarverzekering nooit gebruikt om een onroerend goed aan te schaffen of als u slechts een deel van uw spaarverzekering aanwendt om de overlijdensverzekering gelinkt aan uw woonlening te financieren? Dan loopt het contract gewoon door tot de vervaldag (meestal uw 65e verjaardag), wat u een mooi pensioenkapitaal oplevert.
Op uw 60e verjaardag of op de 10e verjaardag van het contract dat u afsloot na uw 55e, wordt een anticipatieve heffing van 10 % (eenmalige belasting) afgehouden van het opgebouwde pensioenkapitaal (rekening houdend met de andere wettelijke verplichtingen). Dankzij deze eenmalige anticipatieve heffing betaalt u geen belastingen meer op de stortingen na uw 60 jaar (de 10e verjaardag). Bij vervroegde afkoop van uw contract wordt het kapitaal belast aan 33 % (verhoogd met de gemeentebelasting) in plaats van aan het voordelige tarief van 10 %.
_________________________
Pensioensparen: beter in januari dan in december?
28/1/2016
Momenteel doen ongeveer 3 miljoen mensen aan pensioensparen, een fiscaalvriendelijke manier om een broodnodig aanvullend pensioenkapitaal op te bouwen.
Ongeveer de helft van hen doet dit via een verzekering, de andere helft koos voor een beleggingsfonds.
Tot en met 2018 bedraagt het maximale spaarbedrag dat een pensioenspaarder jaarlijks kan opzijzetten 940 euro. Hij of zij recupereert dan 30 % van dit bedrag via de belastingen. Een maximale storting levert dus een niet te versmaden fiscaal voordeel van 282 euro (+ gemeentetaksen) op.
Tegenover deze belastingvoordelen staat een eindbelasting van 8 %, die geïnd wordt op de 60ste verjaardag van de pensioenspaarder (of na een looptijd van 10 jaar voor contracten die afgesloten werden vanaf 55 jaar).
Heel wat pensioenspaarders sparen maandelijks. Ongeveer een vijfde van de mensen die aan pensioensparen doen, stort het volledige bedrag in december, vaak zelfs pas tijdens de laatste dagen van het jaar.
Wat is nu het beste moment in het jaar om aan pensioensparen te doen?
Vanuit fiscaal oogpunt maakt dat niets uit. Belangrijk is dat u het bedrag dat u wilt sparen, stort vóór 31 december van het lopende jaar. Alleen dan hebt u recht op fiscaal voordeel voor dat inkomstenjaar. 31 december is de onherroepelijke deadline. Op zich is dat al een argument om niet te wachten tot het allerlaatste moment, want dan loopt u het risico dat het er uiteindelijk niet van komt.
Voor uw rendement is het zeker niet beter om te wachten tot het einde van het jaar. Integendeel. Een spaarinspanning in het begin van het jaar loont, zeker als u gekozen hebt voor een pensioenspaarverzekering. Met een verzekering bent u immers zeker van een gegarandeerde rentevoet. Eventuele jaarlijkse winstdelingen kunnen uw gegarandeerde opbrengst nog laten oplopen.
Hoe vroeger u uw spaarbedrag stort, hoe meer intresten het gespaarde bedrag oplevert.
Onderschat de invloed van deze zogenoemde rentesneeuwbal zeker niet. Door systematisch in het begin van het jaar te storten komt u na tien, twintig, dertig of wie weet zelfs veertig jaar op een aanzienlijk hoger spaarbedrag uit. Rente op rente zorgt immers voor een echt hefboomeffect.
Hebt u het volledige spaarbedrag in het begin van het jaar al beschikbaar? Waarom zou u dan wachten tot in december? Ziet u het niet zitten om onmiddellijk in januari het volledige bedrag te sparen, dan kiest u het best voor maandelijkse, driemaandelijkse of zesmaandelijkse stortingen. Wachten tot de laatste week van het jaar is de minst goede keuze.
Er is echter één uitzondering op deze algemene regel. In het jaar dat u 60 wordt, stort u uw spaarbedrag het beste na uw verjaardag. De taxatie van 8 % gebeurt immers op uw 60ste verjaardag. Stortingen die u nadien doet, zijn nog altijd fiscaal aftrekbaar, maar zullen nooit meer getaxeerd worden. Wacht dus in dat jaar even met storten tot de taxatie gebeurd is.
ps: Doet u aan pensioensparen via een beleggingsfonds, dan is het advies minder eenduidig. Men weet immers nooit van te voren hoe de financiële markten zullen evolueren in de loop van het jaar. In dat geval is spreiding van de stortingen over het jaar, bijvoorbeeld via maandelijkse spaarinspanningen, waarschijnlijk de beste oplossing.
__________________________________
Hoe veilig beleggen bij instabiele markten?
10/12/2015
De huidige markten zijn instabiel en vrij volatiel. Hoe kunt u nog veilig beleggen?
Beleggingsverzekeringen zijn een ideale oplossing als u in deze omstandigheden een zekere bescherming van uw kapitaal wilt. Hierbij enkelen voorbeelden aan beleggingsoplossingen die aangepast zijn aan uw wensen.
Welke oplossing past het best bij u?
Tak 21
Als u geen risico wilt nemen, bestaan er tak 21-beleggingsverzekeringen, die zowel kapitaalsbescherming als een gewaarborgde interestvoet bieden. De gewaarborgde rentevoet kan aangevuld worden met eventuele winstdelingen. Op die manier geniet u een aantrekkelijk rendement en 100% zekerheid.
Gestructureerde tak 23-fondsen
Wenst u een hoger rendement, maar behoudt u ook graag een zekere bescherming, dan is een gestructureerd tak 23–fonds iets voor u. Kenmerken van een gestructureerd tak 23-fonds zijn de beperkte inschrijvingsperiode en de vaste termijn. De nettopremie is gedeeltelijk of volledig beschermd op de einddatum. Regelmatig worden nieuwe fondsen gelanceerd en afhankelijk van de uitgiftes is uw nettopremie gedeeltelijk of volledig beschermd. De meerwaarde die betaald wordt op de vervaldag, hangt af van de structuur en de evolutie van de onderliggende waarden.
Open tak 23-fondsen
Wilt u een meer dynamische portefeuille, dan zijn er de beleggingsverzekeringen van tak 23,
waarmee u in open fondsen kunt beleggen.
Binnen deze beleggingstak hebt u meerdere keuzes:
Ofwel combineert u een rendementspotentieel met een zekere risicobeheersing dankzij twee beschermingsmechanismen: de Winstbeschermer en de Verliesbeperker.
U kiest zelf een basisfonds. De Winstbeschermer beschermt de behaalde winsten bij elke verhoging van 10% of meer, door ze over te hevelen naar een meer defensief fonds. De Verliesbeperker gaat dan weer automatisch de reserveverplaatsen naar een meer defensief fonds als er een verlies van 5% of meer wordt opgetekend. Vervolgens kan de reserve maandelijks ‘automatisch’ herbelegd worden in het basisfonds dat u gekozen hebt.
Overlijdensdekking, vermogensoverdracht en geen roerende voorheffing
Geen roerende voorheffing
Op de tak 21-verzekeringen bent u enkel roerende voorheffing verschuldigd als u de verzekering afkoopt tijdens de eerste 8 jaar van het contract. Op de tak 23-verzekeringen is geen roerende voorheffing
verschuldigd, behalve als de verzekering een gewaarborgd rendement biedt (dan is de voorheffing niet meer van toepassing na 8 jaar). Er is dus geen voorheffing verschuldigd als de tak 23-verzekering geen rendementswaarborg biedt.
Mogelijkheid tot afkoop
De meeste oplossingen bieden u de mogelijkheid om gedeeltelijke of volledige afkopen uit te voeren, op
bepaalde momenten of periodiek. Aangezien u geen roerende voorheffing moet betalen voor tak 23-verzekeringen, kunt u zo op een voordelige manier een regelmatig inkomen genieten.
Verzekeringstaks
De staat houdt een taks van 2% in op de premies die u stort in deze beleggingsoplossingen. Deze taks werd in 2006 in het leven geroepen om het fiscale evenwicht tussen de beleggingsverzekeringen en de
bancaire fondsen te herstellen. Na een beslissing van de regering-Di Rupo steeg deze heffing van 1,1% naar 2%.
Ondanks deze taks blijven de beleggingsverzekeringen fiscaal voordelig.
Kosten
Sommige aanbieders houden slechts één keer instapkosten in, bij de onderschrijving. Zo komt u dus nooit voor een onaangename verrassing te staan. Anderen rekenen jaarlijks beheerkosten aan die, rekening houdend met de duur van het contract, relatief hoog kunnen oplopen. Binnen tak 21 en tak 23 kan er (naargelang de gekozen verzekering) ook een afkoopvergoeding van toepassing zijn.
Verzekeringsstructuur
Een ander gemeenschappelijk kenmerk van de voorgestelde beleggingsoplossingen is de verzekeringsstructuur, met een verzekeringsnemer, een verzekerde en een begunstigde. Deze structuur is flexibel, want u kunt bijkomende stortingen doen en eventueel afkopen. Daarnaast biedt de verzekeringsstructuur u de mogelijkheid om via de begunstigingsclausule een som geld over te maken aan een derde persoon zonder dat u een testament opstelt.
In die optiek kunt u de levensverzekering gebruiken als een middel voor vermogensoverdracht.
Overlijdensdekking
In tak 21 is automatisch een overlijdensdekking opgenomen. De begunstigde ontvangt de gekapitaliseerde nettostortingen, verhoogd met de eventuele winstdelingen.
In tak 23 is de overlijdensdekking gratis, maar onderworpen aan enkele voorwaarden: periodieke afkopen op het contract zijn niet mogelijk en de verzekerde mag niet ouder zijn dan 68 jaar bij de onderschrijving van het contract.
De overlijdensbegunstigde ontvangt altijd minstens de belegde nettowaarde, zelfs als bij overlijden de inventariswaarde lager is dan de startwaarde. Deze gratis overlijdensdekking loopt af op 70 jaar.
Als de verzekerde deze gratis overlijdensdekking niet geniet, recupereert de begunstigde bij overlijden uiteraard de waarde van de reserve van het contract als de verzekerde overlijdt.
_____________________________________________
Turbulente tijden
Door Wim Vermeir
19/10/2015
De voorbije twee maanden zijn de aandelenmarkten in woelig vaarwater terechtgekomen. Directe aanleiding voor de dip in de koersen zijn enerzijds de beslissing van de Fed om de rente in de Verenigde Staten niet te verhogen, en het dieselschandaal bij Volkswagen.
Fed houdt het status quo
Na maanden van gespeculeer verraste de Fed menig analist door de referentie rente niet te verhogen. Al sinds de lente gingen de markten ervan uit dat een renteverhoging in september een quasi zekerheid was, gezien de Amerikaanse economie al een behoorlijk herstel heeft gekend en de werkloosheidsgraad is teruggevallen tot 5,1%, wat historisch altijd aanleiding gaf tot een verhoging. Maar deze keer dus niet. Fed voorzitster Yellen motiveerde de beslissing door te wijzen op de sterke dollar, waardoor Amerikaanse bedrijven moeilijker kunnen concurreren. Tegenover de belangrijkste handelspartners van de Verenigde Staten is de dollar dit jaar al met 8% in waarde toegenomen, en deze trend zou zich kunnen verderzetten wanneer de rente in de VS omhoog gaat.
Een ander element dat werd aangehaald is de onderliggende sterkte van de arbeidsmarkt. Alhoewel de werkloosheidsgraad zeer laag is, stellen we vast dat er een groot aantal werknemers slechts part time zijn tewerkgesteld en maar al te graag een full time contract zouden krijgen. Dit wijst erop dat de arbeidsmarkt onderliggend minder sterk is dan we op het eerste zicht zouden denken en dat potentiële loonsverhogingen ook zeer bescheiden zullen zijn. Dat is dan weer negatief voor de consumptie.
Tenslotte verwees Yellen ook naar verzwakking van de globale groei, en meer in het bijzonder naar China en de andere groeimarkten. De geleidelijke liberalisering van de Chinese economie gaat gepaard met de nodige volatiliteit wat de nervositeit van zowel investeerders als centrale bankiers doet toenemen.
De aandelenmarkten reageerden duidelijk negatief op de rentebeslissing omdat de bijhorende motivering de vrees doet oplaaien dat het economisch herstel duidelijk zwakker is dan verwacht. De Fed had gehoopt met een status quo de belegger gerust te stellen, maar dat is duidelijk een inschattingsfout gebleken. Voorzitster Yellen was er dan ook snel bij om duidelijk te stellen dat de meeste Fed-leden de rente nog dit jaar willen verhogen, zij het in oktober of december. En zo kunnen de markten weer beginnen speculeren wanneer de rente nu eindelijk wordt verhoogd…
Alsof de nervositeit nog niet hoog genoeg was, kwam het bericht dat Volkswagen jarenlang bedrog heeft gepleegd met hun dieselmotoren. We weten allemaal al lang dat het geafficheerde brandstofverbruik en CO2 uitstoot in een labomgeving van zowat alle wagens een onderschatting is, maar met het bewust inbouwen van software die de testen manipuleert, heeft Volkswagen de grenzen van de ondernemingsfraude significant verlegd. De ganse dieselgate zorgde voor een significante correctie van de autosector.
Interessante waardering
Na de correctie op de aandelenmarkten is de waardering van Europese aandelen opnieuw interessant. De waardering is opnieuw beneden het lange termijn gemiddelde gedaald. Een relatief lage waardering, in combinatie met aantrekkende bedrijfswinsten – vorig kwartaal stegen de winsten met 15% – stemt ons op middellange termijn positief over aandelen. We zien de huidige correctie dan ook als een aankoopopportuniteit.
_____________________________________________
Combinatie roerende schenking en levensverzekering: a winning formula
24/9/2015
Sinds de invoering van een gunstigere fiscaliteit enkele jaren geleden, is de ‘roerende schenking’ één van de meest populaire technieken voor mensen, al dan niet gepensioneerd, die nu al een deel van hun vermogen wensen over te dragen en maximaal willen anticiperen op de soms zeer hoge successierechten die moeten worden betaald op het ogenblik van een overlijden.
Deze mensen willen graag al een deel van hun vermogen wegschenken, maar vaak zijn ze toch bezorgd omdat ze hun levensstandaard willen behouden en de zekerheid willen hebben om over een inkomen te beschikken indien nodig. Vaak willen ze ook het geschonken geld recupereren na het onverwachte vooroverlijden van de begiftigde. Deze specifieke voorwaarden kunnen vastgelegd worden op het ogenblik van de schenking.
In dit kader biedt de combinatie ‘roerende schenking’ en ‘levensverzekering’ interessante troeven.
De klassieke voordelen van elke roerende schenking …
Een roerende schenking bij leven biedt enkele voordelen:
Ten eerste is een roerende schenking bestemd voor de persoon die u zelf kiest, en niet enkel voor de wettige erfgenamen. U kunt er iemand die u nauw aan het hart ligt, mee bevoordelen door hem of haar aan te duiden als begunstigde. Houd daarbij wel rekening met het gedeelte waarop de beschermde erfgenamen (‘reservataire’ erfgenamen) recht hebben.
U kunt schenken wat u wilt (binnen de grenzen van het beschikbare deel van de erfenis welteverstaan) en wanneer u wilt (u hoeft niet per se te wachten tot uw pensioen).
In principe moeten roerende schenkingen voor een notaris gebeuren, met registratie van de schenking en betaling van schenkingsrechten. Omdat er schenkingsrechten worden betaald, zijn er later geen successierechten meer verschuldigd voor het geschonken goed.
Bepaalde vormen van schenking, meer bepaald manuele giften en schenkingen via bankoverschrijving, kunnen echter gebeuren zonder tussenkomst van een notaris en dus zonder automatische betaling van schenkingsrechten.
Omdat deze giften niet geregistreerd worden bij een notaris, kunt u enkel successierechten op voorwaarde dat de schenker niet overlijdt binnen de drie jaar die volgen op de schenking. Bij overlijden binnen die termijn zijn er wel successierechten verschuldigd. Men kan er echter altijd voor kiezen om de schenking te laten registreren, zodat er geen successierechten meer verschuldigd zijn bij het overlijden van de schenker (maar in dat geval dienen er schenkingsrechten te worden betaald).
De schenkingsrechten variëren van gewest tot gewest:
Waals gewest | Brussels gewest | Vlaams gewest | |
Directe lijn, echtgenoot, wettelijk samenwonenden | 3,3 % | 3 % | 3 % |
Broers en zussen, ooms en tantes, neven en nichten | 5,5 % | 7 % | 7 % |
Andere | 7,7 % | 7 % | 7 % |
Cijfers augustus 2015
Een roerende schenking maakt het mogelijk om een dierbare te helpen bij het verwezenlijken van zijn projecten en toch successierechten te vermijden, op voorwaarde dat de schenker niet overlijdt binnen de drie jaar.
De overlijdensverzekering om de successierechten te verzekeren …
Er bestaat nog een andere manier om eventuele successierechten na een roerende schenking te vermijden: een tijdelijke overlijdensverzekering van 3 jaar, die het bedrag van de successierechten dekt, voor het geval de schenker zou overlijden binnen die periode.
De meerwaarde van een levensverzekeringscontract …
Zoals we hierboven al kort aanhaalden, kunnen de partijen die betrokken zijn bij de schenking, bepaalde specifieke voorwaarden voorzien, zoals een ‘financiële last’ en/of een ‘conventionele terugkeer’.
In geval van een ‘financiële last’ geeft de schenker een deel van zijn vermogen aan de begiftigde op voorwaarde dat de schenker zolang hij leeft, kan aanspraak maken op een bepaald inkomen. De financiële last, waarvan het bedrag en de periodiciteit worden vastgelegd op het ogenblik van de schenking, kan automatisch of facultatief zijn (“op verzoek”).
In geval van ‘conventionele terugkeer’ geeft de schenker een deel van zijn vermogen aan de begiftigde, maar voorziet hij in de mogelijkheid om dit vermogen te recupereren als de begiftigde vóór hem zou overlijden.
En wat met de levensverzekering?
De levensverzekering maakt het mogelijk om deze clausules soepel en praktisch te vertalen en aan de schenker te garanderen dat ze worden uitgevoerd zoals het hoort. Ter illustratie twee concrete voorbeelden:
Voorbeeld 1:
Roger beslist om 100 000 euro te schenken aan zijn dochter Katrien via bankoverschrijving. Hij denkt echter ook aan zijn eigen toekomst en wil voor zichzelf een regelmatig inkomen voorzien. Zo nodig wenst hij een aanvulling bij zijn pensioen voor de betaling van een rusthuis of voor eventuele medische kosten. Hij wil dus een schenking doen aan zijn dochter, maar toch een periodieke som blijven ontvangen. Samen beslissen ze een schenking te combineren met een levenslange verzekering. Katrien is de verzekeringsnemer en de begunstigde in geval van overlijden en Roger is de verzekerde van deze verzekering.
Deze structuur voorziet ook in een overdracht van het recht op afkoop ten belope van de financiële last aan de schenker. Op die manier kan Roger periodieke betalingen ontvangen. Deze clausule moet ingebouwd worden bij het afsluiten van het contract. Roger is echter niet verplicht om deze uit te oefenen vanaf de sluiting van het contract. Hij kan de last vragen wanneer hij dit wenst. Het is een recht. Dit is een soort van voorzorgsmaatregel, een waarborg om een last te kunnen eisen als dat nodig is.
Als Roger overlijdt, gaat het vermogen naar zijn dochter Katrien. Er moeten geen successierechten betaald worden bij de vereffening van het contract (omdat het gaat om een beding ten behoeve van zichzelf en Katrien nog in leven is). Omdat de schenking niet geregistreerd werd, kunnen er echter successierechten verschuldigd zijn als Roger overleden is binnen de drie jaar volgend op de schenking.
Als Katrien het geld nodig heeft vóór Roger overlijdt, dan kan dit op ieder ogenblik, gedeeltelijk of volledig, op voorwaarde dat Roger hiermee akkoord gaat.
Voorbeeld 2:
Victor beslist om een schenking van 100 000 euro te doen via bankoverschrijving aan zijn dochter Paulien. Victor zou echter graag het geschonken bedrag recupereren als zijn dochter jammer genoeg vóór hem zou overlijden. Hij voegt dus een clausule van conventionele terugkeer toe in de roerende schenking. Na de schenking beslissen Victor en Paulien samen om een levenslange levensverzekering af te sluiten, zodat er zich later geen problemen stellen. Paulien is verzekeringsnemer en verzekerde en Victor de begunstigde bij overlijden.
Dankzij de clausule ‘conventionele terugkeer’ voorzien in de schenking en opgenomen in het levensverzekeringscontract bij de begunstigingsclausule, is Victor er zeker van dat hij zijn 100 000 euro recupereert, mocht Paulien vóór hem overlijden. De som geld werd geschonken aan Paulien (zij is verzekeringsnemer van het contract, het maakt deel uit van haar vermogen). Maar als Paulien vroegtijdig overlijdt, keert het geld terug naar Victor via de levensverzekering. Op het ontvangen kapitaal dat overeenstemt met de conventionele terugkeer voorzien op het ogenblik van de schenking, moet Victor geen successierechten betalen in geval van vooroverlijden van Paulien.
Merk ook op dat het mogelijk is om deze twee clausules te combineren binnen eenzelfde schenking en dat ze allebei opgenomen kunnen worden in hetzelfde levensverzekeringscontract.
De combinatie van een schenking en een levensverzekering is één van de talrijke mechanismen die het mogelijk maken om een deel van zijn vermogen op een soepele en voordelige manier over te dragen.
De levensverzekering is een nuttig hulpmiddel bij technieken voor optimalisering van vermogensoverdracht en successierechten in België. Bovendien levert het geld van de schenking dat geïnvesteerd werd in de levensverzekering, een aantrekkelijk rendement op voor de begiftigde. Verzekeraars bieden een volledige waaier van beleggingsproducten via levensverzekeringen, wat hen toelaat tegemoet te komen aan de behoeften van al hun klanten. Bovendien bestaat er een reeks constructies met levensverzekeringen die het mogelijk maken om de successierechten te optimaliseren in functie van de persoonlijke situatie en de persoon die men wenst te bevoordelen. Het is belangrijk om samen met uw juridisch adviseur na te gaan of het interessant is om van deze oplossingen gebruik te maken.
_____________________________________________
Volatiliteit troef
Door Wim Vermeir, AG Insurance
- Scherpe correctie van de aandelenmarkten
Dat aandelenmarkten zeer volatiel kunnen zijn is de voorbije twee weken weer volop bewezen. De Chinese aandelenmarkten zijn op zeven handelsdagen maar liefst met 25% gedaald en noteren al 40% onder de top van juni. De recente crash heeft wereldwijd voor nervositeit gezorgd waardoor ook de Europese aandelenmarkten de slechtste dag in meer dan vier jaar kenden. De forse daling van de Chinese markten heeft uiteindelijk een impact gehad op de globale aandelenmarkten: de Eurostoxx index is deze maand al met 12% gedaald, net zoals de Dow Jones index. Wat is er nu aan de hand?
- De Chinese economie vertraagt
Eerst en vooral is de Chinese economie sterk aan het afkoelen. Vorig jaar groeide de economie nog met 7%, dat zal dit jaar moeilijk te evenaren zijn. Alle economische indicatoren wijzen op een sterke vertraging. De officiële, cijfers voorspellen een beperkte vertraging, maar meer betrouwbaardere indicatoren zoals import (-8% op jaarbasis), goederenvervoer over het spoor (-10%) en het elektriciteitsverbruik (-1%) geven een scherpere correctie aan. Dat de Bank of China zich zorgen begint te maken, blijkt uit het feit dat ze de stijging van de Yuan hebben gestopt en de munt hebben laten devalueren tot het niveau van 2011.
- Is de Chinese beurs een luchtbel?
De waardering van de Chinese aandelen is het afgelopen jaar zeer sterk opgelopen omdat de privéinvesteerders zich massaal op de aandelenmarkt hebben gestort. Op weekbasis zijn er de voorbije maanden tot 4,5 miljoen nieuwe effectenrekeningen geopend. Daarbij stellen we vast dat vooral de waardering van de Shenzen index (kleinere groeibedrijven, een soort Chinese Nasdaq) tot extreme niveaus was gestegen, terwijl de Shanghai index (matuurdere bedrijven, eerder vergelijkbaar met de Dow Jones ) relatief correct gewaardeerd bleef. Zeker na de recente daling kunnen we niet meer zeggen dat de volledige Chinese beurs overgewaardeerd is.
- De reactie van de Europese markten lijkt overdreven
Deze scherpe correctie van de Europese markt lijkt ons echter overdreven: de Europese economie kent een langzaam maar zeker herstel, bedrijfswinsten stijgen (met maar liefst 15% in Q2) en de waardering van de Europese beurzen is aantrekkelijk.
We gaan er van uit dat de vertraging van de Chinese economie ook slechts een beperkte impact heeft op de Eurozone: export naar China vertegenwoordigt slechts 6% van de totale export. Een groeiende export naar andere landen, ondersteund door een zwakkere euro, zou een daling van de Chinese vraag moeten kunnen compenseren.
Ook geven verscheidene technische indicatoren aan dat de daling te scherp is geweest, onder meer Morgan Stanley gaf aan dat hun model een koopgelegenheid signaleerde.
De komende weken zou de situatie op de financiële markten opnieuw moeten stabiliseren. De Bank of China heeft met een renteverlaging al getoond de zaken niet op hun beloop te laten. Verdere maatregelen zijn waarschijnlijk als de correctie verder blijkt te gaan. Naarmate de situatie stabiliseert, verwachten we dat de Europese beleggers opnieuw gaan focussen op de verbetering van de winstcijfers van de Europese bedrijven. Vooral het dividendrendement van 3,4 % zal helpen om beleggers te overtuigen in deze omgeving van lage rentes.
____________________________________________________
Het reddingsplan voor Griekenland toont opnieuw de nood aan een versterking van de Eurozone aan
18/8/2015
Wim Vermeir – Chief Investment Officer van AG Insurance
In onze vorige blog hadden we het al over Griekenland en gaven we al aan dat een Grexit , een vertrek van Griekenland uit de Eurozone geen goede oplossing zou zijn; niet voor Griekenland en evenmin voor Europa. We zijn nu meer dan één maand van onderhandelingen verder en eindelijk is er een akkoord over een derde reddingsplan voor Griekenland. Daarbij ontvangt Griekenland een bijkomende financiering van 85 miljard euro in ruil voor een nieuw pakket van besparingen, belastingen en hervormingen. Is Griekenland hiermee definitief gered?
Wij denken van niet. De Griekse schuldgraad bedraagt na dit financieringsplan meer dan 200% van het bruto binnenlands product. Dit is een onhoudbaar schuldniveau dat de Griekse economie onvermijdelijk in een vicieuze cirkel brengt. De besparingen en andere inspanningen die nodig zijn om de schulden af te bouwen zullen immers nog lange tijd op de economische groei wegen, waardoor de draagkracht om in de toekomst de schulden terug te betalen verder afneemt. Om tot een duurzaam schuldniveau te komen is een kwijtschelding van een deel van de Griekse schuld noodzakelijk, in ruil voor effectief doorgevoerde belastingverhogingen, besparingen en hervormingen. Maar de Duitse bevolking gaat niet akkoord met een schuldkwijtschelding. Anderzijds wordt de Griekse bevolking besparingsmoe.
En dit toont de fundamentele constructiefout in de Eurozone aan. In een muntunie zou er een akkoord moeten bestaan over de te voeren economische politiek. Maar de Eurozone bestaat uit 19 regeringen die elk op hun onafhankelijkheid staan en die ook verkiezingen moeten winnen. Het is niet vanzelfsprekend dat de optimale economische politiek binnen de Eurozone gesteund wordt door een democratische meerderheid in elk lid van de Eurozone. Academisch onderzoek toont aan dat muntunies wel kunnen werken met onafhankelijke staten (het principe van “soevereiniteit”) of met democratie, maar niet met beide samen. Aangezien het wel de bedoeling is om de muntunie te redden maar uiteraard niet om de democratie af te schaffen, zijn er de laatste jaren allerlei verdragen afgesloten om de soevereiniteit van de lidstaten in te perken ten voordele van Europa. Voorbeelden hiervan zijn de bankenunie (waarbij Europa de banken controleert in plaats van de individuele staten) of de zogenaamde sixpack ( die Europa zeggenschap geeft over de budgetten van de lidstaten).
De invoering van al deze maatregelen heeft de economische politiek binnen Europa coherenter gemaakt en de risico’s binnen de eurozone verminderd. Het is één van de redenen waarom de rentes die landen als Ierland, Spanje en Italië moeten betalen opnieuw genormaliseerd zijn.
Anderzijds is de overdracht van macht van individuele lidstaten naar het Europees niveau niet gepaard gegaan met een versterking van de democratische onderbouw van de Eurozone. De zogenaamde Eurogroep, de bijeenkomst van ministers van financiën, die de eurozone bestuurt, heeft bijvoorbeeld een onduidelijk mandaat en ook het beslissingsproces is weinig transparant. Verder blijft de macht van het Europese parlement nog steeds relatief beperkt. Het risico dat lidstaten, die elk de mening van hun eigen bevolking vertolken, tegengestelde visies over de te volgen politiek hebben, blijft dus inherent aanwezig in de Eurozone.
De versterking van de Eurozone heeft op korte termijn geleid tot meer stabiliteit op de financiële markten, maar de veranderingen zijn echter nog niet fundamenteel genoeg om de ingebedde conflicten tussen coherent beleid, soevereiniteit en democratie definitief op te lossen. We kunnen dus in de toekomst opnieuw crisissen verwachten met lange nachtelijke vergaderingen in Brussel…
_____________________________________________
Griekse hoogspanning
Wim Vermeir – Chief Investment Officer van AG Insurance
Slechts één onderwerp blijft het nieuws en de financiële markten domineren: komt er een oplossing voor het Griekse probleem? De Griekse saga blijft maar aanslepen en elke mededeling, positief of negatief, zorgt voor zenuwachtigheid op de markten.
Er moet nochtans op korte termijn een oplossing worden gevonden: elke dag trekken Griekse spaarders meer dan een miljard euro terug van de banken, waardoor de financiële ademnood van deze laatste nog groter wordt. Tot vandaag heeft de Europese Centrale Bank al voor 86 miljard euro aan noodkredieten moeten toestaan zodat de banksector voldoende middelen heeft om de uitstroom aan kapitaal op te vangen.
Hoe moet het nu verder? Een akkoord lijkt verder af dan ooit, zeker nu de Griekse regering de situatie nog ingewikkelder heeft gemaakt door een slecht geformuleerd referendum in te lassen. Toch blijven we ervan uitgaan dat er toch een deal wordt gesloten. De belangen (en potentiële verliezen) zijn voor beide partijen immers te groot. In het geval van een Grexit (Griekenland uit de Eurozone) zal de Griekse bevolking het zwaarst worden getroffen. De Griekse bankensector, die vandaag overleeft bij de gratie van de Europese centrale Bank of ECB, zal overkop gaan. Kapitaalcontroles zullen moeten worden ingevoerd om te vermijden dat kapitaal het land ontvlucht. Een terugkeer naar de drachme zal resulteren in een scherpe devaluatie van de munt, waarbij het privévermogen voor een stuk zal worden weggevaagd. Bovendien kan Griekenland slechts in geringe mate profiteren van een devaluatie en de daardoor toegenomen concurrentiekracht gezien het land zeer weinig exportproducten heeft. Een export gedreven economisch herstel is op korte termijn dan ook niet mogelijk.
Maar ook voor de geldschieters is een Grexit een zeer pijnlijke zaak. Naast het geld dat nodig is om de bankensector te stutten, zit een groot deel van de overheidsschuld (320 miljard euro) bij de ECB en dus uiteindelijk bij alle lidstaten van de eurozone. In het geval van een Grexit zal dit bedrag grotendeels moeten worden afgeschreven. Daarnaast bestaat het risico dat nationalistische bewegingen in andere landen verder aan belang winnen – Podemos is vandaag al de grootste partij in de Spaanse opiniepeilingen – en het Europese project verder op de helling zetten. Dergelijke onzekerheid zou de rentevoeten die sommige landen moeten betalen opnieuw de hoogte injagen, wat kan leiden tot een verdere verhoging van de overheidsschuld. Toegenomen onzekerheid en de wetenschap dat eurolidmaatschap niet onomkeerbaar is, zou buitenlandse investeerders kunnen afschrikken wat slecht nieuws is voor de economische groei op langere termijn. Tenslotte zijn er ook geopolitieke overwegingen: een ‘failed state’ aan de grenzen van de eurozone is een ideale toegangspoort voor extremisten en Syriestrijders. Rusland of China zouden bovendien hun invloed in Zuid-Europa kunnen vergroten.
Objectief gezien zou er dan ook een deal uit de bus moeten komen. Alleen is de frustratie in beide kampen dermate hoog opgelopen dat er emotionele beslissingen kunnen worden genomen. Regeringspartij Syriza heeft roekeloze beloftes gemaakt aan haar kiezers die ze tegen beter weten in niet kan of wil breken. Europa kan daarentegen ook weinig toegiften doen, dit zou niet fair zijn tegenover landen zoals Portugal en Ierland die wel sterk hebben bespaard en hervormd. Als de Griekse schuld kan worden kwijtgescholden, dan gaan andere landen hetzelfde vragen. Dit alles maakt dat de onderhandelingen muurvast zitten en we in het beste geval kunnen hopen op een compromis waar beide partijen geen al te groot gezichtsverlies zullen lijden. In het slechtste geval komt er geen deal en zijn er twee verliezers : enerzijds, de Europese Unie , die politiek een zware nederlaag lijdt, en vooral, de Griekse bevolking, die een economisch nog verder in de armoede wegzakt.
______________________________________________________________
Van risicovrije rente naar rentevrij risico
Wim Vermeir – Chief Investment Officer van AG Insurance
Quantitative easing, of het aankopen van overheidsobligaties door de ECB, heeft zijn effect niet gemist. De afgelopen maanden is de rente naar nooit geziene dieptepunten gedaald. Een goed jaar geleden had niemand durven voorspellen dat de Belgische rente op 5 jaar negatief zou zijn en dat Duitsland zelfs op 7 jaar tegen een negatieve rentevoet zou kunnen lenen. Ierland, een van de landen die in volle crisis in de problemen dreigde te raken, zag zijn rente op 10 jaar dalen van 14% in 2011 tot 0,70% vandaag. Mario Draghi is er dus wel degelijk in geslaagd de stress uit de financiële markten te nemen. In onderstaande tabel schuift maand na maand de rode kleur – of negatieve rente – een jaartje vooruit.
Deze uitzonderlijk lage renteniveaus zijn een zegen voor investeerders die al een tijdje zijn geïnvesteerd in obligaties – zij kijken immers tegen aanzienlijke meerwaarden aan – maar houden een risico in voor beleggers die vandaag nog instappen in overheidsobligaties. Tussentijds kapitaalverlies is niet ondenkbaar moest de rente de komende jaren geleidelijk beginnen stijgen. Dit is geen ondenkbaar scenario: de economie trekt langzamerhand terug aan en de inflatie lijkt op een dieptepunt te zitten. Bovendien zal quantitave easing, als inflatie en groei oppikt, aflopen in september 2016. Wanneer deze artificiële vraag naar obligaties wegvalt, lijkt de baan open te liggen voor rentestijgingen. Historisch is er bovendien een mooi verband tussen nominale economische groei en lange termijn renteniveaus: wanneer de economie groeit met 1% en de inflatie loopt op naar 1%, is een lange termijnrente van 2% gerechtvaardigd. Vandaag zitten we hier duidelijk onder.
De grootste onzekerheid vandaag is Griekenland: een exit kan een schokeffect op de rente hebben. De komende weken volgen de deadlines elkaar in snel tempo op. We gaan er nog steeds van uit dat een last minute oplossing zal worden gevonden en Griekenland dan ook deel zal blijven uitmaken van de Eurozone, maar de probabiliteit van een exit is ontegensprekelijk toegenomen. Een Grexit kan significante gevolgen hebben op de obligatiemarkt. We verwachten dat in een dergelijk scenario de Duitse rente extreem laag – nog lager dan vandaag – zal blijven door een extreme vlucht naar kwaliteit en aanhoudende ECB interventie en dat spreads van perifere landen scherp zal stijgen. Van zekerheden is op dat moment geen sprake meer, en er zal dan ook worden gespeculeerd op de exit van andere landen. Een oplossing vinden voor de Griekse schuldenproblematiek lijkt dan ook de meest aangewezen optie.
Voor verzekeraars blijft de impact van een Grexit relatief beperkt. De meeste instellingen hebben de voorbije jaren de perifere exposure sterk afgebouwd en meer geïnvesteerd in de thuislanden. Een Grexit en spreadstijgingen zullen dan ook niet al te zwaar doorwegen. De huidige lage rente op overheidsobligaties van de core landen kan nog worden opgevangen door alternatieven zoals bedrijfsobligaties waar er nog steeds een redelijke spread te vinden is. Op langere termijn zijn hogere rentevoeten echter broodnodig.
_____________________________________________
The only way is up?
Door Wim Vermeir – Chief Investment Officer van AG Insurance
2/4/2015
Aandelenmarkten blijven de voorbije dagen recordhoogten opzoeken. Vooral in Europa is het sentiment euforisch: de Bel20 index stijgt met 15% sinds eind vorig jaar en de Duitse Dax index staat al 24% hoger. Wanneer we kijken naar kleinere aandelen, zijn stijgingen van 30 tot 40% geen uitzondering. Amerikaanse beleggers zijn voor een keertje meer terughoudend: de Dow Jones index staat op hetzelfde niveau als eind 2014.
Het Europese beursfeestje wordt gerechtvaardigd door verschillende factoren. De markt is de voorbije jaren sterk achtergebleven op de Amerikaanse aandelenmarkt, en investeerders menen dan ook dat de tijd rijp is voor een inhaalbeweging. Een aantrekkende economie – ja, er zijn echt wel signalen dat we een herstel tegemoet gaan – en een zeer soepele Europese Centrale Bank zijn voldoende om het startschot te geven voor een mooie stijging. Bovendien kennen de winsten van Europese bedrijven de sterkste stijging in jaren: voor dit jaar gaan we uit van een stijging met 13%. Het is bovendien lang geleden dat onze bedrijven een sterkere winstgroei kunnen voorleggen dan hun Amerikaanse concurrenten, waar we dit jaar uitgaan van een status quo. Ten slotte is de waardering niet overdreven: we bevinden ons nog steeds ver onder vorige waarschuwingsniveaus.
Natuurlijk blijft het oppassen geblazen, aandelen zijn en blijven de meest volatiele activaklasse en worden voornamelijk gedreven door sentiment. Dalingen van 10% en meer blijven te allen tijde mogelijk. Het optimistische sentiment van vandaag kan snel omkeren, denk maar aan Griekse of andere politieke perikelen of een sneller dan verwachte Amerikaanse rentestijging. Dit zijn de momenten waar defensiever ingestelde investeerders, zoals verzekeringsmaatschappijen, op wachten.
Amerikaanse aandelen kunnen ons vandaag minder bekoren. De waardering is sterker opgelopen en de evolutie van bedrijfswinsten zal minder positief zijn dan in Europa. Ook zal de Fed (Federal Reserve, de centrale bank van de Verenigde Staten van Amerika) de rente waarschijnlijk eind van dit jaar verhogen, wat kan wegen op het aandelensentiment.
Grafiek: Waardering aandelenmarkten -Koers-winstverhouding
Daarnaast kijken we ook naar de emerging markets, de opkomende markten. Deze aandelenmarkten zijn de voorbije twee jaar sterk achtergebleven op de Europese en Amerikaanse markten. De groeivertraging waar veel van de opkomende economieën mee kampen wegen op het sentiment. Ook stellen we vast dat bedrijfsresultaten minder groeien dan verwacht, mede door een negatieve impact van stijgende lonen. Tenslotte is de sterke stijging van de US Dollar negatief, gezien dit resulteert in lagere geldstromen naar die landen. Toch zijn we voorzichtig positief: de huidige waardering houdt ruimschoots rekening met al deze negatieve elementen, die ondertussen voor niemand nog een verrassing mogen zijn. De eerste tekenen van een stabilisatie zullen dan ook leiden tot een mooi rendement op aandelen. Een beperkte instap, gezien de hogere volatiliteit, lijkt dan ook zinvol.
Wat doen verzekeringsinstellingen?
Ondanks het lange termijn potentieel van de aandelenmarkten, is het gewicht van aandelen bij de meeste verzekeraars zeer laag, vaak niet meer dan 2 tot 5% van de totale beleggingsportefeuille. Dit staat in schril contrast met een tiental jaar geleden, toen het aandelengewicht nog een veelvoud van dit cijfer bedroeg en soms boven de 20% uitsteeg. Dit komt voornamelijk door de zeer strikte kapitaalsvereisten die de regulator oplegt voor een investering in aandelen. Voor elke 100 euro aan aandelen die een verzekeraar aanhoudt, staat immers een kapitaalsvereiste van momenteel 45 euro. Gezien de relatief hoge kapitaalkost zijn aandelen dan ook vaak relatief minder interessant dan hoger renderende obligaties. Een terugkeer naar de hoge aandelenallocaties van het verleden lijkt gezien de huidige regelgeving dan ook onhaalbaar.
_____________________________________________
2015: Centrale banken domineren (opnieuw) de markten
11/3/2015
ECB gaat all-in
Na enkele maanden van aanhoudende speculatie kondigde de Europese Centrale Bank op 22 januari aan dan toch van start te gaan met het opkopen van obligaties, de zogehete “quantitative easing”. Het doel van deze operatie, waarbij de ECB de komende 18 maanden voor 60 miljard euro per maand aan obligaties zal kopen, is de markt te overspoelen met liquiditeiten in de hoop dat een deel hiervan zijn weg zal vinden naar de reële economie en het economisch herstel verder zal aanzwengelen.
De voorbije maanden is de ECB steeds meer onder druk gekomen om uitzonderlijke maatregelen, zoals een negatieve depositorente, te nemen doordat de inflatie in de meeste landen van de Eurozone gevaarlijk dicht bij nul is terecht gekomen en in Belgie zelfs is gedaald tot -0,65%. Grootste boosdoener hier is de lage olieprijs, die sinds mid-2014 met bijna 60% is gedaald. Alhoewel een lagere olieprijs positief is voor de consument en de economische groei, heeft dit een zeer negatieve impact op inflatie. Een snel herstel van de olieprijs is op korte termijn weining waarschijnlijk gezien OPEC, en dan voornamelijk Saudi-Arabie, erop gebrand is de olieprijs rond de 50 USD te laten schommelen.
De voorbije jaren is de olieproductie in de Verenigde Staten de hoogte ingeschoten. Door de opkomst van nieuwe technologieen is het mogelijk geworden om tegen een productiekost van gemiddeld 70 USD schaalolie te produceren. Om deze spectaculaire wederopstanding van de Amerikaanse olieindustrie te counteren tracht Saudi Arabie de olieprijs laag te houden, zodat bijkomende investeringen in de VS niet langer rendabel zijn. Op die manier proberen de OPEC landen marktaandeel terug te winnen.
Het gevolg van de maatregelen van de ECB is dat de komende 1 tot 2 jaar de kans op een duurzame stijging van de rente zeer klein is geworden, dit ondanks een licht verbeterende economische omgeving. 60 miljard euro per maand aan obligaties kopen is immers makkelijker gezegd dan gedaan.
Wanneer we kijken naar de financieringsbehoeften van de verschillende landen van de Eurozone, zien we dat de Centrale Bank ongeveer 60% van overheidsobligaties die in 2015 worden uitgegegven zal moeten opkopen. Dit wil zeggen dat de hoeveelheid overheidspapier dat beschikbaar is voor privéinvesteerders, zoals pensioenfondsen en verzekeraars, eerder beperkt is en de vraag groter zal zijn dan het aanbod. In een dergelijk scenario kunnen de rentevoeten moeilijk stijgen. Een ander gevolg van ECB interventie is een verzwakking van de Euro tov. de USD. Dit zal een gunstig effect hebben op onze economie, gezien onze bedrijven makkelijker hun producten kunnen verkopen in het buitenland. De eerste signalen zijn alvast positief: het voorbije kwartaal is de export vanuit de eurozone naar de rest van de wereld met 4,2% toegenomen.
Lagere returns voor investeerders
Voor de investeerder zal dit alles betekenen dat relatief veilige investeringen slechts een beperkt rendement zullen bieden. De Belgische 10jaars rente is de voorbije jaren sterk gedaald en bedraagt nog slecht 0,6%. Kortere looptijden bieden zelfs een negatef rendement (-0,05% op 3 jaar). Wie vandaag instapt, moet dan ook beseffen dat het uiteindelijk gerealiseerde resultaat laag zal zijn.
Wie meer rendement zoekt, zal zijn heil moeten zoeken in risicovollere activaklassen, zoals bedrijfsobligaties en aandelen. Het fundamentele plaatje oogt nog steeds positief voor deze activaklassen. De spread, op het extra rendement dat een bedrijfsobligatie biedt tov een overheidsobligatie, is zeker niet overdreven laag. Bedrijven hebben bovendien een gezonde balansstructuur waardoor de defaults (wanbetalingen) historisch laag zijn. Aandelen zijn eveneens interessant, en dan voornamelijk Europese aandelen. De waardering is relatief aantrekkelijk en de bedrijven zouden moeten profiteren van een herstel van de economie en het aantrekken van de export. We gaan er dan ook van uit dat de bedrijfswinsten dit jaar met minstens 10% zullen toenemen. Ten slotte zullen deze risicovollere investeringen ten volle kunnen profiteren van de liquiditeitsinjectie van de centrale bank.
Wat betekent dit voor verzekeraars?
In eerste instantie heeft de lage rente een beperkte impact op verzekeraars gezien we kunnen spreken van een strikt ALM (asset&liability matching) beheer. Dit wil zeggen dat de (lange termijn) verplichtingen die verzekeraars aangaan worden gematched met investeringen op lange termijn. Obligaties die deel uitmaken van de beleggingsportefeuille worden in de regel bijgehouden tot vervaldag en blijven tot die tijd de historisch hoge coupons betalen. Enkel nieuwe investeringen zullen gebeuren aan de huidige lage renteniveaus. Het grootste deel van de balans van een verzekeringsinstelling bestaat echter uit historische posities.
We kunnen wel stellen dat de gegarandeerde rentevoeten , die al enkele malen zijn verlaagd, de komende periode laag zullen blijven. Er bestaat immers niets zoals een free lunch.
_____________________________________________
Hoe is uw geld beschermd bij een levensverzekering?
26/2/2015
Alles over de garanties en bescherming
Een levensverzekering is een interessante belegging. Maar hoe wordt uw investering beschermd? En welke garanties geniet u?
Om een antwoord te kunnen geven, is het belangrijk om een onderscheid te maken tussen de verschillende types levensverzekeringen:
- tak 21 of de spaarverzekering: u geniet kapitaalsgarantie en mogelijk ook een bepaald gewaarborgd minimumrendement, met eventueel een jaarlijkse winstdeling er bovenop.
- tak 23: uw rendement is gelinkt aan de resultaten van één of meerdere onderliggende fondsen.
Het spreekt voor zich dat tak 21 relatief weinig risico inhoudt, terwijl aan tak 23 meer risico verbonden is. Bij een tak 23-product ligt het financiële risico volledig en op elk moment bij u, de verzekeringsnemer.
Wetgeving
Als klant hebt u recht op duidelijke informatie over uw levensverzekeringen. Bovendien moeten deze producten aansluiten bij uw verwachtingen, behoeften, beleggingsprofiel … Dit alles is verankerd in zowel nationale als Europese wetgeving.
Kwaliteit van de producten
Elke verzekeraar heeft zijn eigen productaanbod. U doet er dan ook goed aan om deze producten met elkaar te vergelijken. U kunt zich hiervoor laten bijstaan door een bemiddelaar.
De veiligheid van tak 21
- 100 % dekking van de verplichtingen
Verzekeraars moeten financieel gezond zijn, zodat ze u op het afgesproken moment de prestatie kunnen leveren waarop u recht hebt. - Kapitaalbuffer of solvabiliteit
Verzekeraars zijn wettelijk verplicht om een extra kapitaalbuffer (of solvabiliteitsmarge) aan te leggen. - Diverse controlemechanismen
De Nationale Bank van België en de FSMA oefenen regelmatige controles uit op de verzekeraars. - Bijzonder beschermingsfonds
Gaat een verzekeraar toch failliet, dan bent u extra beschermd via het Bijzonder Beschermingsfonds voor Deposito’s en Levensverzekeringen. Per verzekeringnemer en per verzekeringsmaatschappij geniet u een extra bescherming tot 100 000 euro. Opgelet, deze bescherming geldt enkel voor tak 21-levensverzekeringen (met uitsluiting van de tweede pijler), niet voor tak 23.
_____________________________________________
Wat is het verschil tussen tak 23 en een beleggingsfonds van een bank?
26/1/2015
Verschil in fiscaliteit en vermogensoverdracht
Een tak 23-verzekering en een bancair fonds lijken sterk op elkaar. Allebei houden ze iets meer risico in dan een tak 21-verzekering, een spaarboekje of langetermijnrekening. Maar hun rendement ligt ook potentieel hoger. Toch zijn er ook een aantal verschillen tussen een tak 23 en een bancair fonds.
Het grootste onderscheid zit in de fiscaliteit en de mogelijkheden om vermogen over te dragen aan de volgende generatie.
Fiscaliteit
Bij een tak 23-formule betaalt u:
- geen roerende voorheffing op de meerwaarde op einddatum, noch bij een vervroegde uitstap (wanneer het contract minder dan 8 jaar en 1 maand gelopen heeft). Opgelet: als uw tak 23-verzekering een gewaarborgd rendement biedt, betaalt u wel 25 % roerende voorheffing bij een vervroegde afkoop.
- geen taks op beursverrichtingen,
- alleen een premietaks van 2 % bij de instap.
Bij een bancair fonds betaalt u:
- geen premietaks,
- 25 % roerende voorheffing op de meerwaarde van het fonds (zodra het fonds 25 % obligaties bevat en in verhouding tot de hoeveelheid obligaties in het fonds). Zowel op einddatum als wanneer u vervroegd uitstapt,
- 25 % roerende voorheffing op de eventuele jaarlijkse coupons,
- tot 1,35 % taks op beursverrichtingen bij aankoop of verkoop op de secundaire markt (tot 1 500 euro).
|
- zelf kiezen wie het kapitaal krijgt, door een of meerdere begunstigden aan te duiden,
- die begunstigde(n) wijzigen in de loop van uw contract.
Mocht u tijdens de looptijd van uw contract overlijden, dan gaat de reserve van uw tak 23-verzekering ook naar de persoon van uw keuze, namelijk de begunstigde.
Bij een bancair fonds hebt u veel minder vat op wat er gebeurt na uw overlijden. Een bancair fonds wordt bij uw overlijden niet stopgezet en uitbetaald zoals een levensverzekering. De deelbewijzen van het fonds komen in de nalatenschap terecht en uw erfgenamen moeten eventueel successierechten betalen die berekend worden op de waarde van het fonds op de datum van uw overlijden. Als het fonds later, bij de uitbetaling van de nalatenschap, minder waard zou zijn, dan is dit nadelig voor de erfgenamen. Zij betaalden dan immers successierechten op een hoger bedrag. Het kan natuurlijk ook omgekeerd.
Meer info?
Ombudsman van de Verzekeringen
de Meeûssquare 35
1000 Brussel
Tel. +32 (0)2 547 58 71
E-mail: info@ombudsman.as
Website: www.ombudsman.as
Wat eigenlijk met opties? Zijn dat niet ook een soort van verzekeringen?